Fiscaal Recht - 2023 - D3 Flashcards

1
Q

Beschrijf de belastbaarheid van meerwaarden op aandelen in België.

A

In België zijn meerwaarden op aandelen in principe belastingvrij als ze deel uitmaken van het privévermogen. Er zijn echter uitzonderingen, zoals de ‘aanmerkelijk belang’-regeling en de belasting op ‘speculatieve’ meerwaarden op privé-aandelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe worden vergoedingen voor uitvindingen aan universiteiten belast in België?

A

Vergoedingen voor uitvindingen aan onderzoekers door universiteiten zijn belastbaar op het moment van betaling of toekenning. Er geldt een forfaitaire kostenaftrek van 10% en deze inkomsten worden belast tegen een vast tarief van 33%.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de aftrekbaarheid van onderhoudsuitkeringen in België?

A

Onderhoudsuitkeringen zijn belastbaar bij de ontvanger, met een vrijstelling van 20%. Voor de betaler zijn ze voor 80% aftrekbaar van het netto-inkomen. Na aftrek van deze uitgaven wordt het belastbaar inkomen bepaald volgens de progressieve tarieven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Beschrijf de gezamenlijke belastbaarheid van gezinnen in België.

A

In België worden de inkomsten van gehuwden en wettelijk samenwonenden gezamenlijk belast. Er zijn correcties op de samenvoeging zoals decumulatie, het huwelijksquotiënt en de toekenning aan de meewerkende echtgenoot om het belastingeffect te verzachten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is decumulatie volgens de Belgische belastingwetgeving?

A

Decumulatie houdt in dat inkomsten van gehuwden en wettelijk samenwonenden apart worden vastgesteld en belast, hoewel de aanslag nog steeds gezamenlijk is. Elke partner wordt belast op zijn eigen inkomsten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het huwelijksquotiënt in de Belgische belastingwetgeving?

A

Het huwelijksquotiënt is een maatregel die de belastingdruk verlaagt voor gehuwden en wettelijk samenwonenden door een deel van het beroepsinkomen van de ene partner toe te rekenen aan de partner met weinig of geen beroepsinkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de toekenning aan de meewerkende echtgenoot volgens de Belgische belastingwetgeving?

A

De toekenning aan de meewerkende echtgenoot geldt voor de partner van een zelfstandige en laat toe maximaal 30% van de inkomsten toe te kennen aan de meewerkende echtgenoot, zonder maximumbedrag, op voorwaarde dat deze partner zelf niet meer dan 16290 euro aan beroepsinkomen heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Beschrijf het progressief tariefstelsel in de Belgische personenbelasting.

A

Het belastbaar inkomen in België wordt belast volgens een progressief tariefstelsel, waarbij het belastingtarief stijgt naarmate men in een hogere inkomensschijf terechtkomt. Er zijn verschillende tariefschijven met oplopende tarieven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de belastingvrije som in de Belgische fiscale wetgeving?

A

De belastingvrije som in België zorgt ervoor dat een deel van het belastbaar inkomen wordt vrijgesteld van belasting. Voor het aanslagjaar 2024 bedraagt deze belastingvrije som 10160 euro, maar er zijn plannen om dit te verhogen naar 13500 euro.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de voorwaarden waaraan vennootschappen moeten voldoen om onderworpen te worden aan de vennootschapsbelasting?

A

Binnenlandse vennootschappen moeten rechtspersoonlijkheid bezitten, een Belgische zetel hebben en winstgevende activiteiten uitvoeren. Er zijn uitzonderingen voor VZW’s en bepaalde instellingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Leg het belastingkrediet voor kinderen ten laste uit volgens artikel 134 van het WIB92.

A

Het belastingkrediet voor kinderen ten laste is een terugbetaalbaar krediet voor ouders met weinig of geen belastingverplichtingen. Het bedrag wordt berekend op basis van de niet-gebruikte belastingvrije som en het tarief van de belastingschijf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Beschrijf de belastingvermindering voor giften aan overheden en erkende instellingen.

A

Bij giften aan overheden en erkende instellingen is er een belastingvermindering van 45% op minimaal 40 euro per specifiek doel per jaar. Het maximale bedrag dat in aanmerking komt voor vermindering is 10% van het totale netto inkomen met een absoluut maximum van 392200 euro.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het verschil tussen kleine en grote vennootschappen voor de vennootschapsbelasting?

A

Kleine vennootschappen hebben een ander fiscaal statuut en mogen bepaalde criteria niet overschrijden, zoals een jaargemiddelde van 50 personeelsleden, een jaaromzet van 9.000.000 EUR en een balanstotaal van 4.500.000 EUR.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe wordt de belasting staat onderscheiden van de gereduceerde belasting staat?

A

De belasting staat berekent de federale belasting, terwijl de gereduceerde belasting staat de federale belasting vermindert met de autonomie-factor van 24,975%. Gewesten kunnen extra belasting heffen op de gereduceerde belasting staat, bijv. 33,257% in Vlaanderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Beschrijf het verschil tussen het boekhoudkundig en het fiscaal resultaat in de vennootschapsbelasting.

A

De belastbare grondslag van een vennootschap wordt vastgesteld op basis van de boekhoudkundige winst. Echter, bepaalde uitgaven zijn fiscaal niet (geheel) aftrekbaar en bepaalde inkomsten zijn fiscaal niet belastbaar, waardoor de boekhoudkundige winst omgevormd wordt tot een fiscaal resultaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe wordt het fiscaal resultaat in de vennootschapsbelasting bepaald?

A

Het fiscaal resultaat wordt bepaald door niet aftrekbare uitgaven bij de belastbare grondslag te voegen en vrijgestelde inkomsten uit de belastbare grondslag te halen. Dit omvat onder andere ‘verworpen uitgaven’ en vrijgestelde meerwaarden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat gebeurt er met buitenlandse winsten in de vennootschapsbelasting?

A

Buitenlandse winsten worden opgedeeld volgens oorsprong, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen vrijgestelde en niet-vrijgestelde winst. Bij afwezigheid van een dubbelbelastingverdrag kan er sprake zijn van juridische dubbele belasting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Beschrijf de aftrek van definitief belaste inkomsten in de vennootschapsbelasting.

A

Dividenden kunnen worden afgetrokken van de te belasten winst indien aan voorwaarden zoals minimale participatie, duur van aandelenbezit en locatie van de uitkerende vennootschap wordt voldaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Hoe werkt de aftrek voor innovatie-inkomsten in de vennootschapsbelasting?

A

Inkomsten uit intellectuele eigendomsrechten worden voor 85% vrijgesteld van de belastbare winst, wat een gunstregime vormt voor sectoren zoals de farma-industrie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Beschrijf het globaal toepassingsgebied van de successierechten en leg uit hoe dubbele belasting kan ontstaan in dit kader.

A

Successierechten zijn belastingen bij vermogensoverdracht na overlijden van een rijksinwoner. Het treft wereldwijd vermogen. Dubbele belasting kan voorkomen door globale belastingen en afwezigheid van Europeesrechtelijke verboden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is het verschil tussen eigenlijke successierechten en het recht van overgang bij overlijden?

A

Successierechten gelden bij overlijden van een rijksinwoner op wereldwijd vermogen, terwijl recht van overgang enkel Belgische onroerende goederen van een niet-rijksinwoner belast.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Hoe wordt de bevoegdheidsverdeling ratione loci in de successierechten bepaald?

A

Bevoegdheid hangt af van laatste woonplaats van overledene. Bij meerdere woonplaatsen geldt langste periode. Voor recht van overgang kijkt men naar locatie onroerend goed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Leg uit wat fictiebepalingen zijn en waarom ze belangrijk zijn in de successierechten.

A

Fictiebepalingen breiden belastbare grondslag uit zonder feitelijke overdracht. Ze stellen bepaalde handelingen gelijk aan legaat, zoals schenkingen voor overlijden of vruchtgebruik.

