diabetus mellitus / collageen continuüm / corticosteroïden Flashcards

1
Q

wat gebeurt er met glucose bij diabetes

A

glucose is een boosdoener door de reactie die het aangaat met de langlevende eiwitten (glycering). collageen is een langlevend eiwit en glucose bindt zich chemisch aan de uitstekende aminogroepen. hoe ouder eiwitten wroden hoe meer glycering optreedt hierdoor treedt een ongewenste / pathologische crosslinking tussen collagene fibrillen plaats. deze crosslinking leidt tot verkleving van de collageen, die zich voorheen vrij konden verplaatsen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn de gevolgen van glycering bij diabetes patiënten

A

door stoornissen in de suikerspiegel treedt glycering veelvuldig op bijvoorbeeld:

  • de kransslagaders van het hart en de hartspier worden stijver en de arteriën worden atherosclerotisch, waardoor hartfunctieverlies en hoge bloeddruk optreden.
  • vaatwanden verharden en de basale laminae rond capillairen verdikken zich. daardoor wordt de doorlaatbaarheid van het vaatstelsel nadelig beïnvloed vooral in de uiteinden van de extremiteiten gaat de weefsekwaliteit achteruit
  • zenuwvezels in de extremiteiten degenereren door het gebrek aan voeding en zuurstof
  • open wonden aan benen en voeten leiden tot infecties en necrose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

beschrijf in het kort de gevolgen van te veel glucose

A

de crosslinking in kapsels en ligamenten en de ongewenste / pathologische moleculaire verbindingen in bindweefselovergangen tussen spieren, facies en huid leiden tot bewegingsbeperkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is van belang bij diabetus patiënten

A

het is van groots belang dat de patiënten zich levenslang aan de dieetmaatregelen houden en een goed gereguleerde toediening van insuline de conditie van de weefsels veilig stellen.

het voorkomen van een hyperglykemie of een diabetische coma zijn in de voorlichting de kortetermijndoelen van de behandleing met insuline.

het is van belang dat de patiënt kennis heeft van het langetermijneffect van een slecht gereguleerde glucosesppiegel in het bloed.

voor hen is suiker behavle een energiebron ook een gifstof.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is het collageen continuüm

A

een model waarbij individuele spieren via pezen krachten overbrengen schiet te kort in werkelijkheid is er sprake van een doorlopende fascia, fascia generalis, die het gehele onderliggende bewegingsapparaat omhult. tussen spiergroepen liggen stevige compartimentsvliezen (intermusculaire septa / bindweefsel septa) en afzonderlijke spieren hebben ook facies. behalve van het benige skelet is er dus sprake van een skelet van collageen bindweefsel, het fibreuze skelet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn de functies van het fibreuze skelet

A

het zorgt voor steun en stabilisering maar ook andere functies als

  • stabiliteit en sturing van de membrana interossea in onderbeen en onderarm en de ligamenten tussen de MCP - gewrichten in de hand
  • fixeren van bepaalde plaatsen, zoals de huid in de voetzool en de handpalm
  • geleiden van krachten, zoals aponeurosis plantaris die het lengtegewelf van de voet tussen calcaneus en de voorvoet passief ontspant
  • beschermen tegen druk
  • scheiden van structuren (septa en facies tussen spiergroepen
  • samenvoegen en begrenzen, zoals fascia lata van het bovenbeen
  • geleiden van pezen, zoals de pulley’s voor de flexorpezen in de vingers en de carpale tunnel in de pols
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is de conclusie van een collageen continuüm

A

alle bindweefselstructuren in het lichaam vormen een strucutureel continuüm zonder een duidleijke scheiding met holle ruimte tussen huid en onderhuid, vetweefsel, fascies, aponeurosen en spiervezels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat gebeurt er als het bindeefselskelet zich onvoldoende aanpast

A

als het bindweefselskelet zich onvoldoende aanpast aan training (hypertrofie of lange afstand lopen) kan het logesyndroom of compartimentsyndroom ontstaan. hierbij loopt de druk tijdens het sporten zo hoog op dat er circulatiestoornissen en uiteindelijk pijn en zuurstofgebrek ontstaan. bij een ongeval kan een acuut compartimentsyndroom ontstaan. hierbij ontstaat, vaak door zwelling of bloed een dusdaine druk dat er circulatiestoornissen ontstaan die weefselsterfte (necrose) tot gevolg kunnen hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat zijn de effecten van corticosteroïden

A

cortisol beïnvloed processen in het lichaam die optreden bij

  • stress
  • honger
  • trauma

de groep bijnierschorshormonen waartoe cortisol behoort, wordt ook wel glucorotoïden genoemd. dit om het feit dat het suikers kan vrijmaken om zo de mens of reparatieprocessen van energie te voorzien. daarnaast remt cortisol de soms agressieve ontstekingsreactie die bij weefsschade optreed. cortisol stabiliseert de lysosmale membranen in de witte bloedcellen, waardoor hun opruimwerkzaamheden enegiszins worden afgeremd. hierdoor kan cortisol ontstekingsreacties afremmen en minder heftig laten verlopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat gebeurt er als er teveel corticosteroïden injecties zijn toegedient

A

de toediening van hoge of vele corticosteroïden injecties heeft op lange termijn negatieve effecten op de kwaliteit van vele typen bindweefsel en het skelet.de bindweefselvormende cellen in pezen, gewrichten, gewrichtskraakbeen en botten worden door corticosteroïden geremd in hun activiteit.
bijvoorbeeld de botafbraak overheerst. in het jonge skelet worden de epifysairschijven dunnen omdat de kraakbeencellen onvoldoende matrix en vezels aanmaken. ook pezen en ligamenten worden eiwitten onttrokken en dit leidt ook tot degeneratie en zwakte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly