6: Airway & Spine Flashcards

1
Q

Het protocol airway & spine bestaat uit twee onderdelen, waarbij we eerst airway zullen behandelen. Wat is het doel van het protocol airway?

A

Of de luchtweg van het slachtoffer vrij is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Er zijn twee verschillende situaties waarbij je de airway kan behandelen. Wat zijn deze?

A

Of het slachtoffer bij of buiten bewustzijn is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het protocol om de luchtweg te beoordelen bij iemand die bij bewustzijn is

A

Beoordelen of er sprake is van een vrije of bedreigde luchtweg. Volg het subprotocol luchtwegobstructie indien de luchtweg niet vrij of bedreigd is. Vraag of het slachtoffer iets in de mond heeft en vraag om dit eruit te halen (zodat het alsnog in de keel schiet)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de eerste stap van het protocol om de luchtweg te beoordelen bij iemand die buiten bewustzijn is?

A

beoordelen of het slachtoffer een mogelijk nek-/wervelletsel of geen sprake van ongevalsslachtoffer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Na een ernstig ongeval mag een slachtoffer niet bewogen worden. Dit is met uitzondering van 2 situaties, welke?

A

Om een vrije luchtweg te creëren en bij gevaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Indien er sprake is van abnormale ademhaling, welke positie moet het slachtoffer naartoe gedraaid worden?

A

op de rug

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke handeling moet worden gedaan indien een slachtoffer op de rug ligt en de luchtweg te openen / open te houden bij verdenking nek-/wervelletsel?

A

Jawthrust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Stelling: Indien een slachtoffer geen ongeval heeft gehad met een normale ademhaling beweeg je het slachtoffer niet

A

Fout, dit slachtoffer met in de stabiele zijligging worden gelegd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Een slachtoffer ligt in de stabiele zijligging en gaat slechter ademen (sneller/langzamer/stoppen), in dit geval moet het slachtoffer op de rug worden gelegd. Waarom?

A

Om de ademhaling te controleren. Indien deze normaal moet het (niet-ongevalsslachtoffer) op de andere zij in de stabiele zijligging worden gelegd OF luchtweg wordt vrij gehouden met chinlift

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn synoniemen van de chinlift?

A

head-tilt, hoofdkantel-kinlift-methode

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wanneer wordt een chinlift gebruikt?

A

Deze manoeuvre wordt gebruikt wanneer een slachtoffer bewusteloos is en luchtwegobstructie door de tong heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wanneer wordt een jawthrust gebruikt?

A

Deze manoeuvre wordt gebruikt wanneer een slachtoffer bewusteloos is, een luchtwegobstructie door de tong én een verdenking op nek-/wervelletsel heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

In het kort maar met alle stappen, wat is het protocol van airway & spine bij bewustzijn?

A

Vrije luchtweg
- nee: ga naar subprotocol luchtwegobstructie
- ja: volgende stap

Bedreigde luchtweg?
- ja: ga naar subprotocol luchtwegobstructie
- nee: volgende stap

Iets in de mond:
- ja: mond leegmaken
- nee: volgende stap

Verdenking op nek-/wervelletsel?
- ja: voer nekstabilisatie uit en voorkom bewegingen van wervelkolom
- nee: ga naar Breathing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

In het kort maar met alle stappen, wat is het protocol van airway & spine buiten bewustzijn?

A
  • is er verdenking op nek-/wervelletsel: voer jawthrust uit en voorkom bewegingen van wervelkolom

zo niet, voer de chinlift uit

ga daarna naar Breathing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Stelling: vraag een omstander te assisteren bij de eerstehulpverlening door de chinlift / jawthrust van je over te nemen

A

Juist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Stelling: als je doorgaat naar Breathing hoeft de jawthrust/chinlift niet meer worden uitgevoerd

A

Onjuist, dit moet de rest van het protocol uitgevoerd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Onder welke omstandigheden moet het nek van het slachtoffer gestabiliseerd worden?