24
Q

Wat is het fiscaal statuut van schulden die alleen bij testament zijn erkend in de successierechten?

A

Schulden erkend bij testament worden als legaat beschouwd voor successierechten, tenzij tegenbewijs wordt geleverd dat schuld uit andere bronnen blijkt.

25
Q

Hoe worden geveinsde schuldbekentenissen onder de levenden behandeld in de successierechten?

A

Geveinsde schuldbekentenissen onder de levenden worden als legaat beschouwd. Fiscus moet bewijzen dat schuld geveinsd is, waardoor bewijslast bij hen ligt.

26
Q

Beschrijf het fiscaal statuut van schenkingen van roerende goederen onder opschortende voorwaarde van overlijden van de schenker in de successierechten.

A

Schenkingen van roerende goederen onder opschortende voorwaarde van overlijden van de schenker vallen onder fictiebepalingen in de successierechten. Deze schenkingen worden belast als legaat om misbruik van gunstige schenkingsregelingen te voorkomen.

27
Q

Wat is het fiscaal gevolg van de ongelijke verdeling van huwgemeenschappen in de successierechten?

A

Een ongelijke verdeling van huwgemeenschappen via verblijvings- of keuzebedingen leidt tot successierechten. De fiscus beschouwt dit als een legaat aan de langstlevende echtgenoot, waardoor belasting verschuldigd is.

28
Q

Beschrijf het fiscaal statuut van handgiften in de successierechten.

A

Handgiften van roerende goederen binnen 3-5 jaar voor overlijden, niet onderworpen aan schenkbelasting, worden belast in successierechten. Niet-geregistreerde handgiften binnen 3 jaar voor overlijden worden als legaat beschouwd.

29
Q

Wat zijn bedingen ten behoeve van een derde en hoe worden ze fiscaal behandeld in de successierechten?

A

Bedingen ten behoeve van een derde, zoals levensverzekeringen, leiden tot belasting als legaat in 2 situaties. De verkrijging moet opeisbaar zijn bij overlijden of binnen 3 jaar voorafgaand aan het overlijden.

30
Q

Wat is een gesplitste aankoop en wat zijn de fiscale gevolgen ervan in de successierechten?

A

Een gesplitste aankoop betreft overdrachten met voorbehoud van vruchtgebruik of levenslang recht. De verkrijging na overlijden wordt beschouwd als bedekte bevoordeling, waarbij tegenbewijs mogelijk is.

31
Q

Beschrijf de samenstelling van de belastbare grondslag in de successierechten.

A

Successierechten zijn verschuldigd op het wereldvermogen van overleden rijksinwoners. Alle waardeerbare goederen in de nalatenschap op de dag van overlijden vormen de belastbare grondslag, waarbij schulden van het bruto actief worden afgetrokken.

32
Q

Beschrijf de belastinggrondslag in de successierechten en leg uit hoe schulden en buitenlandse successierechten worden behandeld in het Vlaams Gewest.

A

Voor de belastbare grondslag in de successierechten wordt het netto actief gebruikt, waarbij schulden van het bruto actief worden afgetrokken. In het Vlaams Gewest kunnen schulden en buitenlandse successierechten worden afgetrokken, met een speciale regeling voor forfaitaire aftrek van schulden en begrafeniskosten.

33
Q

Hoe worden schulden behandeld bij de successierechten en welke uitzonderingen zijn er?

A

Alleen schulden die ten laste van de nalatenschap zijn, mogen als passief worden opgenomen. Schulden na overlijden zijn in principe niet aftrekbaar, behalve voor begrafeniskosten en kosten van de testamentuitvoerder. In het Vlaams Gewest kan ook een forfaitaire aftrek worden gekozen.

34
Q

Leg uit hoe buitenlandse belastingen worden afgetrokken bij de successierechten en welke recente ontwikkeling heeft plaatsgevonden.

