3 - Patiënt met tuberculose Flashcards

1
Q

Op welke manieren kan iemand een TBC besmetting oplopen?

A
  • Aerogene transmissie -> normaal
  • Drinken ongepasteuriseerde melk besmet vee
  • Directe inoculatie
  • Orgaantransplantatie
  • Intrauteriene transmissie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn risicogroepen voor TBC?

A
  • Asielzoekers
  • Immigranten
  • Gedetineerden
  • Contacten van besmettelijke tuberculose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn typische symptomen van TBC?

A
  • Gewichtsverlies
  • Transpiratie -> ‘s nachts
  • Malaise
  • Koorts
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat voor medicatie kun je geven aan een patiënt met TBC? En hoelang?

A
  • Isoniazide -> 6 maanden
  • Rifampicine -> 6 maanden
  • Pyrazinamide -> 2 maanden
    o Geef je in het begin erbij
  • Ethambutol -> tot goede gevoeligheid bekend
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly