de bronnen van het grondwettelijk recht, deel 1 Flashcards

1
Q

De grondwet schenkt weinig aandacht aan de problematiek van de vraag welke rechtsregels moeten nageleefd worden. Aantal bepalingen bevatten wel regelen Coor specifieke conflicten?

A
  • Artikel 108 Gw. bepaalt dat de koninklijke besluiten de wetten nooit mogen schorsen of
    vrijstelling van hun uitvoering mogen verlenen. KB IS ONDERGESCHIKT AAN DE WET
  • Artikel 159 Gw. bepaalt dat de hoven en rechtbanken de algemene, provinciale en
    plaatselijke verordeningen en besluiten alleen toepassen in zoverre zij met de wetten
    overeenstemmen.
  • Artikel 188 Gw. bepaalt dat met ingang van de dag waarop de Grondwet uitvoerbaar wordt,
    alle daarmee strijdige wetten en andere akten worden opgeheven HET IS EEN OVERGANGSBEPALING
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Voor het overige bevat de Grondwet evenwel geen oplossingen voor (andere) normconflicten.11
Teneinde normconflicten te voorkomen of, als ze zich voordoen, op te lossen is naar een criterium
van onderscheid gezocht tussen de normen van de diverse overheidsorganen. Welke ciriterium is het?

A

hiërarchie der rechtsnormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hiërarchie der rechtsnormen

A

Kort gesteld, houdt de leer van de hiërarchie van de rechtsnormen in dat er een hiërarchische
verhouding bestaat tussen de normen die van de diverse overheidsorganen afkomstig zijn en dat de
normen die lager gerangschikt staan op de hiërarchische ladder, en die m.a.w. een geringere
juridische waarde hebben, de hoger gerangschikte normen moeten respecteren.

de wetgevende macht juridisch voorrang heeft op de uitvoerende macht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Uit die hiërarchische verhouding leiden we de volgende principes af:

A
  • Normen die lager gerangschikt staan op de hiërarchische ladder (die dus een geringere
    juridische waarde hebben) moeten de hoger gerangschikte normen respecteren.16 Lagere
    normen mogen de hogere normen enkel uitvoeren, specificeren of verduidelijken
  • Op de lagere regelgever rust de principiële verplichting volgens de hogere rechtsnorm te
    handelen;
  • Bij een conflict tussen twee normen moet de rechter de voorrang geven aan de hiërarchisch
    hogere norm. De hiërarchie is in principe juridisch afdwingbaar. In beginsel mag de rechter
    de lagere norm slechts toepassen wanneer die norm in overeenstemming is met de hogere
    norm;
  • Wanneer een norm onduidelijk is, dient deze op zo een wijze te worden geïnterpreteerd dat
    hij in overeenstemming is met de hogere norm (bv. een wet moet grondwetsconform
    worden gelezen). Kan de lagere norm op verschillende manieren worden geïnterpreteerd
    dat moet voor die interpretatie worden gekozen die in overeenstemming kan worden geacht
    met de hogere norm.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Mening van RvS en GwH over hierarchie der rechtsnormen

A

In de rechtspraak van de Raad van State20 en van het Grondwettelijk Hof21 wordt de hiërarchie van
de rechtsnormen uitdrukkelijk erkend als een algemeen rechtsbeginsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat vindt HvC van hiërarchie der rechtsnormen

A

Het Hof van Cassatie
omschrijft de hiërarchie van de rechtsnormen als een algemeen rechtsbeginsel met grondwettelijke
waarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe wordt de onderscheid gemaakt tussen verdragen met directe werking en verdragen zonder directe werking?

