1B2 week 7 HC 3, 7 & 9 Longfunctie Flashcards

1
Q

Wat is het kenmerk van obstructie?

A

Expiratoire airflow limitatie (concave curve)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarop zijn referentie waarden van GLI gebaseerd?

A
  • Geslacht
  • Leeftijd
  • Lengte
  • Etniciteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het kenmerk van restrictie?

A

Samengedrukte curve

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is er anders in de longfunctie bij obstructie?

A

FEV1 verminderd, dus FER ook

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de PEF?

A

Peakflow

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe werkt de directe provocatietest?

A

Histamine geven, FEV1 meten

- 80% baseline = PC20

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat gebeurt er met de pH bij teveel CO2?

A

pH daalt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke ademhalingsgebieden liggen in de pons?

A
  • apneutisch

- pneumotaxisch (rek)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke receptoren zijn er en waardoor worden ze gestimuleerd?

A
  • Pulmonair: rek en irritatie
  • Juxtacappilair: astma en hartfalen
  • Muscle and joint: inspanning
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke typen respiratoire insufficiëntie zijn er en wat zijn de kenmerken?

A
  • Type 1: partieel, longfalen, O2 daalt

- Type 2: compleet, pompfalen, O2 daalt en CO2 stijgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe kan type 1 respiratoire insufficiëntie ontstaan?

A
  • Lage zuurstofdruk omgeving
  • Hypoventilatie
  • Ventilatie perfusie stoornis
  • Diffusiestoornis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn kenmerken van O2 tekort?

A

Cyanose, tachycardie, polyglobulie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het gevolg van respiratoire insufficiëntie?

A

Onvoldoende oxygenatie weefsels

Falen CO2 homeostase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn oorzaken van type 2 respiratoire insufficiëntie?

A
  • Toename CO2 productie
  • Hypoventilatie
  • Dode ruimte ventilatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke soorten oorzaken kunnen leiden tot type 2 respiratoire insufficiëntie?

A

Neurogeen, myogeen, diafragma, thoraxwand, pleura

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat doet de nier bij teveel CO2?

A

Bicarbonaat en Na+ resorbtie, vocht retentie

17
Q

Wat zijn gevolgen van pCO2 stijging?

A
  • Meer adrenaline productie bijnier
  • Meer noradrenaline OS
  • Meer maagzuur/speeksel PS
  • Sufheid
  • Verhoogde pulmonale vaatweerstand
18
Q

Hoe ontstaat verhoogde pulmonale vaatweerstand?

A
  • Anatomisch vaatbedverlies
  • Vasoconstrictie kleine arteriolen
  • Polyglobulie
19
Q

Wat is gedecompenseerd cor pulmonale?

A

Overbelasting van de rechter harthelft als gevolg van longafwijkingen

20
Q

Wat is het gevolg van gedecompenseerde cor pulmonale?

A
  • Verhoogde veneuze druk
  • Oedeem
  • Leververdikking
21
Q

Wat is het gevolg van hypercapnie?

A

pO2 wordt de ademhalingsprikkel

22
Q

Wat meet een spirometrie?

A

Dynamische longvolumina (FEV1, FVC, FER)

23
Q

Wat meet een bodybox?

A

Statische longvolumina (TLC, FRC, RV, ERV)

24
Q

Wat zie je bij een restrictie?

A

TLC is verminderd, FEV1 en FVC verminderd

25
Wat zie jij bij een bodybox meting van iemand met luchtwegweerstand?
Een lusje
26
Wat is het voordeel van LLN?
Geen overdiagnose ouderen of onderdiagnose jongeren
27
Wat is een teken van airtrapping?
TLC/RV verhoogd
28
Wat is de minimale goede diffusie capaciteit en wanneer is vaak zuurstof nodig?
Vanaf 75% is goed, onder 30% is vaak zuurstof nodig
29
Wanneer is een spirometrie herhaalbaar?
Bij een maximaal verschil van 0.15 L
30
Wat zijn de normale bloedgas waarden?
pO2: 10.0-14.0 kPa pCO2: 4.5-6.1 kPa pH: 7,36-7,44
31
Hoe kun je bepalen of een respiratoire insufficiëntie al langer bestaat?
Als het langer bestaat is er een verhoogd bicarbonaat ter compensatie van de vaak verlaagde pH. Het duurt enkele dagen voordat de nieren deze bicarbonaat uitscheiden