1C2 - W1 - ZO5 Brandstofverbruik bij sport Flashcards
Wat doet de spiercel met zijn grote voorraad aan creatinefosfaat?
Hiermee wordt de maximale snelheid van ATP-resynthese en daarmee de snelheid van ATP verbruikt tijdens arbeid sterk vergroot
Welke processen treden er op wanneer een persoon vanuit rust lichte arbeid gaat verrichten?
- In de eerste paar seconden daalt de aanwezige voorraad ATP.
- Tegelijkertijd komt de creatinefosfokinase reactie op gang, waardoor creatinefosfaat als energiebron voor ATP kan worden gebruikt (langer dan 30 sec).
- Daarnaast treedt er meteen vanaf het begin anaerobe glycolyse op (langst, 2 min).
- Vanaf 15 sec start de aerobe glycolyse en de vetzuurverbranding t.b.v. de energievoorziening van de spier.
Welke energiesubstraten worden met name gebruikt bij intense fysieke inspanning van korte duur, en waarom?
Creatinefosfaat en glycogeen, omdat deze processen het snelst ATP kunnen aanleveren en geen O2 verbruiken.
Welke energiesubstraten worden met name gebruikt bij duursport, en waarom?
Glycogeen (via aerobe afbraak) en vetzuren, omdat substraat aanvoer voor lange duur gegarandeerd is en de O2-toevoer aan de vraag kan voldoen.
Waarom is de totale spiercapaciteit voor anaerobe ATP-vorming beperkt?
Omdat de voorraad CP zeer beperkt is en de anaerobe glycogenolyse zal stoppen, omdat de lage pH door lactaat het enzym fosfofructokinase remt.
Hoe ontstaat bij krachtige sportoefeningen verzuring in de spieren?
- Anaerobe glycolyse: productie van melkzuur.
- Daling ATP: ATP + H2O –> ADP + HPO4 + H+
Wat is de O2-schuld?
De extra O2-opname in de herstelperiode na de inspanning die wordt bepaald door het letsel van het ATP vanuit ADP en AMP, CrP uit CR en het herstel van intramusculaire O2-voorraad door het opladen van myoglobine
Wanneer is de omzetting van lactaat naar glucose mogelijk in de lever?
Na een lange tijd vasten
Wat wordt er bij een rustige duurloop naast glycogeen gebruikt als substraat voor spieren?
Vrije vetzuren
Op grond van welke eigenschappen worden spiervezels onderverdeeld in type I/II?
Contractiele eigenschappen
Op grond van welke eigenschappen worden spiervezels onderverdeeld in rode/witte vezels?
Metabole eigenschappen
Hoe worden type I spiervezels (rode) ook wel genoemd en waar zijn ze geschikt voor?
Geschikt voor langdurige, minder intensieve arbeid.
= Slow-twitch vezels
In deze vezels is er een hoge mitochondriale NADH oxidatie activiteit.
Hoe worden type II spiervezels ook wel genoemd en waar zijn ze geschikt voor?
Geschikt voor korte, explosieve arbeid.
= Fast twitch
In deze vezels is er sprake van een hoge actomyosine ATPase activiteit.
Wat is het verschil tussen type I en type IIa vezels?
Type IIa vezels bevatten meer glycogeen en mitochondrien
Wat zijn type IIa vezels en waardoor worden deze gekenmerkt?
Rode vezels, geschikt voor langdurige activiteit.