Belangrijke/Moeilijke herhalingen Flashcards
Berekening van Pt in kappa
1x1 + 2x2 + 3x3
–> verticale keer de horizontale en dan bij elkaar optellen
–> voor Po tel je ze allemaal bij elkaar op
–> zorg er wel voor dat je de proporties pakt (/N)
Wanneer gebruik je percentielrang
Als je een bepaald percentage wilt weten met dat percentage zit midden is een score
- bijv. je wilt onderste 30%, dus je zoekt P30, maar P30 zit in score 4 (dus score 4 gaat van 28 tot 31%)
Formule van ruwe alfa
Gebruik variantie-covariantie matrix
Boven de breuk tel je alle buitendiagonale bij elkaar op
Onder de de breuk tel je alle bij elkaar op
Gemiddelde van rii
Onderdeel van gestandaardiseerde alfa formule
- bereken het gemiddelde van alle correlaties in de correlatiematrix, behalve die van de enen, dus de items met zichzelf
Formule stratified alfa
Boven de breuk gebruik je de variantie van test a x de alfa van die test + de variantie van test b x de alfa van die test
Onder de de breuk tel je variantie van beide testen bij elkaar op
–> de variantie is de hele tabel voor boven en beneden
Wanneer gebruik je Rdich
Rdich gebruik je alleen in de berekening van phi
Populatie onafhankelijkheid voor item
Je kunt bij het Rasch model de geschatte itemparameters vergelijken, ookal zijn de tests afgenomen in verschillende populaties
–> ze zijn dus niet van de populatie afhankelijk
–> dit kan niet voor 2-PLM
Populatie onafhankelijk personen
Je kunt bij het Raschmodel en het 2PLM de geschatte theta van 2 personen vergelijken, ookal zijn ze door verschillende testen gemeten
–> personen zijn dus niet van de populatie afhankelijk
–> voor zowel Rasch als 2PLM
Selectieratio
B+D/totaal
Base-rate
- toevalskans
A+B/totaal
Succesratio
B/B+D
Sensitiviteit
B/A+B
Specificiteit
C/C+D
Taylor-Russel Model
Verticaal staat phi/validiteit en horizontaal staat selectieratio
–> lees uit de kruising af wat de proportie geschiktheid is
–> bereken met de base-rate (hoeveelheid aangenomen op basis van criterium) wat de totale hoeveelheid mensen zijn die uiteindelijk geschikt zijn
Standaardmeetfout in cronbachs alfa vergeleken met de theoretische standaardmeetfout
Standaardmeetfout in alfa is groter dan de theorethische standaardmeetfout
–> dit komt doordat alfa een onderschatting is en dus in werkelijkheid is de betrouwbaarheid groter. betrouwbaarheid in alfa is dus kleiner dan werkelijkheid –> er is dus meer standaardmeetfout in alfa dan in de werkelijkheid/theorie, anders was de betrouwbaarheid kleiner