FTD Flashcards

1
Q

Anamnese

A

heteroanamnese erg belangrijk in afwezigheid van patient. Vaak bagetalliseren ze klachten en zijn ze verantwaardigd dat omstaande zorgen hebbewn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Frontotemporale dementie FTD

A

Na Alz meest voorkomend indien voor 65 (Pick).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Gedragsvariant

A

FTD-BV. Prominente verandering in persoonlijkheid en sociaal gedrag, specifieke cognitieve stoornissen en verandering in taal. “Vooral verminderde betrokkenheid en emotionele afvlakking, initiatiefloos en apathie. Zien consequenties van gedrag niet in, houden vast aan routines en economisch taalgebruik.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Drie subtypen binnen FTD-BV

A

Disinhibitie: verhoogde afleidbaarheid en overactiviteit
Apathie: initiatiefloosheid en tgerugetrokkenheid
Stereotype en clichematig dwangmatig gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Motor neuron disease

A

Ontwikkelt door 5-15% van de patienten. Na verloop ontwikkelen ze bulbaire dysartrie (moeite met articuleren), sieratrofie en fasciculaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

PNFA progressieve niet vloeiende afasie

A

Initieel geisoleerd, geleidelijk progresseive achteruitgang van taalproductie. Taalbegrip is ongestoord. Vaak depressie, frustratie en irritatie, later apathie, vermindering van motivatie en zelfverzorging.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Semantische Dementie

A

Progressieve aandoening gekenmerkt door multimodale afbraak van semantiek. Spontane taal is vloeiend, maar het begrip voor de betekenis van inhoudswoorden is beperkt. Taalopvulling: Die , dat ene. Graag vaste routines/gedragsstoornissen. Verminderde emotionele betrokkenheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly