Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Infectieziekten week 4 > College 8 HBV- en HPV-vaccinaties > Flashcards

College 8 HBV- en HPV-vaccinaties Flashcards

1
Q

Hoeveel mensen hebben wereldwijd HBV of gehad? Hoeveel mensen hebben een chronische HBV infectie? Hoeveel doden per jaar? Wat doet de sterfte in Nederland mbt HBV?

A
  • 1/3 heeft of heeft gehad
  • 350 miljoen hebben chronische HBV infectie
  • 1 miljoen doden per jaar
  • In nl stijgt de HBV gerelateerde sterfte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer spreken we van een chronische HBV infectie?

A

Duur is langer dan 6 mnd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het effect van HBV vaccinatie?

A

voorkomt klinisch relevante ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Er is een ernstige variant van HBV-infectie, hoe heet dit en hoe vaak komt dit voor?

A

Acute fulminante hepatitis B
1-2 cases per 1000 infecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn voorbeelden van cirrotische complicaties van de lever?

A
  • bloedingen
  • stollingsstoornissen
  • littekenweefsel

Eerst gecompenseerd
later gedecompenseerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoeveel mensen overllijden in NL aan HBV? Waardoor?

A

400-500 mensen
door cirrose (leverfalen) of HCC

Veel minder vaak aan een acute infectie

HIV/AIDS veel minder doden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is opvallend aan de mensen in NL die HepB hebben?

A

Risico nemen ze mee uit geboorte land

bvb komt vaak voor in china
Chinese populație în NL komt het ook vaker voor

Overal komt het in NL weinig voor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de relatie tussen de chronisch infecties en de leeftijd?

A

Hoe jonger hoe groter de kans dat het een chronische infectie wordt

Als bij geboorte hebt:
90% kans op een chronische infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de relatie tussen een symptomatische infectie en de leeftijd?

A

Hoe ouder, hoe groter de kans op een symptomatische infectie (door sterke immuun respons)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe zorgt HBV op drie manieren voor weefselschade?

A
  • Virus dood geïnfecteerde cel –> lage mate hiervan
  • virus activeert IS –> productie ontstekingsmediatoren –> schade
  • antivirale afweercellen doden geïnfecteerde cellen –> schade
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn symptomen van een HBV infectie?

A
  • malaise
  • anorexie
  • icterus
  • leverfunctiestoornissen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat geeft een grotere kans op een chronische hBV infectie?

A
  • trage activatie van het IS
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de oorzaken van een HBV infectie?

A
  • heteroseksueel contact
  • onbekend
  • homoseksueel contact
  • IV drugs gebruik
  • Beroeps: prikken aan een naald van een hepB patient zonder vaccinatie
  • overig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het lastige aan risicogroepen voor HBV in nl?

A

slecht benaderbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke Ag bevat het HBV?

A
  • envelop = surface = HBsAg
    met small surface protein, medium surface protein, large surface protein
  • nucleocapsid = core = HBcAg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

welke Ag zijn er bij een HBV infectie?

A

HBsAg
HBeAg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is er te vinden bij serologie bij een acute HBV infectie? Hoe kunnen we onderscheid maken of de serologie positief is vanwege een infectie of vanwege een vaccinatie?

A
  • anti-HBs
  • anti-HBc

Anti-HBs zit in een vaccin –> als enkel dit aanwezig is dan is vaccinatie

Als anti-HBc aanwezig is dan weet je dat het komt door een infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is de serologie bij een chronische HBV infectie?

A

Anti-HBc is chronisch aanwezig omdat HBcAg ook chronisch aanwezig is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is het typische serologisch patroon bij een HBV infectie?

A
  • HBsAg is voor enkele maanden aanwezig maar het duurt lang voordat het anti-HBs opgang komt
  • HBeAg: minder hoge piek, maar anti-HBe komt wel relatief sneller opgang
  • totaal anti-HBc neemt toe naar een plateau (na een periode van 6 mnd neemt het IgM anti-hoc af)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

wat is het effect van de vaccinatie voor HBV?

A
  • risico reductie = voorkomen van de situatie (besmetting) x de ernst van de uitkomst

a) voorkomt leverfalen (acute infectie)
b) voorkomt chronische infecties en complicaties
c) voorkomt HBV gerelateerd HCC

  • HCC: hoe meer virus hoe groter de kans op integratie in het genoom –> hoe meer kans op HCC
    1% krijgt HCC als ≥ 1 miljoen virus deeltjes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is het effect van vaccinaties voor HBV?

A

Incidentie en moraliteit nemen af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is het verschil in risico voor HCC bij cirrose vs viraal?

A

Cirrose heeft een hoger risico dan het infectiegeboden risico

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat zit er in het HBV vaccin? wat is de werking van het HBV vaccin?

A
  • viraal Ag = HBsAg
  • adjuvant: aluminiumhydroxide voor stabilisatie en meer immunogeen maken

Gevolg: inductie van anti-HBs neutraliserende Ig –> voorkomen binding van virus aan hepatocyt

24
Q

Wat doet het vaccin letterlijk tegen het infectie gevaar van HBV?

A

voorkomt de binding van het virus an de hepatocyt

25
Q

wat is het doel van het adjuvant bij een HBV vaccinatie?

A
  • stabilisatie
  • meer immunogeen maken
26
Q

Wat is het effect van de vaccinaties op neonaten?

Wat is belangrijk bij het geven van de HBV vaccins?

A

Als volledige serie dan > 95% bescherming (goede respons)

De inductie van de beschermende antistof titer: anti-HBs ≥ 10 IE/L neemt toe naarmate alle drie de vaccins heeft gehad
1: 30-55%
2: 75%
3: > 90%

27
Q

wat is de duur van de bescherming?

A

als eenmaal goede titer opgebouwd hoef je niet meer de vaccineren en is het dus levenslang beschermen

Voorkomt HBV gevonden gezondheidsproblemen op latere leeftijd

28
Q

Wat doen we ook wel eens bij neonaten van moeders die HBsAg+ zijn of bij prikincidenten? Op welk termijn moet het gegeven worden? wat is de duur van de bescherming?

A

Passieve immunisatie = toedienen van HB-Ig (van plasmadonoren)
–> neutraliserende antistoffen

bij voorkeur < 24h
Sowieso < 7 dagen

Duur: enkele maanden

29
Q

Wat is het gevolg van de passieve immunisatie bij HBV?

A

actieve immunisatie

30
Q

Bij hoeveel neonaten is er alsnog doorbaak van de HBV infectie bij passieve-actieve immunisatie als de moeder HBsAg+ is?

A

ongeveer 5% –> onduidelijk oorzaak

31
Q

Waarom moeten we in Nederland vaccineren tegen HepB?

A

Is niet voordelig voor de meeste mensen in Nederland: maar is acceptabel vanuit het public heatlh perspectief omdat de risicogroep benadering onvoldoend heeft gewerkt

Beste bescherming voor populatie en risicogroepen

Voordelig vanuit individuele gezondheidszorg en publieke gezondheidszorg gericht op de populatie effecten

32
Q

wat zijn de vier voorwaarden voor een effectief vaccinatie programma?

A
  • het gaat om een te voorkomen aandoening
  • het is een bewezen effectief vaccin met weinig bijwerkingen
  • kosteneffectief programma
  • maatschappelijke acceptatie
33
Q

wat is cervix carcinoom in relatie tot HPV?

A

een zeldzame en late complicatie van een zeer frequent voorkomende hrHPV infectie die aan het IS weet te ontsnappen

34
Q

Wanneer krijg je de HBV vaccinatie (hepatitis)?

A

samen met DKTP en Hib in de eerste 3 mnd na geboorte

35
Q

Hoe is het verloop van vaccinatie tegen HepB gegaan in Nederland?

A
  • specifieke patentgroepen
  • screening prenataal + vaccinatie kinderen die at risk zijn
  • hoge risico groepen (homo mannen en beroep)
  • kinderen van migranten
  • 2011 in RVP
36
Q

wat is de incubatie tijd van HepB?

A

4 weken tot 6 maanden

37
Q

wat zijn typische klachten die kunnen optreden bij levercirrose (laat)?

A
  • hepatische encefalopathie
  • varices bloedingen
  • ascites met ontstekingen
38
Q

wat is qua oorzaak cervix carcinoom wel en niet?

A

NIET:
- SOA
- geen volg van leefstijl

WEL: pech

39
Q

wat is nodig voor ht ontwikkelen van cervix carcinoom?

A

een persisterende HPV infectie

40
Q

Wat KAN ontstaan als gevolg van een persisterende HPV infectie?

A

Cervicale intraepithelial neoplasie = CIN

SIL = squamous intra-epithelial lesion

41
Q

Wat is de relatie tussen CIN en SIL?

A

CIN1 = low-SIL
CIN2 = high-SIL
CIN3 = high-SIL

42
Q

Hoe treedt CIN op?

A
  • infectie van de plaveisecelepitheelcellen door HPV (tot aan de BM)
  • CIN1: milde epitheliale dysplasie in de onderste 1/3 laag
  • CIN2: matige dysplasie in de onderste 2/3 laag (laag- en hooggradige lesies door elkaar)
  • CIN3: ernstige dysplasie in meer dan 2/3 van het epitheel
  • carcinoom = doorbaak door de BM en doorgroei in stroma
43
Q

Hoe lang duurt het voordat een HPV infectie een cervix carcinoom kan worden? Welke stappen moeten doorlopen worden?

A

10-15 jaar (of meer)

  1. Infectie
  2. niet opruimen van de infectie door het IS
  3. persisterende infectie waardoor dysplasie
  4. persisterende dysplasie voor carcinoom ontwikkeling
44
Q

Wat is de kans dat dysplasie zich weer herstelt ivm de kans op cervix carcinoom?

A

dat het spontaan oplost is GROTER dan de kans dat het kanker wordt, ZELFS BIJ CIN3

45
Q

Hoe veel mensen krijgen HPV en hoeveel mensen klaren dit?

A

80% krijgt het (waarschijnlijk nog meer)

80% klaart dit binnen 2 jaar
–>. uiteindelijk klaren de meeste mensen het

46
Q

Welke HPVs zijn het meest de veroorzakers van cervix carcinoom?

A
  • hrHPV16: 54%
  • hrHPV18: 17%
    Samen > 80%

top 6 (+ 45, 31, 33, 52) is 85%

47
Q

Welke drie soorten HPV vaccins zijn er?

A

Quadrivalent: 16, 18, 11 en 6 = Gardasil (11 en 6 voor genitale wratten)

Bivalent: 16 en 18 = cervarix (NL)

Nonavalent: top 6 + paar minder hoog risico virussen

48
Q

Wat is het verschil in titer tussen een natuurlijke infectie en een vaccinatie voor hPV?

A

Antistof titer is hoger dan bij een natuurlijke infectie + het wordt langer gehandhaafd

49
Q

Bij welke mensen heeft de HPV vaccinatie het beste effect?

A

Bij HPV- vrouwen (en jongere leeftijd < 26 jaar)

CIN2+ kan voor > 70% voorkomen worden bij HPV-naieve vrouwen

Relatief risico op CIN2+ is 0,01% bij HPV-negatieve vrouwen

50
Q

Hoeveel mensen moeten we inenten tegen HPV om 1 dode te voorkomen?

A

Bij een vaccinatiegraad van 95% moet je 1022 mensen inenten

51
Q

Wat is de opkomst geweest tot nu toe van het hPV vaccin?

A

Minder dan verwacht vaak net onder de 50%

regionale opkomst varieerde een factor 2

52
Q

wat is een manier om de opkomst te verhogen?

A

Opt-in systeem: zelf actief stappen ondernemen om te krijgen

Opt-out: via schoolarts waarbij zelf actief stappen nemen om niet te nemen

Kan 20% schelen in vaccinatiegraad

53
Q

Waarom doen mensen niet mee aan de vaccinatie voor HPV? Wat doet de graad in NL?

A
  • bang voor bijwerkingen
  • onderschatting van de ernst van de aandoeningen
  • argwaan
  • religieuze overwegingen
  • pseudo wetenschap (onwaarheden)

Vacciantiegraad stijgt wel

54
Q

Hoeveel en welke kankers worden veroorzaakt door hPV?

A

5% van alle kankers
- mond
- bovenste deel keel
- cervix
- vagina
- vulva
- anus
- penis

55
Q

Wat is het effect van HPV vaccinatie als wel al HPV+?

A

30% reductie CIN2+

56
Q

Wat doen we nu met de HPV vaccinatie om de graad te verhogen?

A
  • gender neutraal
  • jonger: 10 jaar –> vaker HPV-negatief + makkelijker te bereiken
  • catch up programma voor iedereen tot 26 jaar

Infectieziekten week 4 (10 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions