Geluidsleer Flashcards

1
Q

Hoe ontstaat geluid?

A

Als een vaste, vloeibare of gasvormige veerkrachtige stof in trilling wordt gebracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer spreken we van klank?

A

Als de trillingen regelmatig en snel genoeg zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe ontstaat toonhoogte?

A

Toonhoogte is afhankelijk van de aantal trillingen per seconde. Hoe meer trillingen, hoe hoger de toon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zorgt voor de sterkte van de toon?

A

De wijdte (amplitude) van de toon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Natuurtonen?

A

Dit is de grondtoon en de boventonen die ontstaan bovenop één toon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wie ontdekte de natuurtonen en wanneer?

A

Mersenne in 1636

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kan je de 16 boventonen opschrijven?

A
  1. Grondtoon + I & V (c-c-g)
  2. Dom 7 (c-e-g-bes)
  3. Toonladder met verhoogde 4 (c-d-e-fis)
  4. Chromatisch, maar zonder normale 6 (g-as-bes-b-c)

(c-c-g-c-e-g-bes-c-d-e-fis-g-as-bes-b-c)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Noem de acht octaven op in het toonstelsel van beneden naar boven (zowel europese als amerikaanse benaming):

A
Subconta-octaaf / 0
Contra-octaaf / 1
Groot octaaf / 2
Klein octaaf / 3
eengestreept octaaf / 4
tweegestreept octaaf / 5
driegestreept octaaf / 6
viergestreept octaaf /7
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom zijn boventonen belangrijk voor strijkinstrumenten, houtblazer en koperblazers?

A

Strijkers: Voor flageoletten (fluittonen)
Houtblazers: Houtblazers moeten overblazen om een octaaf hoger te kunnen komen (bereik vergroten)
Koperblazers: Met lipspanning kan je boventonenreeks maken (de lengte van de buis bepaald de toon)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Geef de drie regels om te kunnen bepalen of een instrument koper of hout is.

A
  1. Koper –> buzzende lippen
    Hout –> lucht tegen scherp randje
  2. Koper: Toonhoogte –> lipspanning
    Hout: gaatjes in de buis + overblazen
    (3. Koper –> instrument vroeger van koper
    Hout –> vroeger van hout
    Als het mondstuk van hout is, is het hout!)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Tot welke groep behoort een kerkorgel?

A

Houtinstrumenten (lucht tegen een scherp randje)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly