D5 - H2/3 Flashcards

1
Q

2.1.6

kanban

A

een pullsysteem met eenvoudige kaartjes of labels (geen computer) waarmee stroomopwaarts (dus terug) in het proces het signaal kan worden afgegeven zodra er behoefte is aan een nieuw component

  • kanban is een manier van signaleren om een proces te plannen en te sturen obv pull
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wanneer is er sprake van push

A

systemen die vooruit plannen obv strategische verwachtingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

benoem 2 voorbeelden van kanban

A
  • 2 bin systeem; voor bevoorrading binnen een proces of voor onderdelen die worden gebruikt in een proces
  • chips; chips worden langs een lezer gehaald zodat in het voorraad en bestelsysteem zichtbaar wordt dat het product kan worden bijgemaakt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

H3
3.1

werkbelasting

A

de tijd die medewerkers aan een specifieke taak in het proces aan het product besteden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

werkcyclus

A

een vaste opeenvolging van activiteiten om een bepaalde taak uit te voeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waardoor wordt de lengte van een werkcyclus bepaald?

A

het aantal en de complexiteit van de handelingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

pull methode info

A
  • de medewerkers zullen prettiger en beter werken doordat ze meer greep hebben op de tijd (zinvol werk)
  • cyclus niet tot 1 handeling inkorten, maar een zinvolle bewerking vormen zodat de medewerker merkt dat ie waarde produceert
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

normtijd

A

de minimaal geklokte tijd is de tijd die een medewerker voor de taak nodig heeft als er geen verstoring optreedt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

3.2

kenmerken van korte werkcycli

A
  • altijd dezelfde volgorde
  • aanvoer van te bewerken producten, informatie of formulieren altijd op dezelfde manier en in dezelfde vorm
  • benodigde hulpmiddelen en gereedschappen altijd op dezelfde plek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

waarmee helpt het standaardiseren van een proces?

A
  • om verspilling in tijd, onnodige tussenvoorraden en fouten te voorkomen

[bewerkingstijd en doorlooptijd wordt teruggebracht]

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

3.3

5s methode

A

een managementtool van Lean om eigenschappen structureel op het werk toe te passen, zodat medewerkers zich maximaal op hun taken kunnen concentreren

[sorteren, structureren, schoonmaken, standaardiseren, stabiliseren]

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

sorteren

A

zorg dat alleen die gereedschappen, hulpmiddelen, onderdelen en instructies op de werkplek aanwezig zijn, die nodig zijn voor het werkproces en haal de rest weg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

structureren

A

leg alles wat voor het proces nodig is op een zo handig en logisch mogelijke plek, zodat de medewerker zo efficient mogelijk kan werken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

bij een logische procesopstelling voorkom je welke soort verspilling?

A

onnodig transport

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

PPT

productiecapaciteit

A

De maximale hoeveelheid goederen en diensten die in een tijdsperiode kan worden voortgebracht als alle productiefactoren volledig zijn ingeschakeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

van wat kan je de productiecapaciteit bepalen?

A
  • 1 productie-cel (bij een activiteit)
  • Een geheel proces
17
Q

instroomsnelheid

A

De snelheid waarmee stromende objecten zich aandienen bij de start van een proces, of bij een bepaalde activiteit/punt in proces
[Arrivalrate]

  • Uitgedrukt in objecten per tijdseenheid
18
Q

waarom zou je geen tussenvoorraad willen?

A
  • Doorlooptijd loopt op (Little’s Law)
  • Geïnvesteerd vermogen (geld waar je niets mee kunt)
  • Risico op veroudering, bederf, beschadiging, diefstal
19
Q

waarom wel tussenvoorraad willen?

A
  • (Minimale) tussenvoorraad soms wel prettig – bij fluctuatie
    van aanlevering voorkomen dat een productie-cel stilvalt: invoegen-voet-koptekst buffers,voorkomenvan‘Nee’verkopen