D3CH1 Flashcards

1
Q

krachten op een atoom

A

centripetale kracht: elektrische aantrekkingskracht tussen + en -: trekt elektronen naar de kern: houdt atoom bij elkaar

elektrische krachten
kernkrachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

elektrische veldvector

A

rond een elektrisch geladen vw heerst een elektrisch veld = kracht die de lading ondervindt in een punt

2 geladen deeltjes:
1) lading q1 verwekt een elektrisch veld E1
2) E1 heeft invloed op lading q2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

krachtvoorstellingen van het elektrisch veld

A

bij stilstaande ladingen
1) in elk punt bepaalt de raaklijn de richting van het veld aan een krachtlijn
2) hoe meer lijnen + hoe dichter bij elkaar, hoe groter het elektrisch veld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

elektrisch veld bij een bolvormige geleider

A

binnenin geen elektrisch veld
lading zit op het oppervlak vd geleider

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

equipotentiaaloppervlakken

A

lijnen met gelijk elektrisch potentiaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

elektronenvolt

A

energie die een deeltje met lading e krijgt als gevolg van een beweging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

rustmembraanpotentiaal van een cel
hoe wordt dit in stand gehouden?

A

A) elektrochemisch evenwichtspotentiaal
- chemische factor: verschillende concentraties binnen en buiten de cel (binnen: hoge K+, lage Na+, buiten: lage K+, hoge Na+ -> K+ wil nr buiten, Na+ nr binnen)
- elektrische factor: binnenkant cel -, buitenkant +: Na+ en K+ willen nr buiten

B) selectieve permeabiliteit:
- K+ kan makkelijk binnen
- Na+ kan moeilijk binnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

actiepotentiaal over het celmembraan

A

cel in rust (vi) -(PRIKKEL)-> drempelwaarde (ve) bereikt -> depolarisatie membraan: Na+ kan in de cel

tot overshoot: binnenkant cel + -> kleine hoeveelheid K+ kan nr buiten

ve-vi = -95mV -> repolarisatie (rust)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

elektrische hartactiviteit en elektrocardiogram

A

hartspiercellen in rust zijn geladen: binnen - en buiten +
PRIKKEL

transport ionen in en uit de cel
depolarisatie hartcel
actiepotentiaal
0) Na+ in cel
1) K+ uit cel, membraanpotentiaal = 0mV
2) plateaufase: Ca2+ binnen, K+ uit
3)K+ > Ca2+ -> repolarisatie
4) rustpotentiaal

aan elkaar grenzende spiercellen depolariseren -> spieren trekken samen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

actiepotentiaalgolf hartactiviteit

A

sinusknoop bepaalt hartpompactiviteit
- depolarisatie vd zenuwen en spieren vd atria
- samentrekking vd atria -> bloed nr ventrikels

elektrisch signaal -> AV
- transport langs bundel v HIS en takken
- depolarisatie ventrikels
- samentrekking ventrikels + bloed pompen nr bloedsomloop
- repolarisatie en relaxatie spieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

ECG

A

meet potentiaalverschillen tussen gepolariseerde en gedepolariseerde cellen

registreert elektrische activiteit vh hart

vorm hangt af vd plaats vd elektroden (geplaats op verschillende equipotentiaaloppervlakken

kan hartproblemen vaststellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly