communicatie Flashcards

1
Q

Wat vond Eckman

A

dat er basisemoties zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn de onderdelen van non-verbale communicatie

A

Basisemoties
lichaamstaal/afstand
gebaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat doen gebaren

A

nadruk geven aan verbale communicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

welke soort communicatie is het meest voorkomende

A

non verbale communicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is paraverbale communicatie

A

waarmee je spreekt, intonatie, volume, stiltes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn de soorten communicatie

A

verbaal
paraverbaal
non-verbaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe verloopt optimale communicatie

A

zender zend een boodschap via een medium die bij ontvanger aankomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zijn filters?

A

iedereen heeft andere kijk op de wereld, niet iedereen verstaat iets op dezelfde manier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat zijn factoren die communicatie (negatief) beinvloeden

A

-Factoren in de situatie
-Factoren bij het communicatiemiddel/medium
-Factoren bij de zender
-Factoren bij de ontvanger zelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

voorbeelden van negatieve beinvloeding communicatie

A

situatie: omgevingslawaai
medium: inkt bijna op
zender: stil spreken
ontvanger: hardhorend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat deed carl Rogers

A

Grondlegger cliëntgerichte therapie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

welke basishoudingen zijn belangrijk binnen de cliëntgerichte therapie

A

Empathie
Echtheid
Aanvaarding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

ander woord voor empathie

A

inlevingsvermorgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn zaken die bij empathie horen

A

actief luisteren
eigen problemen, ideeën, meningen loslaten
hoofd leeg maken
registreren wat de ander zegt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is gepast reageren

A

geen eigen evaluaties en meningen vormen
zeg zaken in je eigen woorden, communiceer non verbaal
toets of je zaken correct hebt begrepen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat zijn de twee onderdelen van empathie

A

inleven (binnenkant)
communiceren (buitenkant)

17
Q

wat hoort er bij inleven

A

binnentreden in de wereld van andere
Voorbereiding reactie

18
Q

wat is communiceren (buitenkant) bij empathie

A

Expressievormen waarmee men zijn begrijpen (inleving) uit

19
Q

wat is echtheid

A

wat je denkt is wat je doet
toon hoe je je echt voelt zowel positief als negatief

vaak via ik-boodschap

20
Q

wat is aanvaarding

A

De ander aanvaarden zoals hij of zij is!
niet alles moet goedkeuren; WANT ook echt zijn!

21
Q

waarom is aanvaarding belangrijk

A

nuttig voor het gesprek want werkt “helend”

client voelt begrip en steun, en zal zich daarom niet geremd voelen om zijn gehele probleem te exploreren

22
Q

wat zijn de filters bij zender en ontvanger

A

Selectieve waarneming en interpretatie

23
Q

wat zijn tips om goed actief te luisteren

A

wachten tot ander gedaan heeft met spreken
reageer echt, niet alsof
hou emoties onder controle
maak hoofd leeg

24
Q

wat zijn gevaarlijke vraagstellingen

A

Verborgen bevelen
Waaromvragen
Teveel vragen
Suggestieve vragen
Meerkeuzevragen
Wedervragen

25
Q

waarom zijn teveel vragen gevaarlijk

A

ander weet niet op welke vragen dat die moet antwoorden

26
Q

waarom zijn waaromvragen gevraarlijk

A

“daarom” als antwoord

27
Q

waarom zijn meerkeuzevragen gevaarlijk

A

kan lijken dat je nekel die (twee) mogelijkheden hebt

28
Q

waarom zijn wedervragen gevaarlijk

A

krijgt geen antwoord, vraag wordt beantwoord met een vraag

29
Q

waarom verschilt een telefoongesprek met een normaal gescprek

A

geen non-verbale communicatie

30
Q

wat zijn de 4 fases van een telefoongesprek

A

Onthaalfase
Luisterfase
Afhandelingsfase
Afsluiting