De Opmat Thema 3 Flashcards
en
pork
varkensvlees (het, thema 3)
en
fijn (thema 3)
nice, delicate
en
newspaper
krant (de; -en, thema 3)
en
black
zwart (thema 3)
en
can
blikje(het; -s)
en
meloen (de; -en, thema 3)
melon
en
maybe, perhaps
misschien (thema 3)
en
afrekenen
(rekende af, rekenden af; heeft afgerekend)
to pay
en
kilo (de; -‘s, thema 3)
kilo
en
you (object singular)
jou (thema 3)
en
dvd-recorder (de; -s, thema 3)
dvd-recorder
en
moment
ogenblik (het; -ken, thema 3)
en
to look, to watch
kijken (thema 3)
(keek, keken; heeft gekeken)
en
orange (fruit)
sinaasappel (de; -s, thema 3)
en
komkommer (de; -s, thema 3)
cucumber
en
luisteren (thema 1)
(luisterde, luisterden; heeft geluisterd)
to listen
en
schroef (de; schroeven, thema 3)
screw
en
interesting
interessant (thema 3)
en
cheap
goedkoop (thema 3)
en
kilo
kilo (de; -‘s, thema 3)
en
dressoir (het of de; -s, thema 3)
sideboard
en
drilling machine
boormachine (de; -s)
en
bijzettafeltje (het; -s)
occasional table
en
occasional table
bijzettafeltje (het; -s)
en
plaster
pleister (de; -s, thema 3)
en
raspberry
framboos (de; frambozen, thema 3)
en
salami
salami (de, thema 3)
en
meat
vlees (het; -, thema 3)
en
hamburger
hamburger (de; -s, thema 3)
en
zomer (de; -s, thema 3)
summer
en
chicken leg
kippenpoot (de; kippenpoten, thema 3)
en
then; than (+ comparative)
dan (thema 3, 5 en 10)
en
shopping evening
koopavond (de; -en, thema 3)
en
bestellen
(bestelde, bestelden; heeft besteld)
to order
en
model (het; modellen, thema 3)
model
en
grey
grijs (thema 3)
en
shop
winkel (de; -s, thema 3)
en
rood (thema 3)
red
en
bracelet
armband (de; -en)
en
something
iets (thema 3)
en
blouse (de; -s)
blouse
en
slagerij (de; -en, thema 3)
butcher’s shop
en
licht (thema 3)
licht
en
bookcase
boekenkast (de; -en)
en
strawberry
de aardbei (de; -en)
en
sinaasappel (de; -s, thema 3)
orange (fruit)
en
bra
bh (de; -‘s)
en
lippenstift (de; -en, thema 3)
lipstick
en
shawl, scarf
sjaal (de; -s, thema 3)
en
of course, natural(ly)
natuurlijk (thema 3)
en
melk (de, thema 3)
milk
en
koken (thema 3)
(kookte, kookten; heeft gekookt)
to cook
en
boekenkast (de; -en)
bookcase
en
shirt (het; -s, thema 3)
shirt
en
vest (het; -en, thema 3)
waistcoat
en
pants
slipje (het; -s, thema 3)
en
kleren (de; -, thema 3)
clothes
en
melon
meloen (de; -en, thema 3)
en
oranje (thema 3)
orange
en
desk
bureau (het; -s)
en
to cost
kosten (thema 3)
(kostte, kostten; heeft gekost)
en
him
hem (thema 3)
en
thirst
dorst (de; -, thema 3)
en
their
hun (thema 3)
en
chicken
kip (de; -pen, thema 3)
en
to wear (clothes)
dragen (thema 3)
(droeg, droegen; heeft gedragen)
en
water
water (het; -, thema 3)
en
chemist
drogist (de; -en, thema 3)
en
beef
rundvlees (het, thema 3)
en
sentence
zin (de; -, thema 3)
en
vuilniszak (de; -ken, thema 3)
refuse bag
(bin bag)
en
butcher
slager (de; -s, thema 3)
en
pear
peer (de; peren, thema 3)
en
newspaper
krant (de; -en, thema 3)
en
maar (thema 2 en 3)
but; only; just
en
small roll
rolletje (het, -s, thema 3)
en
klant (de; -en, thema 3)
customer
en
note
briefje (het; -s)
en
to cook
koken (thema 3)
(kookte, kookten; heeft gekookt)
en
spinach
spinazie (de; -, thema 3)
en
flat (de; -s, thema 3)
flat, apartment building
en
at; with; near
bij
en
hout (het, thema 3)
wood, timber
en
ei (het; eieren, thema 3)
egg
en
nice, pleasant
prettig (thema 3)
en
waistcoat
vest (het; -en, thema 3)
en
to put on
aantrekken
(trok aan, trokken aan; heeft aangetrokken)
en
glove
handschoen (de; -en, thema 3)
en
flat, apartment building
flat (de; -s, thema 3)
en
hem (thema 3)
him
en
jeweller
juwelier (de; -s, thema 3)
en
speelgoed (het; -eren, thema 3)
toys
en
bloemkool (de; bloemkolen)
cauliflower
en
pâté
pâté (de; -s, thema 3)
en
menu
menu (het; -‘s, thema 3)
en
vers (thema 3)
fresh
en
just; once
eens (thema 3)
en
handdoek (de; -en, thema 3)
towel
en
long
lang (thema 3)
en
bureau (het; -s)
desk
en
douchecrème (de; -s, thema 3)
shower gel
en
lamb
lamsvlees (het, thema 3)
en
flesje (het; -s, thema 3)
small bottle
