College 4 Ontwikkeling van allergische aandoeningen op kinderleeftijd Flashcards

1
Q

wat zijn kenmerkende klachten van eczeem?

A
  • JEUK!!
  • erytheem
  • droge huid
  • schilfering
  • lichenificatie
  • korstjes, blaasjes en vochtafscheiding
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe vaak komt eczeem voor?

A
  • meest voorkomende huidziekte in NL: kinderen is de prevalentie 5-15%
  • Nr4 in top 10 chronische ziektes
  • prevalentie NL: 0-19 jr: 92 000

Kinderen:
- 45% < 6 mnd
- 65% < 1 jaar
- 20% < 2 jaar –> persisteert vaak
- 60-70% remissie op 15-jarige leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe vaak komt welke ernst van eczeem voor?

A

Licht: 84%

matig: 14-33%

ernstig: 1%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn de voorkeurslocaties van eczeem?

A

als < 2 jaar:
- romp
- wangen, voorhoofd
- strekzijde ledematen
- narcose kapje is vaak vrij

Als > 2 jaar:
- knie en elleboogholtes
- voorzijde enkels
- nek
- rondom ogen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer spreken we van de aanwezigheid van allergische Ab?

A

normaalwaarde voor specifiek IgE < 0,35 kU/L
–> als hieronder dan zijn er GEEN allergische Ab

Als hierboven dan is er sensibilisatie (≠ allergie) –> anamnese is hierbij erg belangrijk!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is belangrijk in de anamnese bij voedselallergie?

A

A: typische Allergische klachten

B: klachten in relatie tot Blootstelling

C: Consistent klachten na blootstelling

D: klachten Direct (< 2h) na blootstelling = acute allergie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn symptomen van een allergische reactie?

A
  • Maag-darm:
  • Orale allergie: jeuk en/of zwelling van lippen, mond, gehemelte, glottis
  • Misselijkheid, buikpijn, braken, diarree
  • Huid:
  • Urticaria
  • Angio-oedeem
  • GEEN eczeem!!!
  • BLW en OLW:
  • Loopneus, verstopte neus, jeuk neus, niezen
  • Benauwdheid, piepen, hoesten, stridor, heesheid
  • Ogen:
  • Jeuk
  • Roodheid
  • Tranen
  • Zwelling

CV:
- Collaps
- Tachycardie
- Hypotensie

  • Anafylaxie:
  • Acute in principe levensbedreigende reactie
  • Meestal meerdere orgaansystemen betrokken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe kan sensibilisatie worden aangetoond?

A
  1. Huid prik test
  2. Immuno CAP test
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat zie je bij de huidtest in het geval van sensibilisatie?

A
  • witte wheal: bultje = kwaddel–> aftekenen
  • Rode flare eromheen –> berust op verwijding van huidhaarvaten door een axonreflex
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe gaat de intracutane priktest bij aantonen van sensibilisatie?

A
  • allergeen wordt met een dunne naald in de dermis geinjecteerd
  • Meerdere injecties dienen > 5 cm van elkaar verwijderd te zijn
  • Een negatieve (NaCl 0.9%) en positieve (0,05 ml 0,01 mg/ml histamine base) controle kan worden meegetest.

NA: 15 min aflezen

Wheal > 5 mm met erytheem is positief
Wheal < 5 mm is dubieus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat zijn de voor- en nadelen van de huid prik test en van de immuno CAP?

A
  1. Huid prik test
    * Voordelen:
    - resultaat direct zichtbaar
    - mogelijkheid om grote diversiteit aan allergenen te testen
    *nadelen:
    - per allergeen 1 prik
    - kleine kans op allergische reactie
    - geen antihistamine gebruiken!
    - Niet voor alle huidtypes goed geschikt
    - kwaliteit afhankelijk van onderzoeker en allergeen extract
    - NIET op plek waar eczeem zit!!
  2. Immuno CAP
    * Voordelen:
    - bloedafname: 1 x prikken
    - verder diagnostiek naar specifieke Ag
    - geen kans op allergische reacties
    - medicatie heeft geen effect
    * nadelen:
    - uitslag duurt een week
    - Soms moeilijke interpretaties bij Hoog IgE of CCD’s
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat doen ze bij voedsel allergieën ook wel?

A

Provocatie test voor voedsel allergie

DBPCFC = dubbelblind placebo gecontroleerd eet challenge

  • opname kind voor twee dagdelen
  • 1 dag blootstelling aan allergeen (in ontbijtkoek) en 1 dag aan placebo
    –> steeds iets hogere dosis geven (kleine stapjes)

VOOR:
- info over drempelwaarde voor allergie
- info over de aard van de klachten
Klinische
- klinische relevantie van sensibilisatie
- of kind mogelijk over allergie heen is gegroeid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat zijn voor- en nadelen voor de provocatie test bij voedsel allergieën?

A

Voordeel:
- info over drempelwaarde
- info over aard van de klachten

Nadeel:
- arbeidsintensief: kan maar 1 ding tegelijk testen
- tijdrovend
- duur
- risico op anafylaxie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn kenmerkende allergieën voor Kinderen en voor VW?

A

kind:
- koemelk
- kippen ei
- pinda
- noten
- tarwe
- schaal en schelp dieren

VW:
- noten
- pinda
- pitvruchten
- vis
- schaal- en schelpdieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is vaak een probleem van zelfgerapporteerde allergieën?

A

Veel meer mensen denken een allergie te hebben terwijl dit niet zo is –> niet zo betrouwbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Als een kind gesensibiliseerd is voor een voedingsmiddel. Kan het kind dat dan beter niet eten?

A

Meeste kinderen kunnen die dingen gewoon eten

17
Q

Hoe kan sensibilisatie ontstaan ikv eczeem?

A
  • barriere kapot
  • prikkeling IS
  • activatie
  • vorming Ab
18
Q

Wat is kenmerkend aan de allergieën van kinderen?

A

Kinderen kunnen eroverheen groeien

1 op de 4-5 kinderen groeit over hun pinda allergie heen
vaak op leeftijd van 12-13 jaar de provocatie test herhalen

19
Q

wat valt onder atopisch syndroom?

A
  • eczeem
  • voedsel allergie
  • astma
  • rhino-conjunctivitis
20
Q

Wat is kenmerkend voor het patroon van atopisch syndroom?

A
  1. Jong: vooral voedselallergie en eczeem
  2. va 3-4 jaar allergische LW-klachten (astma)
  3. Va 7 jr: rhinitis klachten
21
Q

Wat is atopie? En allergie en sensibilisatie?

A

Atopie = aanleg om allergisch te reageren op stoffen/prikkels uit de omgeving

Allergie = overdreven reactie van het IS op een niet-schadelijk prikkel/stof (= allergeen)

Sensibilisatie = aanwezigheid specifieke IgE Ab tegen bepaalde allergenen

ALLERGIE: pas als er ook echt klachten van komen!!

22
Q

wat is opvallend aan atopische ziektes?

A
  • laatste decennia fors toegenomen
  • westerse ziekte: West-europa, Noord-Amerika, Japan, Australie, nieuw Zeeland
  • de laatste jaren neemt de prevalentie ook in ontwikkelingslanden toe
23
Q

waardoor komen atopische ziektes?

A

Combi tussen genetische en omgevingsfactoren

  • Erfelijk: vaak wel in de familie
    Meerdere genen, meerdere chromosomen, invloed omgeving, verschil tussen populaties –> grotendeels gevolg van de overerving (MAAR kunnen niet de sterke toename verklaren)
  • Omgeving:
    Normaal: bij geboorte is de Th2 in de meerderheid –> door infecties en endotoxines na de geboorte krijg je upregulatie van Th1 pathway –> onderdrukkend op Th-2 cellen
    NU:
    Minder infectiedruk/blootstelling  geen onderdrukking Th-2 cellen (ongeremd) meer allergie
24
Q

wat zijn drie mogelijke oorzaken van toename en van atopische ziektes?

A
  • Hygiëne hypothese
  • Biodiversiteitshypothese
  • Epitheliale barrière hypothese
25
Q

Wat is de kans dat een kind gesensibiliseerd raakt voor inhalatie Ag als ouders dit ook zijn?

A

30% als geen van de ouders
50% als 1 van de ouders
60% als beide ouders

26
Q

wat is een belangrijke genetische factor voor eczeem?

A

Filaggrine gen = epidermaal barrere eiwit
–> hierin vaak nul mutatie = verlies van functie
–> Verlaging van NMF = natural moisturizing factor: bevochtiging van de huid wat uitdroging tegengaat en zorgt voor stevigheid

  • Sterke associatie met atopisch eczeem (< 2 jaar begin)
  • Sterke associatie met sensibilisatie voor inhalatie-Ag, rhinoconjunctivitis en astma (indien ook eczeem)

Huid is meer doorgankelijk voor allergenen –> immunologische sensibilisatie

90% van de europeanen met eczeem heeft een genetische achtergrond

FLG mutatie meten met Raman spectroscopie

27
Q

wat is de hygiene hypothese?

A

Leven schoner –> minder infecties –> minder prikkels voor IS
Grote gezinnen: minder allergie
- Betere woonomstandigheden
- Verbeterde persoonlijke hygiëne
- Vaccinatie en AB

Verschil boerderij vs stad opgroeien minder kans op astma/allergie
–> Werkt al prenataal!!

28
Q

Wat is de diversiteits hypothese? Hoe kan je dit toepassen op een bevalling?

A

Te weinig blootstelling of kolonisatie van GI- en LW-kanaal –> disbalans IS –> meer kans op atopie

–> Niet per se hoeveelheid, vooral de diversiteit!!!

Door: AB, dieet, vaccinaties, minder blootstelling MO –> andere balans microbioom

Sectio: grotere kans op astma (vooral bij atopische ouders) –> minder blootstelling aan vaginale flora

29
Q

wat is de epitheliale barriere hypothese?

A
  • Defecte barrière van de huid (eczeem –> inflammatie)
    Of andere kanalen van lichaam (LW, GI)

Door: MO, allergenen, rook, luchtvervuiling, microplastics, tandpasta, zepen, voedingstoevoegingen, etc

Lichaamsoppervlakten meer doorlaatbaar voor allerlei stofjes: ook voedingstoffen

30
Q

Welk MO op jonge leeftijd (infectie) kan de kans op allergieën verhogen en welke verlagen?

A

E. coli verhoogt de kans

Lactobacillus: verlaagt de kans

31
Q

Welke factoren zorgen voor een grotere kans op allergieën? En welke voor een lagere kans?

A

Kleinere kans:
- vaginale partus
- blootstelling aan dieren
- borstvoeding
- goed microbioom
-

Grotere kans:
- flesvoeding
- AB
- wonen in de stad
- infectie met E. coli op jonge leeftijd
- westers dieet met veel vet
- eliminatie enteropathogenen zoals h. pylori en helminthen
- vaccinaties
- sectio