1.4 ionkanalen en hartpotentialen Flashcards
Leg uit welke onderdelen een ECG bevat en wat deze betekenen…
P top: depolarisatie atria
Tussen P en Q: een delay in de prikkeloverdracht van atria op ventrikels via de AV-knoop
QRS complex: depolarisatie septum en ventrikels
R top: depolarisatie ventriculaire hartspiercel
T top: repolarisatie ventrikels, repolarisatie ventriculaire hartspiercellen
Welke onderdelen in het hart hebben een automatische depolarisatie?
- pacemakercellen in SA- en AV-knoop
- Purkinjevezels
elke type cellen hebben dezelfde actiepotentiaal als die van myocardcellen en op welke manier?
Purkinjevezels; beiden hebben een zeer snelle depolarisatie door natrium en een plateaufase door calcium
Bij welke type cellen duurt de actiepotentiaal kort en bij welke lang?
kort: zenuwcel / skeletspiercel
lang: hartspiercellen (hebben ook refractaire periode)
Welke eigenschappen heeft elk celtype wanneer we kijken naar actiepotentialen?
- tijdsduur van actiepotentiaal
- rustmembraanpotentiaal (hoogte, stabiel/oplopend)
- soort ionkanalen (soort ion)
- voltage-afhankelijkheid (drempel)
- snelheid van (in)activatie
Hoe komt een actiepotentiaal tot stand?
door verhoging van membraanpotentiaal:
Zodra de depolarisatie boven een bepaalde drempelwaarde uitkomt, worden voltage-gevoelige ionkanalen geopend -> natriumkanalen gaan openstaan en natrium stroomt de cel in -> de membraanpotentiaal wordt steeds minder negatief en slaat om naar sterk positief -> kaliumkanalen gaan open na een korte delay -> kalium gaat cek uit -> membraanpotentiaal daalt naar rustmembraanpotentiaal -> natriumkanalen sluiten -> kaliumkanalen sluiten ook -> door korte delay van kaliumkanalen daalt de membraanpotentiaal onder rustpotentiaal -> refractaire periode komt overeen met de re-activatiefase van natriumkanalen
Hoe werkt een actiepotentiaal in hartspiercellen?
membraanpotentiaal komt boven drempel -> natrium kanalen open -> natriumkanalen snel weer dicht -> ondertussen gaan calcium kanalen ook open staan -> membraan wordt gedurende langere tijd gedepolariseerd -> calcium kanalen sluiten -> kaliumkanalen zorgen ervoor dat de membraanpotentiaal weer gaat dalen
Hoe zijn kanaaleiwitten opgebouwd?
24 transmembraan helices -> a-helices vormen 4 setjes van 6 helices met middenin een voltage-sensor: de S4-helix
Naar welke kant zal de s4-helix gekeerd zijn?
tijdens rust: richting intracellulaire zijde van het membraan
tijdens depolarisatie: richting extracellulaire zijde
Wanneer is het kanaal geopend door de S4-helices?
wanneer de extracellulaire zijde - geladen is en de intracellulaire zijde + en de S4 helices (+ lading) naar de extracellulaire zijde zijn gericht
Waardoor wordt de sluiting van het kanaal in gang gezet?
door een los segment dat zich na een bepalde tijd in het kanaal vastzet en zo de doorgang verhinder
Welke kanalen zijn betrokken bij een actiepotentiaal in de hartspiercellen?
kaliumkanalen, natriumkanalen, calciumkanalen, natrium/calcium-exchanger (3Na+/Ca2+)
Wat doet de natrium/calcium-exchanger in de ventriculaire hartspiercel?
de natrium/calcium-exchanger zorgt dat natrium kanalen openen / calcium de cel inkomt door I na/ca (calciuminflux wordt versterkt tijdens depolarisatie) / calcium de cel uitgaat (tijdens repolarisatie)
Waardoor wordt de automatische activatie van actiepotentialen veroorzaakt bij de SA knoop?
Door de “funny” current (na-kanalen openen wanneer membraanpotentiaal beneden drempelwaarde komt) en T-type Ca kanalen (helpt om membraanpotentiaal even te versterken zodat L-type calcium open gaat)