Celbeschadiging tot celdood Flashcards
oorzaken celbeschadiging
langdurig zuurstofgebrek
infecties
stralingsschade
chemicaliën
genetische defecten
mechanische schade
Reactie op celbeschadiging
- daling ATP
- iongradiënten verstoord (natriumpompen werken niet goed) > veel water cel in (zwelling)
- eiwitsynthese daalt
- beschadiging plasmamembraan
- intracellulaire membraanbeschadiging
- massale calciuminflux
- necrose
verschil necrose en apoptose
bij apoptose schade vooral op niveau van DNA
bij apoptose blijft plasmamembraan intact
apoptose geeft geen schade aan omliggende weefsels
Er komen geen ontstekingscellen op apoptose af
triggers die leiden tot celdood
stapeling eiwitten
schade cytoskelet
beschadiging membranen
beschadiging mitochondriën
Welke enzymen worden gestimuleerd wanneer de irreversibele celdoodreactie wordt geactiveerd?
ATPases > minder ATP
Fosfolipases > minder fosfolipiden
Proteases > afname membraaneiwitten
Endonucleases > chromatineschade
Wat zorgt voor irreversibele celschade?
massale calciuminflux
(door beschadiging celmembraan)
Celreparatiemechanisme
- calcium in cel
- oxidatieprocessen opgang die MG53 activeren
- MG53 zorgt voor samensmelten vesicles
- door samenklonteren opvulling van gat in membraan en fusie tussen membranen van vesciles en plasmamembraan
Determinanten weefselschade
volledige of partiële vaatobstructie
alternatieve bloedtoevoer (collateralen)
acute of geleidelijke obstructie
gevoeligheid voor zuurstoftekort
Perfusiezone
gebied ver verwijderd van coronair waar als eerst celdood optreedt, omdat hier als eerst zuurstoftekort is
kenmerken necrose
vochtophoping
eiwitdenaturatie
verlies cellulaire morfologie
eiwitafbraak autolyse (door cel zelf)
eiwitafbraak heterolyse (door ontstekingscellen)
fagocytose celresten
2 vormen necrose
coagulatieve necrose
vervloeiende necrose
coagulatieve necrose
eiwitten denatureren door verzuring
vervloeiende necrose
eiwitten afgebroken door vrijgekomen lysozymen uit kapotte lysosomen (infectie)
biomarkers waar schade aan hartspier is aan te tonen
creatine fosforkinase (CPK) > 2 dagen
Troponine T en I > 1 tot 6 dagen
Myoglobine
FABP: fatty acid binding protein > 1 tot 24 uur
Cellulaire aanpassingen in hartspier na infarct
verhoogde concentraties biomarkers
hypertrofie: myocyten nemen qua celvolume toe
hyperplasie: fibroblasten nemen toe door bindweefselvorming
metaplasie: cardiale celtypen over in ander celtypen