Begrippenlijst Filosofie CGO PW Lj 1 Flashcards

Naar aanleiding van het boek Boek 'Ware wijsheid' van P.C. Oele

1
Q

Letterlijke betekenis filosofie:

A

Liefde tot de wijsheid (wijsbegeerte)

Fileo = liefhebben
Sofia = wijsheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Betekenis filosofie:

A

Een vorm van wetenschap of weten dat zich richt, door waarneming en denken, op de totale werkelijkheid.

College:
Filosofie is kritisch nadenken over jezelf en de werkelijkheid om tot waarheid te komen.

Filosofie is de radicalisering van de verwondering naar alle kanten (Verhoeven)

Filosofie is een gevecht van de beheksing door ons verstand door de instrumenten van de taal (Wittgenstein)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Logica:

A

hoe trekken wij onze conclusies? Hoe redeneren we?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Ontologie:

A

wat is werkelijkheid? Wat is ‘bestaan’ of ‘zin’?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Metafysica:

A

is er een transcendente werkelijkheid? Is er een ziel?

Metafysica[1] is de tak van de filosofie die niet, zoals de fysica, de werkelijkheid onderzoekt die volgt uit zintuiglijke of instrumentele waarneming, maar op zoek gaat naar het wezen van die werkelijkheid en wat er achter zit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ethiek:

A

naar welke normen en waarden moet men leven?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Epistemologie:

A

kennisleer, hoe komt kennis tot stand?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wetenschapsleer:

A

hoe kunnen we systematisch kennis krijgen over de werkelijkheid?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is receptie in de filosofie?

A

Receptie betekent: de manier waarop je klassiek cultureel erfgoed interpreteert en je reactie erop. De eenvoudigste manier van receptie is: het lezen van een klassieke tekst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat betekend de term ‘syllogismus practicus’

A

In de gereformeerde theologie is het praktische syllogisme (Latijn: syllogismus practicus): een concept dat de zekerheid van de zaligheid koppelt aan bewijs in het leven van een persoon daarvan, zoals goede werken en heiliging. Het belangrijkste uitgangspunt van het syllogisme is dat een bepaald principe kenmerkend is voor het christen-zijn. Het kleine uitgangspunt is dat het kenmerk in zichzelf aanwezig is. De conclusie is dat men een christen is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Voorbeeld kaart uit College No. 1; handelen, coachen, gesprekken, vragen

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Mythologisch denken

A

De oorsprong van de werkelijkheid en alles wat er gebeurt wordt herleid tot het werk van goden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Redelijk denken (Grieks)

A

De wereld wordt uit zichzelf verklaard.

Griekse filosofen zoeken naar het wezen van de dingen, de zin van het menselijk leven leren kennen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Teleologie (Aristoteles)

A

Teleologie (van het Grieks: τέλος (telos), “doel(eind)” en λογος (logos), “rede” of “leer”, dus leer van de doelen) of finaliteit is in de filosofie de zoektocht naar het doeleinde achter dingen.

De gedachte dat alle dingen een doeleinde (telos) hebben was een kernpunt in de filosofie van Aristoteles.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is transcendentie?

A

Transcendentie is het naar buiten staan of overstijgen van de mens. Dit begrip komt bij vele filosofen terug.

Het begrip transcendent; letterlijk: overstijgend, buiten het gewone tredend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is immanentie?

A

Immanentie (letterlijk: erin blijvend) is dat wat tot de structuur van iets behoort en deze niet overschrijdt.

Zo is immanent in de kennistheorie dat wat het bewustzijn niet te boven gaat, maar binnen de ervaring of het bewustzijn blijft.

Binnen een theologische context zijn immanentie en immanent termen die gesteld worden tegenover transcendentie en transcendent, om uit te drukken hoe de aanwezigheid van de - bijvoorbeeld christelijke - godheid in de wereld gezien wordt.

18
Q

Deïficatie:

A

Wie God wil kennen moet God worden. (volgens de Joodse filosoof Philo)

19
Q

Pantheïsme

A

(Grieks: πάν, pan = alles; θεος, theos = God) is een levensbeschouwing die ervan uitgaat dat alles (en iedereen) goddelijk is. Het goddelijke is immanent en alomvattend, het heelal, natuur en God zijn identiek. Pantheïsten geloven dus niet in een persoonlijke of antropomorfe god. In de meest strikte zin betekent het: gelijkstelling van God aan de wereld en al het bestaande. In elk van zijn verschijningsvormen is het dus monistisch, al is monisme daarom niet steeds pantheïsme. Pantheïsme moet niet worden verward met panenteïsme waar het basisprincipe is dat alles (pan) in (en) God (theo) is.

20
Q

Apologie

A

Mondelinge of schriftelijke verdediging van een persoon, zaak of leer, tegen onrechtvaardige aanvallen.

21
Q

Wat is universalisme?

A

Universalisme of absolutisme is het idee dat feiten algemeen geldend zijn. Aan de andere kant van het spectrum stelt het relativisme dat feiten beoordeeld moeten worden vanuit hun context of vanuit een zeker perspectief.

22
Q

Wat zijn soortenbegrippen? (uit vroege scholastiek)

A

Soortbegrippen zijn begrippen die een concreet of een abstract verschijnsel aanduiden.

Vragen die hier naar voren komen zijn: staan de dingen op zichzelf of staan ze los naast elkaar, is er tussen de dingen verwantschap of staan zij niet met elkaar in verband?

23
Q

Wat betekend antropocentrisch?

A

De mens centraal.

24
Q

Wat is een axioma?

A

Een axioma (of postulaat) is in de wiskunde en de logica, sinds Euclides en Aristoteles, een niet bewezen, maar als grondslag aanvaarde bewering.

Een axioma dient als grondslag voor het bewijs van andere wiskundige beweringen of stellingen.

Een axioma maakt deel uit van een deductief systeem. In de wiskundige logica heet een deductief systeem een theorie.

25
Q

Wat betekend het begrip ‘inductieve methode’?

A

Inductieve methode: feiten verzamelen en deze denkend verwerken.
Waarneming, ervaring en empirie zijn de enige wegen die leiden tot echte wetenschap.

26
Wat betekend de filosofische stroming 'Materialisme'?
Materialisme is een stroming binnen de filosofie die de werkelijkheid, ook emoties en andere processen in het menselijk brein, uiteindelijk herleidt tot materie; dit in tegenstelling tot het idealisme en tot het spiritualisme. Het 'zijn' brengt volgens het materialisme uiteindelijk het 'denken' voort.
27
Wat is een aporie? (Socrates)
Etym: Gr. a = niet, zonder; poros = doorwaadbare plaats, uitweg, hulp. Term uit de filosofische traditie ter aanduiding van een onoplosbaar probleem, of van de besluiteloosheid en onbeslisbaarheid (dubitatio) die een dergelijk probleem ons kan bezorgen.
28
Wat is de betekenis van Maieutiek?
Maieutiek is de kunst van het vragen stellen. Door Socrates bedacht. De bedoeling van die vragen is dat de ondervraagde een eigen inzicht in zijn of haar situatie ontwikkelt. De oorspronkelijke betekenis van het woord maieutiek in het Oudgrieks is de kundigheid van de vroedvrouw en wordt hier overdrachtelijk gebruikt. Waar de verloskunde hulp en ondersteuning biedt bij het baren van kinderen, biedt de maieutiek hulp en ondersteuning bij het in de wereld brengen van de eigen wijsheid.