D3 Flashcards
interest
vergoeding voor gebruik van geld
eindwaarde
bedrag inclusief rente over een periode
contante waarde
bedrag zonder waarde
opportunity costs
hetgeen wat je had kunnen verdienen als je voor een ander alternatief was gegaan
indeling kosten
soort
functie
fase
belangrijkste inkomsten en uitgaven vastgoedontwikkeling
bouwkosten
eventuele omzet verkoop
belangrijkste inkomsten/uitgaven exploitatie van vastgoed
verwervingskosten van het gebouw
exploitatiekosten
huuropbrengsten
omzet verkoop
belangrijkste inkomsten/uitgaven grex
verwervingskosten grond
kosten bouw- en woonrijp maken
omzet gronduitgifte
NCW (netto contante waarde)
alle verwante uitgaven en kosten tegen een gegeven disconteringsvoet
gebruikt voor keuze tussen verschillende vastgoedobjecten om de meest interessante investering te bepalen
interne rentevoet methode (IRV)
bij welk rendement is de belegging(uitgaven) in een project gelijk aan de toekomstige kasstroom?
-> bij welke IRV is de NCW gelijk aan 0
regel: accepteer project waarvan IRV het hoogst is wanneer IRV hoger is dan referentiedisconteringsvoet
Nadeel IRV
gaat er vanuit dat alle kasstromen tegen dezelfde rentevoet terug worden geïnvesteerd in het project -> is niet, vooral voor kleine beleggers
restwaarde
verwachtte koopsom na afloop van exploitatie periode
berekenen dmv waardeonwikkelingsmethode
-> huidige VON-prijs + inflatie - kostenkoper
VON-prijs is prijs die huidige eigenaar heeft betaald