AV Deel 1 : Klinische scheikunde Flashcards
Welke eiwit parameters kunnen we nakijken?
- Totaal eiwit
- Albumine
- Globuline
Als we spreken over de eiwitparameter totaal eiwit, wat gaan we dan exact bekijken?
Onderscheid tussen totaal plasma proteïne en totaal serum proteïne
Van wat is de parameter totaal eiwit afhankelijk?
Aanvoer, afbraak en verbruik van aminozuren
Wanneer is het interessant om de parameter van het totaal eiwit na te kijken?
- Interessant voor evaluatie hydratatietoestand : deze zal verhoogd zijn bij een gehydrateerde patiënt
- Interessant om bij patiënten met oedeem, diarree, vermagering & lever-, nier- of stollingsproblemen te screenen
Als we spreken over de albumine totaal eiwit, wat gaan we dan exact bekijken?
Dit is de belangrijkste serumproteïne die we dan nakijken
Wat is het belang van albumine?
Ze regelen de colloïd osmotische druk
Waar wordt albumine aangemaakt?
In de lever
Bij welke aandoening zien we een albuminetekort?
Bij hypoproteïnemie : dit is een te laag eiwitgehalte van het bloedplasma
Bij diffuse leveraandoeningen
Wat zijn globulines?
Het is een complexe groep van serumeiwitten
- Onderverdeeld in : α -, β - en γ – globulines
Globulines zijn onderverdeeld in verschillende groepen, geef een woordje uitleg bij elke groep.
- Alfaglobulines : productie in lever (transporteiwitten)
- Betaglobulines : omvatten onder andere complement en ijzerbindende proteïnen
- Gammaglobulines : antistoffen
Welke leverparameters zijn er om de lever na te kijken?
- ALT : Alanine aminotransferase
- AST : Aspartaat aminotransferase
- AF : Alkalische fosfaat
- γ – GT : Gamma – glutamyl transpeptidase
- Bilirubine
- Galzuren
Wanneer zien we symptomen als er leverproblemen zijn?
Slechts bij een vergevorderd stadium van leverfalen
Waarom worden leverfalen meestal past vastgesteld in een ver gevorderd stadium?
Er is geen standaardtest die ontegensprekelijk leverproblemen in een vroeg stadium kan detecteren
- Er moeten steeds verschillende testen uitgevoerd worden
Voor onze leverfunctie te gaan evalueren, kunnen we verschillende parameters gaan testen.
Welke parameters zijn dit en wat gaan we dan exact testen?
We gaan deze onderverdelen in 3 categorieën :
- Enzymen die vrijkomen uit beschadigde hepatocyten : ALT, AST
- Enzymen geassocieerd met galstuwing : AF, γ – GT
- Hepatocellulaire functietesten : bilirubine, galzuren
Hoe wordt alanine aminotransferase of ALT nog genoemd?
Ook ‘sGPT’ genaamd
Waar vinden we alanine aminotransferase terug in het lichaam?
Vooral aanwezig in hepatocyten bij carnivoren en primaten, beschouwd als leverspecifiek
Bij welke dieren gaat het testen van alanine aminotransferase weinig informatie opleveren?
Paarden, herkauwers, varkens en vogels
Wat is de voornaamste voor het nakijken van alanine aminotransferase ?
Het voornaamste gebruik van deze test is voor de screening van de lever
- Er is geen correlatie tussen ALT – gehalte en de ernst van de leverbeschadiging
Hoe wordt aspartaat aminotransferase of AST nog genoemd?
Ook ‘sGOT’ genaamd
Wanneer kunnen we een stijging zien van aspartaat aminotransferase?
- Bij ernstige leverschade
- Bij ernstige spierschade
- Bij hemolyse
Wat gaan we in eerste instantie doen als we ene hoge AST waarde krijgen?
Checken op hemolyse
Als we hoge AST waarden hebben, hoe gaan we deze toewijzen aan de lever?
Door bijkomende testen te doen op spierenzymen.
Als deze niet gestegen zijn dan liggen de hoge AST waarden aan leverschade
Waar vinden we alkalische fosfaat of AF terug?
Dit zijn verschillende isoenzymes die onder andere in been, kraakbeen, darmcellen en hepatocyten teruggevonden worden