Cognitieve technieken Flashcards

1
Q

Uitdagen van automatische gedachten

A

Kansvoorspelling; Wat is bewijs dat de gedachte waar is / wat is de gedachte dat de gedachte niet waar is?

Taartpunt; alternatieve verklaring

Wat is het beste resultaat/slechtste resultaat

Als .. dit tegen je zou zeggen, wat zou jij dan zeggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Decastroferen

A

de ‘wat als’ techniek. Bij anticipatieangst
Doel = Afname vermijding

En wat na een maand, wat na een jaar etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Reattributie

A

Veranderen van automatische gedachten en assumpties.

Alternatieve verklaringen bedenken voor de gedachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Herdefinieren

A

Gedachten herdefiniëren en uitnodigen een ander perspectief aan te nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Decentralisatie

A

Aanpassen van perspectief in het middelpunt van de aandacht te zijn (iemand die dit eng vindt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Meerdimensionaal evalueren

A

Wanner client ongenuanceerde 1 dimensionale kernovertuigingen heeft. Dimensie wordt opgebouwd door tegengestelde begrippen tegenover elkaar te zetten en gevoel te scoren op meerdere dimensies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly