Col. 5- Stress 2 Flashcards

Boek H13

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

Psychische skills

A

vaardigheden die prestatie beïnvloeden

  • zelfvertrouwen
  • motivatie
  • concentratie
  • arousal regulatie
  • stress regulatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Cognitieve technieken

A

strategieën voor ontwikkelen psychische skills

  • inbeelding
  • relaxatie
  • goal-setting
  • zelfspraak
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Coping

A
  • omgaan met stress situaties/gevoelens; continu cognitie en gedrag veranderen om aan te sluiten bij demands en capaciteiten
  • mate van coping bepaalt prestatie, niet hoeveelheid stress
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Somatische arousal regulatie technieken

A

arousal reguleren obv van fysiologische processen/ responses: ontspanning lichaam –> ontspanning geest

  • progressieve relaxatie
  • ademhalingsregulatie
  • biofeedback
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Progressieve relaxatie (Jacobson)

A

spieren herhaaldelijk aanspannen tot bepaald (toenemend) krachtniveau, vervolgens spanning geheel los laten

  • -> verschil spanning-relaxatie leren herkennen
  • -> spanning-relaxatie mutually exclusive
  • -> afname spierspanning –> afname mentale spanning
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Biofeedback

A

obv fysiologische parameters meten feedback over huidige spanningsniveau
–> spanning leren herkennen –> leren reduceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ademhalingsregulatie

A
  • ontspannen= soepel, diep en regelmatig

- adem inhouden –> toename spierspanning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Cognitieve arousal regulatie technieken

A

arousal reguleren obv cognitieve oefeningen; ontspanning geest –> ontspanning lichaam

  • relaxatie respons
  • autogene training
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Relaxatie respons

A

Meditatie niet verbonden aan religie

  • concentratie trainen
  • afleidende gedachten leren uitschakelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Autogene training

A

Je lichaam leren te reageren op instructies die je jezelf geeft, bijv. voel spieren warm worden, voel ademhaling rustig worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Multimodale packages voor arousal regulatie

A

Somatische en cognitieve technieken geïntegreerd tot trainingsprogramma voor langere termijn;

  • cognitief-affectief stress management training
  • stress inoculatie training
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Cognitief-affectief stress management training

A

specifieke coping respons aanleren –> emotionele arousal controleren

1) beoordelen huidige situatie
2) bewustwording belang training
3) technieken (cog EN som) aanleren
4) oefenen
5) evalueren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Stress inoculatie training (SIT)

A

Soort stressresistentie opbouwen door herhaaldelijk blootstaan aan stress, leren stress afbreken in stressvolle situatie

  • oefenen toenemend stressniveau
  • voorbereiden op stressor, reguleren stressor, coping emoties, evalueren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Emotion focused coping

A

Emotionele reactie op de stress reguleren –> weer controle krijgen over jezelf, maar stressvolle situatie blijft bestaan
- somatische en cognitieve relaxatie technieken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Problem focused coping

A

Aanpakken van de stressbron –> geen stressvolle situatie meer

  • bijv. onzekerheid wegnemen, time- management
  • alleen als situatie is beïnvloedbaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Actieve coping

A

zelf handelen om in die stressvolle situatie te kunnen blijven functioneren
- als situatie is niet beïnvloedbaar

17
Q

Avoidance withdrawal coping

A

voorkomen dat je in die stressvolle situatie terecht komt als hij ontstaat

18
Q

Pressure training

A

sporttraining onder druk; vergelijkbaar demands en consequenties als wedstrijdsituatie

19
Q

Hypnose

A
  • bepaalde staat van bewustzijn
  • onnatuurlijk relaxt; som EN cog ontspannen
  • ontvankelijk voor suggesties
20
Q

Arousal inducing technieken

A

arousal niveau verhogen wanneer lager dan optimum (bijv. HAKA);

  • sneller gaan ademhalen
  • fysieke activiteit/ precompetitie workout
  • positieve self-statements
  • schreeuwen
  • muziek
  • levendige inbeelding