A

Buitenlandse successierechten op onroerend goed kunnen direct worden afgetrokken van de Vlaamse, Brusselse en Waalse successierechten als er geen dubbelbelastingverdrag is. Recent is er een extra gunstregeling ingevoerd voor vermindering van belasting op buitenlandse roerende goederen.

35
Q

Beschrijf de regels voor waardering van goederen bij de successierechten en noem enkele uitzonderingen.

A

Successierechten worden geheven op het wereldvermogen van overleden rijksinwoners. Goederen worden geschat op verkoopwaarde op datum van overlijden. Uitzonderingen zijn er voor buitenlandse onroerende goederen, openbare effecten en vruchtgebruik met specifieke waarderingsregels.

36
Q

Hoe kan een voorafgaande schatting worden aangevraagd bij de successierechten en welke systemen bestaan er in het Vlaams Gewest?

A

Een voorafgaande schatting kan worden aangevraagd bij de fiscus volgens art. 20 WSucc en 3.3.1.0.9 VCF. In het Vlaams Gewest zijn er twee systemen: een bindende schatting aanvragen bij Vlabel of een experten-schatting aanvragen bij een erkende schatter.

37
Q

Wat zijn de parameters die het toepasselijk tarief bepalen bij de successierechten en hoe wordt dit tarief berekend?

A

Het toepasselijk tarief bij successierechten wordt bepaald aan de hand van de verwantschap tussen erflater en verkrijger en de waarde van het vererfde vermogen. Het tarief is progressief en wordt toegepast op datum van overlijden, met verschillende tarieven per gewest.

38
Q

Leg het rechtelijnstarief uit in het Vlaams / Brussels / Waals Gewest bij de successierechten en hoe worden tarieven berekend?

A

In het Vlaams Gewest gelden tarieven van 3% tot 27% voor erfgenamen in rechte lijn en tussen partners, met gesplitste taxatie. In het Brussels en Waals Gewest variëren de tarieven van 3% tot 30% zonder gesplitste taxatie, afhankelijk van de waarde van het geërfde vermogen.

39
Q

Beschrijf de tarieven voor erfgenamen tussen broers en zussen in het Vlaams Gewest in de successierechten.

A

De tarieven worden berekend per erfgenaam en gelden voor het totaal geërfde bedrag. Tarieven variëren van 25% tot 55%, afhankelijk van het geërfde bedrag.

40
Q

Hoe verschillen de tarieven tussen ooms en tantes en neven en nichten in het Brussels en Waals Gewest in de successierechten?

A

In het Brussels Gewest variëren de tarieven van 35% tot 70%, terwijl in het Waals Gewest de tarieven variëren van 25% tot 70%, afhankelijk van het geërfde bedrag.

41
Q

Definieer het verschil in successierechten tussen echtgenoten en samenwonenden in het Vlaams Gewest.

A

In het Vlaams Gewest worden wettelijk samenwonenden gelijkgesteld met gehuwden voor successierechten, mits ze minstens 1 jaar samenwonen en een gemeenschappelijke huishouding voeren.

42
Q

Hoe werkt de gesplitste taxatie in het Vlaams Gewest bij successierechten?

A

De gesplitste taxatie wordt toegepast op roerende en onroerende goederen afzonderlijk, enkel in rechte lijn en tussen partners, wat leidt tot een progressief voordeel.

43
Q

Beschrijf de verlaagde tarieven voor legaten in het Vlaams Gewest in de successierechten.

A

Voor legaten aan goede doelen gelden vrijstellingen en verlaagde tarieven, zoals een tarief van 8,5% voor legaten aan beroepsverenigingen en private stichtingen.

44
Q

Wat is het fiscaal statuut van familiale ondernemingen in de successierechten in het Vlaams Gewest?

A

Er is een gunstregime voor het erven van familiale ondernemingen of aandelen van familiale vennootschappen in het Vlaams Gewest.