A

Dit gebeurt aan de hand van subjectieve en objectieve
beoordelingscriteria.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe wordt de onderscheid gemaakt tussen verdragen met directe werking en verdragen zonder directe werking? Subjectieve criteria:

A

Hierbij wordt gekeken naar de bedoelingen van de verdragspartijen: hadden zij de bedoeling om
een bepaling directe werking te geven? (bv. door raadpleging van voorbereidende documenten van
organen die bij het totstandkomingsproces van een verdrag waren betrokken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe wordt de onderscheid gemaakt tussen verdragen met directe werking en verdragen zonder directe werking? Objectieve criteria:

A
  • De verdragsbepaling moet rechten of verplichtingen tot stand brengen ten aanzien van de burgers die onder het gezag van de verdragsluitende partij staan;
  • De verdragsbepaling moet voldoende precies, duidelijk en onvoorwaardelijk zijn, zodat ze
    rechtstreeks toepassing kan vinden in het intern recht;
  • De verdragsbepaling moet in overeenstemming met de Belgische Grondwet zijn tot stand gekomen en goedgekeurd;
  • De verdragsbepaling moet op regelmatige wijze zijn bekendgemaakt (i.e. in België in het Belgisch Staatsblad samen met de goedkeuringswet)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Het sluiten van een verdrag in het federaal België?

A

In België beschikken de deelstaten over volwaardige verdragsbevoegdheid, maar de Koning
behoudt de leiding van de buitenlandse betrekkingen

→ gemeenschappen en gewesten zijn bevoegd om zelf initiatief te nemen en verdragen te sluiten
over aangelegenheden die tot hun materiële bevoegdheden behoren

→ soorten verdragen in de Belgische federale context:
- verdragen die uitsluitend betrekking hebben op ofwel federale, ofwel gemeenschapsbevoegdheden ofwel gewestbevoegdheden
- gemengde verdragen: hebben betrekking op zowel federale, gemeenschaps- als
gewestbevoegdheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Eenheid in de buitenlandse betrekkingen:

A
  • de leiding van de buitenlandse betrekkingen blijft bij de Koning berusten
    bv. de federale overheid bepaalt welke staten al dan niet erkend worden en met welke staten
    diplomatieke betrekkingen worden onderhouden.
  • informatiemechanismen
  • het recht van verzet van de federale overheid op basis van objectieve criteria: DE FEDERALE OVERHEID KAN ZICH VERZETTEN TEGEN HET FEIT DAT DE DEELSTAAT DIP BETREKKINGEN GAAT AANGAAN.
  • de interministeriële conferentie voor het buitenlands beleid (hierna ICBB)
  • samenwerkingsakkoorden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Verdragen die uitsluitend betrekking hebben op federale, gemeenschaps- of gewestbevoegdheden

A

Worden gesloten door of in naam van de betrokken UM + onderhandelingen: Koning, gemeenschaps- of gewestregering:

Mogelijkheid van verzet van de federale overheid tegen het initiatief van de gemeenschappen en
gewesten: artikel 81 Bijzondere Wet Hervorming Instellingen: procedure:
1. informatieplicht: gemeenschaps- en gewestregeringen informeren de Koning over het
voornemen om onderhandelingen aan te vatten en over elke daaropvolgende rechtshandeling

  1. betekening door de Ministerraad van bezwaren tegen het voorgenomen verdrag binnen 30 dagen
    aan de betrokken regering en aan de Interministeriële Conferentie voor het Buitenlands Beleid →
    voorlopige schorsing van de voorgenomen procedure
  2. beslissing van de Interministeriële Conferentie binnen 30 dagen over de zaak → procedure van
    de consensus – indien consensus kan de procedure tot het sluiten van een verdrag worden
    verdergezet
  3. geen consensus: einde aan de voorlopige schorsing 60 dagen na het betekenen van de bezwaren

Tenzij: definitieve bevestiging van de schorsing van de door de gemeenschaps- of gewestregering
voorgenomen procedure door de Koning bij met redenen omkleed en in Ministerraad overlegd
besluit:

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een Interministeriele conferentie

A

Overleg over sluiten van verdragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het overleg comité?

A

: waar de 6 regeringen samen komen en belangrijke zaken bespreken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Verdragen die uitsluitend betrekking hebben op federale, gemeenschaps- of gewestbevoegdheden: Wat indien de definitieve bevestiging van de schorsing van de door de gemeenschaps- of gewestregering
voorgenomen procedure door de Koning bij met redenen omkleed en in Ministerraad overlegd
besluit:

A

Is alleen mogelijk in 4 volgende gevallen:
- de verdragspartij is niet door België erkend
- België onderhoudt geen diplomatieke betrekkingen met de verdragspartij
- uit een beslissing of een handeling van de staat blijkt dat de betrekkingen tussen België en
de verdragspartij zijn verbroken, geschorst of ernstig in het gedrang zijn gekomen
- het voorgenomen verdrag is in strijd met internationale of supranationale verplichtingen
van België

  • instemming / goedkeuring door de wetgevende macht: door de betrokken parlementen
  • op federaal niveau: indiening van ontwerp houdende goedkeuring van het gesloten verdrag in de
    Kamer van volksvertegenwoordigers
  • ratificatie: door de betrokken regeringen
  • opzegging: prerogatief van de UM
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Gemengde verdragen: hebben betrekking op zowel federale, gemeenschaps- als
gewestbevoegdheden:

A
  • Samenwerkingsakkoord van 8 maart 1994 tussen de federale overheid, de gemeenschappen en de
    gewesten over de nadere regelen voor het sluiten van gemengde verdragen
  • Onderhandelingen en sluiten van het verdrag: betrokken regering informeert de ICBB over het
    voornemen om onderhandelingen aan te vatten
    ICBB stelt de samenstelling van de delegatie en onderhandelingspositie vast

Onderhandelingen gebeuren onder de coördinerende leiding van de FOD Buitenlandse Zaken

  • Ondertekening: door de minister van buitenlandse zaken en door minister, aangewezen door
    gemeenschaps- en gewestregering
  • Instemming/goedkeuring door de WM: instemming door de betrokken parlementen
  • Ratificatie: door de Koning
  • Opzegging: door de Koning (met instemming van alle betrokken partijen in het kader van de
    ICBB)
17
Q

Verhouding tussen het internationaal recht en het nationaal recht:

A

De verhouding tussen het internationaal recht en het nationaal recht wordt niet geregeld in de Belgische Grondwet.

In de Grondwet vindt men enkel artikel 34 Gw. terug dat luidt als volgt: “De uitoefening van
bepaalde machten kan door een verdrag of door een wet worden opgedragen aan volkenrechtelijke
instellingen.

Dit is de grondwettelijke basis voor de overdracht van soevereiniteit aan internationale en
supranationale instellingen

18
Q

Bespreking art 34 GW

A

Artikel 34 Gw. maakt duidelijk dat enkel “de uitoefening” van “bepaalde” machten kan worden
overgedragen. De soevereiniteitsoverdracht is dus niet algemeen. Hij kan slechts betrekking
hebben op ‘bepaalde’ machten, wat logisch is omdat anders de Staat van zijn essentie zou kunnen
worden ontdaan. De overgedragen machten moeten bovendien op voldoende wijze zijn
omschreven.

Daarmee verduidelijkte de grondwetgever dat geen afstand van de soevereiniteit
zelf mogelijk is en dat ook geen verdragen kunnen worden gesloten die het de organen van de
internationale instellingen zelf mogelijk maken om hun machten uit te breiden, ten nadele van de
Staat.

Artikel 34 Gw. stelt ook enkele voorwaarden aan een soevereiniteitsoverdracht, door te bepalen
dat dit uitsluitend bij wet of bij verdrag kan gerealiseerd worden. Dit impliceert dat telkens de
bevoegde wetgevende vergaderingen hun goedkeuring dienen te betuigen met de overdracht.
Met artikel 34 Gw. wordt in de Grondwet evenwel geen antwoord gegeven over de verhouding
tussen het internationaal recht en het nationaal recht