en
french loaf
stokbrood (het; stokbroden, thema 3)
en
delicious, very nice
heerlijk (thema 3)
en
stem (de; stemmen, thema 3)
voice
en
shampoo
shampoo (de; -s, thema 3)
en
mouw (de; -en, thema 3)
sleeve
en
orange
oranje (thema 3)
en
dorst (de; -, thema 3)
thirst
en
salami (de, thema 3)
salami
en
spaghetti (de; -, thema 3)
spaghetti
en
pot
pot (de; -ten, thema 3)
en
printer (de; -s, thema 3)
printer
en
krant (de; -en, thema 3)
newspaper
en
pyjamas
pyjama (de; -‘s, thema 3)
en
greengrocer’s (shop)
groentewinkel (de; -s, thema 3)
en
pyjama (de; -‘s, thema 3)
pyjamas
en
sandaal (de; sandalen, thema 3)
sandal
en
honger (thema 3)
hunger
en
measure, size
maat (de; maten, thema 3)
en
cut, sliced
gesneden (van het werkwoord ‘snijden’; thema 3)
en
egg
ei (het; eieren, thema 3)
en
screw
schroef (de; schroeven, thema 3)
en
cool
koel (thema 3)
en
to listen
luisteren (thema 1)
(luisterde, luisterden; heeft geluisterd)
en
shoe shop
schoenenzaak (de; schoenenzaken, thema 3)
en
weekend (het; -en, thema 3)
weekend
en
druif (de; druiven, thema 3)
grape
en
green
groen (thema 3)
en
laag (thema 3)
low
en
refuse bag
(bin bag)
vuilniszak (de; -ken, thema 3)
en
sjaal (de; -s, thema 3)
shawl, scarf
en
duur (thema 3)
expensive
en
other side, opposite side
overkant (de; -en, thema 3)
en
bloemenzaak (de; bloemenzaken)
flower shop, florist’s shop
en
jacket
colbert (het of de; -s, thema 3)
en
product (het; -en, thema 3)
product
en
very
hartstikke (thema 3)
en
pound
pond (thema 3)
en
kip (de; -pen, thema 3)
chicken
en
pak (het; -ken, thema 3)
package, packet
en
beurt (de; -en)
turn
en
do-it-yourself shop
bouwmarkt (de; -en)
en
tijdschrift (het; -en, thema 3)
magazine
en
grape
druif (de; druiven, thema 3)
en
endive (čekanka)
andijvie (de)
en
clothes
kleding (de, thema 3)
en
apple
appel (de; -s)
en
few, little
weinig (thema 3)
en
pastry, cakes
gebak (het, -, thema 3)
en
halsketting (de; -en, thema 3)
necklace
en
prettig (thema 3)
nice, pleasant
en
delicious, very nice
heerlijk (thema 3)
en
weekend
weekend (het; -en, thema 3)
en
wc-papier (het; -, thema 3)
toilet paper
en
towel
handdoek (de; -en, thema 3)
en
zaag (de; zagen, thema 3)
saw
(pila)
en
stool
kruk (de; -ken, thema 3)
en
boodschap (de; boodschappen)
shopping; message
en
colbert (het of de; -s, thema 3)
jacket
en
kipfilet (de; -s, thema 3)
fillet of chicken
en
hangen (thema 3)
(hing, hingen; heeft gehangen)
to hang
en
aspirin
aspirine (de; -s)
en
postuur (het; posturen, thema 3)
(body) shape, figure
en
boormachine (de; -s)
drilling machine
en
jurk (de; -ken, thema 3)
dress
en
sugar
suiker (de; -s, thema 3)
en
jeans
spijkerbroek (de; -en, thema 3)
en
wood, timber
hout (het, thema 3)
en
boek (het; en)
book
en
to hang
hangen (thema 3)
(hing, hingen; heeft gehangen)
en
them
hen (thema 3)
en
customer
klant (de; -en, thema 3)
en
speciaal (thema 3)
special(ly)
en
but; only; just
maar (thema 2 en 3)
en
drogisterij (de; -en, thema 3)
chemist’s shop, drugstore
en
grijs (thema 3)
grey
en
mandarin
mandarijn (de; -en, thema 3)
en
pin card, money card
pinpas (de; -sen, thema 3)
en
expensive
duur (thema 3)
en
rollade (de; -s, thema 3)
collared beef
en
to help
helpen (thema 3)
(hielp, hielpen; heeft geholpen)
en
trui (de; -en, thema 3)
sweater, jersey
en
kalender (de; -s, thema 3)
calendar
en
licht
licht (thema 3)
en
nice, delicate
fijn (thema 3)
en
helaas (thema 3)
unfortunately
en
probleem (het; problemen, thema 3)
problem
en
necklace
halsketting (de; -en, thema 3)
en
fauteuil (de; -s, thema 3)
arm-chair, easy chair
en
letter
brief (de; brieven)
en
stil (thema 3)
silent, quiet
en
peer (de; peren, thema 3)
pear
en
(body) shape, figure
postuur (het; posturen, thema 3)
en
cherry
kers (de; -en, thema 3)
en
book
boek (het; en)
en
cervelaat (de)
saveloy
A saveloy is a type of highly seasoned sausage, usually bright red in colour, which is typically available in English fish and chips shops, sometimes fried in batter.
en
brief (de; brieven)
letter
en
oil
olie (de; oliën, -s, thema 3)