Fysiologie 2.1 OUD Flashcards
Wat zijn vitaminen?
Organische stoffen die betrokken zijn bij de regulatie van lichaamsstoffen. Ze leveren geen energie maar zijn essentieel in kleine hoeveelheid.
Wat houdt een organische stof in?
Dat er altijd koolstof en waterstof in de verbinding zit.
Zijn vitaminen losse moleculen of ketens?
Losse moleculen.
Hoe zijn vitaminen ontdekt?
James Lind kwam erachter dat het eten van sinaasappelen scheurbuik kon voorkomen.
Wat is de etymologie van vitaminen?
Vita = leven; amine = stikstof. Er werd gedacht dat er altijd stikstof in vitaminen zit, maar nu weten we dat dat niet zo is.
In welke twee groepen zijn vitaminen in te delen?
- Wateroplosbaar: kunnen makkelijk in darmen worden opgenomen en direct afgegeven worden aan het bloed
- Vetoplosbaar: Worden via micellen in de darmcel opgenomen , verpakt in chylomicronen en komen in de lymfe. dan naar de lever en dan pas in het bloed.
Welke vitaminen zijn vet oplosbaar?
D, E, K en A
Hoe komen vet oplosbare vitaminen in het bloed terecht?
- Ze worden via micellen in de darmcel opgenomen.
- Ze worden verpakt in chylomicronen
- Ze komen in de lymfen terecht
- Ze worden naar de lever gebracht en daar opgenomen in het bloed.
Welke stoffen worden er opgenomen in de maag?
Fe2+ en dat wordt daar omgezet in Fe3+
Welke stoffen worden er opgenomen in het duodenum?
- Fe3+
- Vocht
- Na+, calcium, ijzer en magnesium
- Wateroplosbare vitaminen
- Vetoplosbare vitaminen
Welke stoffen worden er opgenomen in het jejunum proximaal?
- Koolhydraten, vetten en eiwitten
- Vocht
- Na+
- Wateroplosbare vitaminen
- Vetoplosbare vitaminen
Welke stoffen worden er opgenomen in het jejunum?
- Koolhydraten, vetten en eiwitten
- Vocht
- Na+
- Wateroplosbare vitaminen
Welke stoffen worden er opgenomen in het ileum?
- Eiwitten
- Vocht
- Na+
- Wateroplosbare vitaminen
Welke stoffen worden er opgenomen in het terminale ileum?
- Vocht
- Na+
- Galzure zouten
- Vitamine B12
Welke stoffen worden er opgenomen in het colon?
- Vocht
- Na+, K+
- Korteketenvetzuren
- Vitamine K
Wat houdt de biobeschikbaarheid in? En wat is een ander woord ervoor?
zegt iets over de hoeveelheid van een vitamine die daadwerkelijk opgenomen wordt ten opzichte van de ingenomen hoeveelheid. Ook wel bioavailability genoemd.
Wat zijn zes factoren die van invloed zijn op de biobeschikbaarheid van vitaminen?
- De individuele behoefte (hoe hoger de behoefte, hoe meer iemand opneemt)
- Efficiente vertering
- Andere componenten van de voeding die opname kunnen bevorderen of belemmeren
- De bereiding van de voeding (bijvoorbeeld verhitting of vermaling)
- Competitie
- Ziekte
Wat is het verschil in absorptie tussen wateroplosbare en vetoplosbare vitaminen?
Water: gaan direct naar het bloed
Vet: worden verpakt in chylomicronen en gaan via de lymfe en de lever naar het bloed
Wat is het verschil in transport tussen wateroplosbare en vetoplosbare vitaminen?
Water: vrij transport
Vet: alleen transport met behulp van transporteiwitten
Wat is het verschil in opslag in het lichaam tussen wateroplosbare en vetoplosbare vitaminen?
Water: circuleren vrij in waterig milieu
Vet: opslag in verschillende weefsels, met name in lever- en vetcellen
Wat is het verschil in excretie tussen wateroplosbare en vetoplosbare vitaminen?
Water: via de nieren
Vet: blijft in vetdepot
Wat is het verschil in risico voor toxiciteit tussen wateroplosbare en vetoplosbare vitaminen?
Water: is laag, komt alleen soms voor met extreem hoge intake
Vet: hoger en is makkelijk te bereiken met supplementen
Wat zijn 4 verschillen tussen vitamines en mineralen?
- Vitaminen zijn organische stoffen, mineralen zijn anorganisch
- Vitamines zijn moleculen, mineralen zijn atomen of ionen
- Vitaminen kunnen van structuur veranderen bij verhitting of vertering terwijl mineralen altijd hetzelfde blijven
- Van vitamines wordt een grotere hoeveelheid opgenomen in het maagdarmkanaal en van mineralen en kleinere hoeveelheid
In welke twee groepen zijn mineralen in te delen en wat is het verschil?
Het verschil is alleen de behoefte:
- Major minerals (mineralen): >100 mg/dag
- Trace minerals (spoorelementen): <100 mg/dag