A

Indien
- er sprake is van een ongeval dat aanleiding kan geven tot nek-/wervelletsel (bv rechtstandige val op de hakken/suit, flexie/extensie
- er sprake is van een hoog-energetisch trauma
- het slachtoffer pijn heeft in rug/nek
- het slachtoffer de vingers en tenen niet kan bewegen
- het slachtoffer tintelingen of een dof gevoel heeft in armen/benen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Welke vragen moet je o.a. stellen om te inventariseren of de nek van het slachtoffer gestabiliseerd moet worden?

A
  • ‘Heeft u pijn in rug/nek’
  • ‘Kunt u uw vingers en tenen nog bewegen’
  • ‘Heeft u tintelingen of een dof gevoel in uw armen en/of benen’
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn omstandigheden waarbij de luchtweg bedreigd/volledig geobstrueerd kan raken?

A
  • corpus alienum
  • terugzakken van epiglottis bij bewusteloos slachtoffer
  • zwelling van weke delen (tong, slijmvliezen van de keelholte, stembanden)
  • vloeistof in de luchtpijp (bv bloed/maaginhoud)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Waarom is het garanderen van een vrije luchtweg noodzakelijk?

A

Om ademhaling mogelijk te maken en daarmee alle vitale organen van zuurstofrijk bloed te voorzien. Bij volledige obstructie van de luchtweg leidt dit in een korte tijd tot de dood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Vul in: Bij een volledige obstructie van de luchtweg zal er geen lucht in de longen terecht komen waardoor de zuurstofspanning in de longen en vervolgens in het bloed …

A

Daalt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Waar zal een lage zuurstofsaturatie verder toe leiden?

A

schade aan organen, dit gebeurd binnen enkele minuten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Hoe lang duurt het bij obstructie totdat een slachtoffer bewusteloos is?

A

Na enkele seconden tot 1 minuut

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Na hoeveel minuten is er irreversibele schade aan de hersenen?

A

4 minuten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Door welke symptomen wordt een vrije luchtweg door gekenmerkt?

A

als een slachtoffer praat (met genoeg kracht), zonder bijgeluiden ademhaalt en niets in de mond heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Wat zijn symptomen van een gedeeltelijke luchtwegobstructie

A

Gierende inademing (inspiratoire stridor), rochelende ademhaling, blauw-paarse verkleuring (cyannose) van het mondslijmvlies en rond de lippen (of als de kleur anders is dan je zou verwachten), enorme kleurvan de huid. Het slachtoffer is gewoonlijk in paniek en grijpt naar de keel

27
Q

Wat zijn symptomen van een volledige luchtwegobstructie?

A

Dan kan het slachtoffer niet meer praten/hoesten, blauwe (cyanose) verkleuring van het mondslijmvlies en rond de lippen, rode kleur van de huid en bewustzijnsverlies, slachtoffer is in paniek en grijpt naar de keel

28
Q

Waar moet je op letten bij inhalatietrauma?

A

Op tekenen van verbranding rondom de neusgaten (bv verschroeide neusharen) en mond. Zwelling van slijmvliezen kan enige tijd later optreden

29
Q

Waar moet je op letten bij aangezichtsletsel?

A

Dat het bloed in de keel van het slachtoffer kan lopen

30
Q

Wat zijn drie manieren om de bedreigde luchtweg van een bewusteloos slachtoffer veilig te stellen?

A

Stabiele zijligging, of de chinlift of jawthrust

31
Q

In welke gelegenheden mag je een slachtoffer niet in de stabiele zijligging leggen of een chinlift uitvoeren?

A

Bij verdenking van een nek-wervelletsel

(m.u.v. het slachtoffer moeten verlaten om 112 te bellen)

32
Q

Vul in: Bij een luchtwegobstructie door een corpus alienum moet er beoordeeld worden of er sprake is van een … of niet-…. hoest

A

effectieve

33
Q

Wat is het protocol bij iemand die een effectieve hoest heeft?

A

Effectief hoesten aanmoedigen, 112 bellen als hoesten geen effect heeft

34
Q

Wat is het protocol bij iemand met een niet-effectieve hoest?

A

Vraag een omstander 112 te bellen. Indien je alleen bent, doe eerst poging zelf de belemmering op te heffen door vijf (forse) rugslagen te geven, met (v.t.) vijf buikstoten. Als dit niet werkt 112, en blijf de rugslagen en buikstoten afwisselen

35
Q

Wanneer moet/mag je stoppen met rugslagen en buikstoten geven?

A
  • als de luchtweg vrij is
  • als de ambulance arriveert
  • als het slachtoffer bewustzijn verliest
36
Q

Waarom moet een slachtoffer standaard door een arts onderzocht worden na het geven van buikstoten?

A

Omdat door de buikstoten inwendig letsel kan ontstaan, zoals abdominaal en thoracaal letsel en letsel aan de grote vaten

37
Q

Wat moet je doen als er een bewusteloos slachtoffer geen ademhaling heeft?

A
  • in rugligging op de grond leggen
  • 112 (nogmaals) bellen/controleren
  • start reanimatie
38
Q

In welke hoeveelheden moeten er compressies en beademingen worden gegeven bij reanimatie?

A

30 compressies en 2 beademingen

39
Q

Op welke twee manieren heeft reanimatie als doel om de luchtweg vrij te maken?

A
  1. door drukverhoging door borstcompressie kan het voorwerp de luchtweg uitschieten
  2. door de beademingen kan het voorwerp in 1 long terecht komen (ipv dat het beide blokkeert)
40
Q

Stelling: Laat slachtoffer altijd na een luchtwegobstructie naar de huisarts gaan

A

Juist

41
Q

Bekijk stroomschema subprotocol luchtwegonstructie

A

figuur 3

42
Q

Wat zijn kenmerken van effectieve hoest? (5)

A
  • slachtoffer kan huilen/spreken
  • luid hoesten
  • slachtoffer kan diep inademen voor hoesten
  • soms stemverandering
  • slachtoffer volledig bij bewustzijn
43
Q

Wat zijn kenmerken van niet-effectieve hoest? (5)

A
  • slachtoffer kan niet spreken
  • zacht of stil hoesten
  • slachtoffer kan niet ademen
  • cyanose
  • verminderd bewustzijn of bewusteloos slachtoffer
44
Q

Wat is een hoog-energetisch trauma (HET)

A

Bij een HET is er sprake van een hoge energieoverdracht die tot inwendig letsel, nek-/wervelletsel en hoofdletsel kan leiden. Het ongevalsmechanisme (verkeersongelukken) speelt een belangrijke rol

45
Q

Wat zijn criteria voor een HET?

A
  • Val van grote hoogte (2-3 maal eigen lichaamslengte van patiënt)
  • Aanrijding van voetganger door voertuig >10km/u
  • Aanrijding in voertuig met snelheid >35km/u (zonder autogordel)
  • Aanrijding met snelheid >45km/u (met autogordel)
  • Aanrijding van (brom/snor)fietser of motorrijder door voertuig bij snelheids-verschil >35km/u
  • Ongeval waarbij voertuig >7m is verplaatst
  • Uit voertuig geslingerd / voertuig over de kop
  • Ernstig gewond of overleden slachtoffer in voertuig
  • Forse deformiteit van voertuig
  • Vrijkomen van airbags
  • Een ster in voorruit veroorzaakt door inzittende(n)
  • Haren en/of bloed op binnenspiegel; en
  • Helmbeschadiging
46
Q

Letsel aan de wervelkolom omvat het letsel van zowel de benige en weke delen van de wervelkolom. Wervelletsel kan gepaard gaan met…

A

neurologische uitval

47
Q

Welk onderdeel van nek-/wervelletsel is het meest gevoelig voor letsels?

