ch9 Flashcards
- Systeemperspectief
dit is een theoretisch uitgangspunt.
- lichamelijk
sociaal
psychisch
Integratie van kennis uit verschillende disciplines, we proberen het kind in de context te zien. Voor dit uitgangspunt moet je kennis hebben over de ontwikkelingspschologie (normale ontwikkeling, beschermde en risicofactoren, afwijkende ontwikkelingen van gedrag. Maar ook opvoed normen en waarden, perspectief waarvan je van alle kanten kennis nodig hebt. Vooral bij jonge kinderen overlopen de aspecten dit word na de tijd beter te onderscheiden
eco·lo·gie
wetenschap die de betrekkingen tussen de organismen (het kind, de ouders) en hun omgeving bestudeert
De essentie van deze visie is dat er constant doorlopende interactie is tussen het organisme, de omgeving en de systemen eromheen. Dat alle factoren altijd met elkaar in verbinding staan. Dus niet dit lijdt tot dat, maar we zien circulerende bewegingen.
macro
invloeden van de cultuur als geheel
exo
buiten het exacte leefwereld van het kind
meso
interacties tussen mensen in het micro systeem, ouders en de school bv
micro
de individuele factoren, kinderen, ouders die met elkaar interacteren.
chronosysteem
Dit speelt zich af in het chrono systeem (de tijd) deze systemen ontwikkelen zich over tijd en spelen zich af in een bepaalde historische tijd (historische context). Als er iets in het systeem veranderd heeft dit invloed op de andere aspecten van het systeem, de risicofactoren kunnen opstappelen en na een tijd raakt het evenwicht uit belans, en kan het systeem omvallen.
Complexe dynamische systemen
- Gezin = complex dynamisch system (een systeem dat in interactie is met de omgeving en ook dat er onderling wederzijdse invloeden zijn)
- Interactie tussen systeem en omgeving
- Wederzijdse invloed van gezinsleden
- Circulaire causaliteit (het een lijdt niet tot het ander, maar alles staat met elkaar in verband)
- Systeem houdt zichzelf in stand (dus ook de problemen in een systeem zullen geneigd zijn om zichzelf in stand te houden, als een gezin een hulpvraag heeft vraagt dit eigenlijk om een ander evenwicht in het systeem, en dat weerstand ertegen natuurlijk is. Het is daarom belangrijk om verschillende gegevens van verschillende bronnen te verzamelen op het moment dat je diagnostiek wil doen in een gezin.
- Hulpvraag
- ander evenwicht
- Weerstand = natuurlijk gegeven
Gezinsdynamiek:
o Communicatie- en interactiepatronen er spelen in het gezin, hoe ouders communiceren met het kind
o Betekenisverlening: hoe ervaart iedereen de problemen
o Mogelijkheden & gezamenlijke visie? Wat voor visie heeft het gezin over de problemen, hebben ze en gezamenlijke visie over wat er aan de hand zou kunnen zijn?
- Parentificatie:
gezinspatroon waarbij we zien dat kinderen een ouderrol opnemen, structureel
- Coalitievorming (triangulatie):
twee zijn tegen de ander
- Omleiding:
: ouders schuiven de onderlinge problemen voorledig af op het kind “als jij nu niet zo moeilijk deed hadden papa en mama nu geen ruzie”
parent blaming
“Leed veroorzaakt door aan de attitude en het handelen van de ouders ten onrechte een aandeel toe te schrijven in het ontstaan van psychische stoornissen bij kinderen.” (hiervoor moet je oppassen in deze diagnostiek, je kunt op veel manieren kijken naar wat er in het gezin gebeurd en wat deze ouders doen, maar het is belangrijk om daarbij mensen niet onterecht ergens de schuld van te geven. Bv twijfelen aan morele standaarden.)
- Opvoedingsstijlen
) (het algemene emotionele klimaat, de houding die een ouder creert.
o Authoritatief: je hebt een warme band en je stelt grenzen
o Autoritair: je stelt grenzen maar er is weinig warmte.
o Permissief: er is veel warmte maar er zijn geen grenzen
- Opvoedingsgedrag:
o Ondersteuning ->
warmte & responsiviteit: emotionele klimaat dat je creëert en hoe je reageert op je kind