Fiscaal Recht - 2023 - D4 Flashcards
Beschrijf de tariefstructuur inzake BTW volgens de Belgische wetgeving.
De ‘maatstaf van heffing’ is het bedrag waarover de verschuldigde btw moet worden berekend tegen het toepasselijke tarief. In België geldt een normaal tarief van 21%, met verlaagde tarieven van 12% en 6% voor specifieke goederen en diensten.
Leg uit wat registratierechten zijn en hoe ze zijn geregionaliseerd in België.
Registratierechten zijn belastingen die worden toegepast bij het registreren van aktes of rechtshandelingen. Sinds de 6de staatshervorming zijn ze deels federaal en deels regionaal. De gewesten bepalen heffingsgrondslag, tarief en vrijstellingen.
Hoe zijn de gewestelijke localisatieregels bij registratierechten in België gedefinieerd?
De localisatieregels bij registratierechten in België zijn gebaseerd op de locatie van het onroerend goed of de fiscale woonplaats van de schenker. Bij verschillende woonplaatsen geldt het gewest waar de schenker het langst heeft gewoond.
Wat zijn de verschillen tussen registratierechten en BTW / Successierechten?
Registratierechten behoren tot dezelfde fiscale familie als Successierechten en BTW. Successierecht betreft vermogensoverdracht bij overlijden, terwijl registratierecht gaat over overdracht tussen levenden. BTW belast leveringen van goederen en diensten, terwijl registratierecht een burgerrechtelijke achtergrond heeft.
Beschrijf de burgerrechtelijke gevolgen van de registratie.
De burgerrechtelijke gevolgen van registratie omvatten het verkrijgen van een vaste datum, tegenstelbaarheid aan derden (bv. als bewijs van dagtekening) en documentatie van eigendom van onroerend goed. Dit maakt de registratie een ‘formalistische’ belasting.
Leg uit wat vaste registratierechten zijn.
Vaste registratierechten hebben een vast bedrag in euro’s, zoals het algemeen vast recht van 50 euro. Bijzondere vaste rechten omvatten o.a. brieven van adeldom (740 euro), naams- en voornaamsverandering (140 euro) en minnelijke ontbinding van verkoopovereenkomsten (10 euro).
Wat is het registratierecht bij de minnelijke ontbinding van verkoopovereenkomsten?
Het registratierecht bij de minnelijke ontbinding van verkoopovereenkomsten voor onroerende goederen bedraagt 10 euro. Indien de akte al geregistreerd is, kan er teruggave plaatsvinden van reeds betaalde rechten. Deze ontbinding volgt binnen een jaar na de verkoopovereenkomst.
Wat is prijsbewimpeling?
Het verkooprecht valt onder de evenredige registratierechten; overdrachten onder bezwarende titel in België gelegen onroerende goederen (art. 44 e.v. WReg – 2.9.4.1.1 VCF). Bij de heffingsgrondslag zijn er een aantal uitzonderingen op de algemene regel: de objectieve verkoopwaarde (art. 46 WReg – 2.9.3.0.1 VCF) en de forfaitaire waarde (art. 47-49 WReg – 2.9.3.0.4 VCF). De objectieve verkoopwaarde: wanneer een OG wordt verkocht maar de administratie komt hierbij tot de conclusie dat de prijs laag is, dan kan de administratie in haar eigen databanken nagaan wat de normale verkoopwaarde zou moeten zijn voor het OG. Als de objectieve verkoopwaarde hoger is dan de overeengekomen waarde, dan gaat men de registratierechten heffen op de objectieve verkoopwaarde. Bij de objectieve verkoopwaarde is de objectieve marktwaarde bij normale verkoop de minimum maatstaf van heffing. Dit is een garantie tegen prijsbewimpeling (dit is een fraudetechniek vb. verkoop voor €400.000 maar laat €300.000 opschrijven en €100.000 wordt onder de tafel geschoven om minder registratierechten te moeten betalen).
Beschrijf het verkooprecht en de heffingsgrondslag.
Dit zijn overdrachten onder bezwarende titel van eigendom of vruchtgebruik van in België gelegen onroerende goederen. (Art. 44 ev WReg en 2.9.4.1.1. VCF). Het bestaan van een overdragende overeenkomst is vereist. De overdracht die hun oorsprong vinden in de wet vallen buiten het toepassingsgebied van de registratierechten. De grondslag waarop registratierechten zullen worden geheven bestaat uit de overeengekomen waarde, dwz de overeengekomen prijs en lasten. (Art. 45 WReg en 2.9.3.0.1. VCF). Hieronder verstaan we: Prijs: alle sommen betaald als tegenprestatie voor de koop. Lasten: alle bijkomende verplichtingen. Er bestaan uitzonderingen op de algemene regel die de grondslag bepaald: De objectieve verkoopwaarde: de objectieve marktwaarde bij normale verkoop is de minimum maatstaf van heffing. Dit is een garantie tegen prijsbewimpeling. (Art. 46 WReg en 2.9.3.0.1. VCF). De forfaitaire waarde: Dit wordt toegepast bij de vestiging en overdracht van vruchtgebruik en van blote eigendom. De overeengekomen waarde primeert, tenzij de forfaitaire waarde hoger is. (Art. 47- 49 WReg en 2.9.3.0.4. VCF).
Beschrijf de Brusselse / Waalse abattementsregeling bij het verkooprecht.
De heffingsgrondslag wordt in het Brussels en Waals Gewest verminderd wanneer we te maken hebben met OG die als woning verkocht worden. Dit zijn 2 gunstregimes gekoppeld aan de heffingsgrondslag.
Beschrijf de abattementsregeling in het Brussels Gewest en de voorwaarden die eraan verbonden zijn. Vergelijk dit met de abattementsregeling in het Waals Gewest.
In het Brussels Gewest is de abattementsregeling een vermindering van de heffingsgrondslag met 200.000 euro voor de aankoop van een onroerend goed < 600.000 euro. Voorwaarden zijn o.a. volle eigendom van een gebouwd onroerend goed, koper is natuurlijke persoon en moet hoofdverblijfplaats vestigen binnen 2-3 jaar. In het Waals Gewest is de vermindering 20.000 euro voor zuivere aankoop van onroerend goed bestemd tot bewoning, met verplichting tot hoofdverblijfplaats binnen 3-5 jaar.
Hoe verschillen de tarieven bij het verkooprecht in de drie gewesten? Bespreek het basistarief en eventuele verlaagde tarieven en verminderingen in het Vlaams Gewest.
Het basistarief voor verkooprecht is 12% in het Vlaams Gewest, 12,5% in het Brussels Gewest en 12,5% in het Waals Gewest. In het Vlaams Gewest geldt een verlaagd tarief van 3% voor de aankoop van een enige woning onder voorwaarden zoals aankoop door natuurlijk persoon, inschrijving op adres binnen twee jaar, en geen eigenaar zijn van andere woningen.
Leg uit wat de regel van ‘het verhinderend onroerend goed’ inhoudt in het Vlaams Gewest bij het genieten van het tarief van 3% voor de aankoop van een enige woning.
De regel van ‘het verhinderend onroerend goed’ in het Vlaams Gewest stelt dat als de oude woning binnen 2 jaar wordt verkocht, men bij aankoop van een nieuwe woning nog steeds kan profiteren van het tarief van 3%. Hiermee wordt voorkomen dat men belast wordt met het hogere tarief bij het aankopen van een nieuwe woning na verkoop van de oude.
Wat zijn de voorwaarden voor het verkrijgen van een bijkomende tariefverlaging van 1% in het Vlaams Gewest bij energetische renovatie van een woning?
Om in het Vlaams Gewest een bijkomende tariefverlaging van 1% te krijgen, moet de woning binnen vijf jaar na aankoop ingrijpend energetisch gerenoveerd worden. Hierbij moet een energieprestatiecertificaat bouw worden verkregen dat aantoont dat de renovatiewerken betrekking hebben op een ingrijpende energetische renovatie.
Wat is de meeneembaarheid van registratierechten in het Vlaams Gewest en hoe evolueert deze regeling?
Meeneembaarheid betekent dat men maximaal 13.000 euro aan verkooprecht van een vorige woning kan aftrekken van het verkooprecht van een volgende woning. Deze regeling wordt geleidelijk afgeschaft vanaf 1 januari 2024.