Gender Flashcards

1
Q

Sekse

A

Biologisch/medisch verschil tussen geslachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Gender

A

Sociaal-culturele verschillen tussen man en vrouw. Mannen en vrouwen worden gedefinieerd in relatie tot elkaar. Mannelijkheid en vrouwelijkheid verschillen onbegrensd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

If sex is fixed..

A

gender is fluid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Sherry ortner

A

Male - Culture : Famale : Nature: Universeel emic model?
Binaire opposities.
Vrouwen zijn primaire ‘socialiseerders’ en daarmee onderdeel van de cultuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Michelle Rosaldo

A

the domestic orientation of women

  • Binaire opposities
  • gebaseerd op de assumptie dat het publieke domein belangrijker is dan het privé domein. Hoe scherper de scheiding tussen beide domeinen, des te groter de gender ongelijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Rosaldo en Ortner overeenkomsten

A

Ze zetten zich zo af tegen mannen dat ze de tegenstellingen heel strak trekken.
Ze gaan uit van een androcentrische stelling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Androcentrisch

A

Sociale zienswijze die de man of het mannelijke centraal stelt als sociale maatstaf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Henrietta Moore

A

The difference within and the difference between
Meer genuanceerde blik dan Ortner en Rosaldo- Geen binaire opposities ‘creëren’. De tegenstelling man-vrouw is te rigide. Het is afhankelijk van de status, klasse, etniciteit, leeftijd van zoal man als vrouw die bepaald wie op welke plaats in de hiërarchie staat.
Men moet de man-vrouw relaties onderzoeken in de praktijk en kijken naar de percepties van mannelijkheid en vrouwelijkheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

LGBT

A

Lesbian, Gay, Biseksueel, Transgender/transseksueel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Transseksueel

A

Iemand die het gevoel heeft van de andere sekse te zijn, dan de biologische sekse waarin hij/zij geboren is. Zij kunnen besluiten tot geslachtsverandering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Transgender

A

Behoefte aan tijdelijk of permanent een andere gender-identiteit aan te nemen. Cross-dressing is hier een voorbeeld van. Transgenders hebben geen geslacht veranderende ingreep ondergaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Third gender

A

Fa’afafine op samoa zijn hier een voorbeeld van. Ze zijn geen homo, geen dragqueens maar een derde gender. Ze nemen een vrouwelijke rol aan, kleden zich daar ook naar maar blijven wel man. Ze zijn totaal geaccepteerd op Samoa, het is totaal ingebed in de cultuur. Dit laat zien dat het geen westers fenomeen is!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Judith butler

A

Gender is performance: het is gedrag, aangeleerd, je oefent het uit. Je leert ‘gender’ door het te doen. Gender zijn de sociaal-culturele verschillen tussen man en vrouw., categorieën bestaan niet en in hokjes plaatsen werkt niet. Gender is maatschappelijk ingeprent (embodied)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Het lichaam als onderzoeksobject

A

Biomedisch & cultureel object dat in iedere omstandigheid anders reageert. Het gaat hier om het lichaam als een zelfstandig object

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Het lichaam als onderzoekssubject

A

‘Body politic’ Het lichaam als de drager van cultuur, de manier waarop mensen via hun lichaam worden gesocialiseerd. Wat verteld hoe iemand zich lichamelijk gedraagd over zijn sociale positie, culturele normen en waarden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Het lichaam als onderzoeksinstrument

A

Je eigen lichaam inzetten om een cultuur te begrijpen. Begrijpen komt voor uit aanleren, zelf voelen. Methodologisch vanuit de onderzoeker. Participatieve observatie.

17
Q

Michel Foucault

A

Franse filosoof. Beschrijft en analyseert manieren van discipline in allerlei contexten. Denkt vanuit (macht)structuren die word opgelegd vanuit de gemeenschap. Wordt als structuralist gezien maar vind dit zelf niet.

18
Q

Pierre Bourdieu

A

Outline of a theory of practice:
Kijkt vanuit agency naar hoe mensen een cultuur aanleren en internaliseren. Waardoor zijn mensen in staat samen te werken, te interactieren en de cultuur in stand te houden, hervormen en door te geven.
Hij heeft het over manieren van gedrag die we van jongs af aan leren, die bepalen dat we behoren tot een bepaalde sociale groep.

19
Q

Edward T. Hall

A

The silent language:
Cultuur verbergt meer dan het laat zien, en gek genoeg verbergt het juist voor de gene die zelf onderdeel zijn van de cultuur.
Hij heeft het over proximity: Verschillende culturen hebben andere ideeën over de gepaste fysieke afstand, dit kan een grote oorzaak zijn van culturele conflicten

20
Q

Antropologie van de zintuigen

A

Alle mensen op de wereld hebben verscheidenen zintuigen waarmee ze zich verhouden tot de wereld, deelnemen in de wereld en een perceptie krijgen van de wereld.

21
Q

Aristoteles model voor lichamelijk onderzoek

A

Zien, horen, ruiken - Menselijk: geeft valide kennis is analyseerbaar en is communiceerbaar
Proeven en tasten - dierlijk
De uitgangspunten verschillen per cultuur. in de westerse wereld is het eerst zien dan geloven maar in sommige culturen bestaat iets pas als het voelbaar is en staat tast op de eerste plaats etc.

22
Q

Zintuigelijke modellen laten zien

A
  • Culturele noties die een hele andere volgorde van belangrijke zintuigen weergeven.
  • Sociale hiërarchie in de samenleving
  • Je kan zien hoe mensen leren aangaande cultuuroverdracht.
23
Q

Japanse flamenco

A

Van Ede
Bevrijding van normen en waarden aangaande gender, passie/expressie/rebellie, zoektocht naar het zelf, van je laten horen is modern(cosmopolitisch).
Als analytisch model de zintuigen gebruiken
Japanse flamenco als webs of meaning van Geertz.
Flamenco als pars pro toto: Gebruikt om een breder inzicht te geven in gender, moderniteit vs. traditionaliteit en sociaal en lichamelijk gedrag.

24
Q

Leeftijd

A
  • Universeel principe van sociale differentiatie
    Verticaal - verschillende rangen wanner je ouder wordt
    Horizontaal - ‘peer’ groups
  • Biologisch process
  • Sociaal construct: in veel samenlevingen groeit aanzien met leeftijd.
25
Q

Habitus

A

Pierre Bourdieu heeft het er over dat kinderen van jongs af aan manieren van gedrag aan leren die bepalen dat we tot een bepaalde sociale groep horen. Tijdens de ontwikkkeling ontwikkeld het kind afhankelijk van de sociale omgeving een mentale structuur die bepaald hoe je naar de wereld kijkt, hoe je deze waardeert en hoe je handelt. Omdat de habitus binnen een sociale context gevormd word zullen individuen met overeenkomstige sociale achtergrond niet alleen een vergelijkbare habitus ontwikkelen maar zij zullen ook geneigd zijn de werkelijkheid waarin ze zich bevinden en de plaats zie zij daar in nemen als vanzelfsprekend te aanvaarden.
De habitus is dus zowel een objectief maatschappelijk gegeven als een individuele geneigdheid en capaciteit. Niet iedere habitus garandeert hetzelfde maatschappelijke succes.