Ethische kwesties Flashcards

1
Q

6 ethische basisprincipes

A
  • Autonomie erkennen: cliënt heeft recht om autonoom keuzes te maken en te handelen, op voorwaarde dat hieraan geen nadelige gevolgen voor anderen verbonden zijn
  • Gericht op goede te doen: hulpverlener moet toegewijd zijn aan bevorderen groei en ontwikkeling cliënt
  • Niet schaden
  • Rechtvaardigheid: hulpverlener biedt aan iedereen gelijke kansen en hulpbronnen
  • Loyaliteit: hulpverlener is betrouwbaar en houdt zich aan zijn beloften
  • Oprechtheid: hulpverlener vertelt iedereen waarheid, geeft eerlijke feedback
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ethische thema’s

A
  • Vertrouwelijkheid: beroepsgeheim
  • Grenzen erkennen: enkel hulp op gebieden waarin geoefend en competent
  • Cliënten helpen begrijpen hoe hulpverlening werkt: cliënten informeren (inhoud relatie, prijs, theoretisch kader, lengte traject, technieken, verwachte uitkomsten, opname sessies)
  • Goede grenzen ontwikkelen
  • Focussen op noden van cliënt
  • Schadelijke relaties vermijden: geen cliënten met wie andere relaties, geen therapeutrol opnemen voor familie/vrienden (50-50 relatie, gebrekkige objectiviteit, eigen noden interfereren, macht en afhankelijkheid)
  • Bewust zijn van waarden
  • Ethische gedrag mbt cultuur: bewust van en begrip voor individuele (culturele) verschillen
  • Gedragen volgens ethische codes: 6 ethische basisprincipes, ethisch beslissingsmodel, reflectie eigen gedrag
  • Zorg dragen voor jezelf: noodzakelijk om voor anderen te kunnen zorgen, eigen welzijn en energie evalueren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Rode vlag topics

A
  • Mbt thema in begeleiding
  • Mbt problematiek
  • Mbt cliënt/type van cliënt
  • Mbt werk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Rode vlag topics mbt thema in begeleiding

A
  • Vermijden bepaald thema
  • Negatieve gevoelens tav thema
  • Verhoogde emotionele arousal/overreageren omtrent thema
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Rode vlag topics mbt problematiek

A
  • Vermijden bepaalde problematieken
  • Verwerpen bepaalde problematieken
  • Negatieve gevoelens tav bepaalde problematieken
  • Verhoogde emotionele arousal/overreageren omtrent problematieken
  • Over-identificatie bepaalde problematieken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Rode vlag topics mbt cliënt/type van cliënt

A
  • Seksuele gevoelens tav cliënt/type cliënt
  • Gevoelens van overbescherming tav cliënt/type cliënt
  • Verlangen naar persoonlijke relatie met bepaalde cliënt/type cliënt
  • Gevoelens van verwerping tav cliënt/type cliënt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Rode vlag topics mbt werk

A
  • Bevestiging/bewondering nodig hebben van cliënten
  • Zeer snel advies willen geven aan cliënten en vervelend vinden wanneer niet gevolgd
  • Afhankelijkheid bevorderen
  • Macht en controle nodig hebben tav cliënten en slecht ervaren dat cliënt eigen weg kiest
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

A-B-C-D strategie bij het maken van ethische beslissingen

A
  • Assassment: hulpverlener identificeert situatie, toestand en bronnen cliënt, waarden, gevoelens en reactie op situatie van hulpverlener
  • Benefit: hulpverlener evalueert wat voordeligst zou zijn voor cliënt, hulpverleningsrelatie, significante anderen van cliënt
  • Consequences en consultation: in kaart brengen ethische, wettelijke, emotionele en therapeutische gevolgen van mogelijke acties, consulteren supervisor
  • Duty en documentation: nagaan welke plichten hulpverlener tov wie heeft, bijhouden wat er gebeurt
  • Education: reflecteren over handelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly