Deel 3: De federale uitvoerende macht Flashcards
De organen van de federale uitvoerende macht
Volgens de grondwet wordt dit functie door de koning uitgeoefend, maar omdat hij onschendbaard en onverantwoordelijk is, berust deze rol op de federale regering. De ministers moeten altijd mee ondertekenen, want ze nemen de verantwoordelijkheid op zich.
Staatssecretarissen kunnen maar hoeven niet mee te ondertekenen
Kenmerken van het statuut van de koning:
1.De erfelijkheid:
2.De onschendbaarheid en de onverantwoordelijkheid van de Koning:
3.De onbekwaamheid om alleen te handelen - de politieke ministeriële verantwoordelijkheid
4.De Koning heeft geen persoonlijke macht maar beschikt wel over politieke invloed
Wat is de civile lijst
De civiele lijst omvat het geheel van de middelen die de Natie ter beschikking stelt van de
Koning om hem toe te laten in morele en materiële onafhankelijkheid gestalte te geven aan de
koninklijke functie, zowel in het binnenland als in het buitenland. (omvat de dotatie en het recht
van gebruik van de koninklijke woningen en domeinen)
Het statuut van de koning: De onschendbaarheid en de onverantwoordelijkheid van de Koning:
De regel van de onschendbaarheid van de persoon van de Koning is absoluut. Dit betekent dat tegen de Koning geen rechtsgeding kan worden gevoerd, noch op strafrechtelijk, noch op burgerrechtelijk vlak
De Koning kan dus niet voor een misdrijf worden vervolgd of berecht. Hij kan evenmin burgerrechtelijk worden gedagvaard voor de rechter (bv. niet-nakoming van een verbintenis; aansprakelijkheid wegens onrechtmatige daad)
Er wordt wel aanvaard dat een burgerlijke procedure wordt ingesteld m.b.t. het vermogen van
de Koning. De procedure kan niet tegen de persoon van de Koning worden ingesteld, maar t.a.v. de intendant of de beheerder van de civiele lijst
De onschendbaarheid van de Koning wordt doorgetrokken op het politieke vlak: noch de
federale Regering, noch het federaal Parlement kunnen de Koning uit zijn ambt ontzetten of
kunnen hem op enige wijze ter verantwoording roepen.
De leden van de federale Regering moeten de volledige politieke verantwoordelijkheid voor de
handelingen van de Koning opnemen en mogen zich niet op zijn oordeel beroepen.
Het statuut van de koning :De erfelijkheid:
De grondwettelijke macht van de Koning gaat over bij erfopvolging en volgens eerstgeboorterecht
Alleen de biologische afstammelingen kunnen aanspraken op de troon laten gelden.
Buitenechtelijke kinderen en geadopteerde kinderen genieten geen recht van opvolging.
Het statuut van de koning: De Koning heeft geen persoonlijke macht maar beschikt wel over politieke invloed
Geen enkele door de Grondwet of door de wet aan de Koning verleende bevoegdheid kan als een persoonlijk recht van de Koning worden beschouwd.
De Koning moet elke bevoegdheid samen met zijn ministers uitoefenen.
Wanneer in de Grondwet “Koning” wordt vermeld, worden zowel de persoon van de Koning als de politiek verantwoordelijke ministers bedoeld
Het advies van de Koning is niet bindend en de federale Regering beslist vrij of zij adviezen van de Koning wil volgen.
Zo er een meningsverschil tussen de Koning en de federale Regering bestond, zou de federale Regering enkel ontslag kunnen nemen indien zij de Koning er niet toe zou kunnen bewegen
haar opvatting te delen.
De Koning kan enkel politieke invloed uitoefenen indien deze invloed door de ministers en door de volksvertegenwoordigers wordt getolereerd.
De Koning kan ook de aanzet geven tot bepaalde ontwikkelingen. Vb.: oprichting van de Raad van State, algemeen enkelvoudig stemrecht.
De politieke invloed van de Koning wordt mede beïnvloed door:
- het bestaan van coalitieregeringen
- politieke, sociale en culturele verschillen tussen Noord en Zuid.
Hoe komt de federale regering tot stand?
De federale ministers worden door de Koning benoemd en ontslagen.
Bij haar aantreden dient de federale Regering het vertrouwen te krijgen van de KvV. Dat vertrouwen wordt naar aanleiding van de regeringsverklaring (die door de Eerste Minister wordt voorgelezen in de Kamer van Volksvertegenwoordigers)
gegeven (= grondwettelijke gewoonte).
De Regering telt één of meer vice-premiers.
Wanneer de Eerste Minister afwezig of ziek is, wordt hij vervangen door de eerste vice-premier van de andere ‘taalrol’ dan die van de Eerste Minister.
De kernkabinet samenstelling
Samen met de Eerste Minister vormen de vice-premiers het kernkabinet.
ministers zonder portefeuille
Het betreft ministers die niet met het beheer van een ministerieel departement (Federale Overheidsdiensten – FOD) zijn belast, wat normaal het geval is bij ministers.
Staatssecretarissen
worden toegevoegd aan een minister en zijn bevoegd voor welbepaalde
aspecten van het ruimere bevoegdheidspakket van de minister aan wie ze zijn toegewezen.
De staatssecretaris oefent zijn bevoegdheid uit in nauwe samenspraak met de betrokken
minister.
De staatssecretaris maakt geen deel uit van de Ministerraad, al zal hij de facto wel de
vergaderingen van de Ministerraad kunnen bijwonen en zal dit zelfs aangewezen zijn wanneer
een aangelegenheid wordt besproken die raakvlakken vertoont met het domein waarvoor zij
bevoegd zijn.
Het aantal staatssecretarissen wordt niet beperkt door de Grondwet
De Regeringsraad
s de gezamenlijke vergadering van alle federale regeringsleden, ministers
en staatssecretarissen. In de praktijk komt deze maar zelden bijeen
Ministers van Staat
maken geen deel uit van de ministerraad.
Het betreft een eretitel die de Koning kan verlenen aan personen die worden geacht zich in het
openbaar leven verdienstelijk te hebben gemaakt.
Vaak gaat het om oud-ministers, maar het kan ook gaan om politici die nooit minister zijn
geweest of om hoge medewerkers van een minister, zoals een kabinetschef.
De Minister van Staat heeft geen bevoegdheden, tenzij het lidmaatschap van de Kroonraad
De Kroonraad
wordt voorgezeten door de Koning en bestaat uit de ministers van de federale
Regering en de Ministers van Staat.
Deze raad wordt alleen in hoogst uitzonderlijke omstandigheden bijeengeroepen met het doel
de Koning te adviseren over aangelegenheden die voor een crisisomstandigheid kunnen
doorgaan (bijv. dreigend oorlogsgevaar, ernstig politiek probleem).
De Kroonraad werd voor het laatst bijeengeroepen n.a.v. de onafhankelijkheid van Congo.
In 2007 werden naar aanleiding van de moeizame formatiegesprekken een aantal Ministers van
Staat met “bijzondere ervaring tijdens communautaire crisissen” geraadpleegd door de Koning.
Dit is niet te beschouwen als de bijeenroeping van de Kroonraad.
Men kan dus stellen dat de Kroonraad in onbruik is geraak
De voornaamste bevoegdheden van de Koning als hoofd van de uitvoerende macht.
staat in de grondweet
Het ontslag van de federale Regering.
Luidens art. 96, tweede lid Gw. is de federale Regering in twee gevallen verplicht om haar
ontslag aan de Koning aan te bieden
- wanneer de Kamer van Volksvertegenwoordigers, bij volstrekte meerderheid van haar leden,
een motie van wantrouwen aanneemt (d.w.z. dat van de 150 kamerleden minstens 76 de motie
moeten aannemen) die een opvolger voor de Eerste Minister voor benoeming aan de Koning
voordraagt (het betreft een “constructieve” motie van wantrouwen) - wanneer de Kamer van Volksvertegenwoordigers, bij volstrekte meerderheid van haar leden,
een motie van vertrouwen in de Regering verwerpt (d.w.z. dat van de 150 Kamerleden minstens
76 de motie moeten aannemen) en binnen drie dagen een opvolger voor de Eerste Minister aan
de Koning voordraagt (het betreft een “constructieve” motie van vertrouwen).