45
Q

Beschrijf de verminderingen voor kleine nalatenschappen in het Vlaams Gewest

A

In het Vlaams Gewest zijn er verschillende verminderingen afhankelijk van de relatie tot de overledene en het erfdeel. Zo gelden er specifieke formules voor erfgenamen in rechte lijn, tussen broers en zussen, en voor alle anderen.

46
Q

Wat is het fiscaal statuut van de gezinswoning in het Brussels Gewest?

A

In het Brussels Gewest is de gezinswoning vrijgesteld van belastingheffing voor de langstlevende echtgenoot of samenwonende partner.

47
Q

Hoe zit de wettelijke terugkeer in de successierechten in het Waals Gewest in elkaar?

A

In het Waals Gewest is er een vrijstelling van successierechten bij een wettelijke terugkeer volgens artikel 747 van het Burgerlijk Wetboek. Dit betekent dat schenkingen kunnen terugkeren naar de ouders zonder belastingen te betalen.

48
Q

Leg uit wat de sociale vrijstellingen zijn in het Vlaams Gewest voor successierechten.

A

In het Vlaams Gewest zijn er sociale vrijstellingen, zoals een vrijstelling van 50.000 euro op roerende goederen voor de langstlevende partner en een vrijstelling van 75.000 euro voor kinderen onder 21 jaar.

49
Q

Wat zijn de gevolgen van het verwerpen van een nalatenschap in het Brussels Gewest?

A

In het Brussels Gewest heeft de verwerping van een nalatenschap geen fiscale gevolgen wat het tarief betreft. Het tarief blijft hetzelfde, zelfs als de verwerper het erfdeel zou hebben moeten betalen.

50
Q

Wat is de betalingsplicht in de successierechten?

A

Elke erfgenaam, legataris of begiftigde is verantwoordelijk voor het betalen van successierechten op zijn deel. Bij niet-betaling kan de fiscale administratie de erfgenamen en legatarissen aanspreken. Er is ook een regeling om met kunstwerken te betalen.

51
Q

Hoe kan men successierechten betalen in natura?

A

Een bijzondere regel maakt het mogelijk om successierechten te betalen met kunstwerken van internationale faam of cultureel erfgoed. Dit voorkomt dat waardevolle kunstwerken uit een nalatenschap verdwijnen door verkoop.

52
Q

Wat is het verschil tussen cultuurgoederen en kunstwerken in het kader van de BTW-regeling in het Vlaams Gewest?

A

Cultuurgoederen vallen onder een ruimer begrip dan kunstwerken volgens de recente uitbreiding van de regeling in het Vlaams Gewest.

53
Q

Leg uit wat de Europese oorsprong van de BTW inhoudt en hoe de huidige btw-stelsels in de lidstaten zijn gestandaardiseerd.

A

De BTW is een Europese belasting die gebaseerd is op richtlijnen die harmonisatie van btw-stelsels in lidstaten bevorderen en bestaande verschillen verminderen. Het basistarief moet minstens 15% zijn volgens de richtlijn.

54
Q

Wat zijn de voorwaarden om als BTW-plichtige te worden beschouwd en welke activiteiten vallen hieronder?

A

Een BTW-plichtige moet een economische activiteit geregeld en zelfstandig uitoefenen, met leveringen van goederen en diensten zoals omschreven in het Btw-Wetboek, ongeacht de locatie van de activiteit.

55
Q

Wat houdt een intracommunautaire verwerving in volgens de WBTW en waar vindt deze plaats?

A

Een intracommunautaire verwerving is de levering van een goed dat naar een andere EU-lidstaat wordt verzonden om daar geleverd te worden, en vindt plaats in de lidstaat waar het vervoer vanuit een andere lidstaat aankomt.

56
Q

Beschrijf de ‘minimis’-regel met betrekking tot de BTW en welke vrijstelling deze biedt.

A

De ‘minimis’-regel is een vrijstelling van BTW voor kleine ondernemingen met een omzet van maximaal 25.000 euro volgens artikel 56bis van het Btw-Wetboek.