A

Cervicale wervelkolom, ook wel C-spine genoemd

48
Q

Welke nekwervel is het meest gevoelig bij acuut traumatisch letsel?

A

C5

49
Q

In welke hoeveelheden komt letsel in de verschillende onderdelen van de wervelkolom voor?

A

55% cervicale
15% thoracale
15% thoracolumbale
15% lumbosacrale wervelkolom

50
Q

Wat zijn de verschillende functies van de zenuwen die in het ruggenmerg lopen (3)?

A
  • Motorisch: het bewegen van spieren
  • Gnostische sensibiliteit (bewegingsafhankleijk): fijne tastzin, vibratiezin, bewegingszin en positiezin (propriocepsis)
  • Vitale sensibiliteit (bewegingsonafhankelijk): pijnzin, temperatuurzin en grove tastzin
51
Q

Stelling: fracturen kunnen alleen voorkomen in de cervicale en thoracale regio van de wervelkolom

A

Fout, kan in alle onderdelen voorkomen

52
Q

Fracturen in welk onderdeel van de wervelkolom kunnen vooral het ruggenmerg beschadigen?

A

Fracturen in de wervelboog

53
Q

Waardoor kan letsel aan de wervelkolom ontstaan?

A

Door een bloeding/zwelling die door beperkte ruimte druk op ruggenmerg geeft, of 1 of meerdere wervels gebroken of verschoven wd ruggenmerg onderbroken wordt

54
Q

Wat is een dwarslaesie?

A

een onderbreking van het ruggenmerg met uitval van neurologische functies. Deze uitval bevindt zich onder het niveau van het ruggenmergletsel

55
Q

Hoe kan het onderscheid tussen gedeeltelijke of complete dwarslaesie gemaakt worden?

A

O.b.v. neurologische functies, bij een gedeeltelijke is een deel aangedaan en valt een deel uit, bij een complete zijn alle neurologische functies uitgevallen

56
Q

Bij welk type vallen moet men denken aan wervelletsel?

A

Bij een rechtstandige val op de hakken, val waarbij de rug gedraaid werd (rotatiecomponent), flexie/extensie trauma van de nek en een rechtshandige val op de stuit. Bij een val waarbij de rug gedraaid werd heeft het slachtoffer schaafwonden op de schouders

57
Q

Waar wordt thoracaal en lumbaal wervelletsel door gekenmerkt?

A

Door lokale pijn rond de wervels van de rug. Kan variëren van geen/nauwelijks klachten tot ernstige pijnklachten of volledige neurologische uitval. Uitstralende pijn, sensibiliteitsstoornissen (tintelingen/verminderd gevoel) in de ledematen en/of romp en verlammingen kunnen duiden op schade aan het ruggenmerg

58
Q

Wat zijn symptomen van een gedeeltelijke dwarslaesie:

A

sensibiliteitsstoornissen (tintelingen/vermidnerd gevoel) in de nek/rug/ledematen onder het letsel

59
Q

Wat zijn de symptomen van een complete dwarslaesie?

A

Gevoelloosheid en verlamming onder het niveau van het ruggenmergletsel, incontinentie, urineretentie en pijn in de nek/rug boven/ter hoogte van het letsel

60
Q

Stelling: een slachtoffer met een gedeeltelijke dwarslaesie heeft altijd pijn

A

Nee? (vraag dit in de les!)

61
Q

Als er uitval is van de armen en benen is er letsel te hoogte van …

A

C5 en Th1

62
Q

Als er ademhalingsstilstand is, is er letsel ter hoogte van…

A

C4 (en boven)

63
Q

Stelling: bij verdenking op een nek-/wervelletsel moet je het hoofd recht leggen en stabiliseren

A

Fout, je moet het hoofd houden in de positie dat je het hebt aangetroffen