1.3 Gesteente en bodemvorming Flashcards

1
Q

De aardkorst bestat uit 3

A
  1. Stollings/magmatische door afkoeling.
  2. Metamorf gevormd uit magmatisch en sedimentair. 25 mineralen. Zuurstof en silicium, zoals kwarts SiO2.
  3. Sedimenten. Rond 5 km dikte. Kleimineralen en kwarts, kalksteen, zandsteen. Op zeebodem door diagonese, fysische, biologisch, chemische processen. Wordt weer land door orogenese, gebergdevorming.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Mineralen. 1. Bestaat uit, 2. Groepen, 3. Bindingen, 4. Structuur, 5. Silikaat

A
  1. Bestaat uit: Een kation, positieve ion en een anion, negatieve anion, of een samengesteld ion.
  2. Groepen: van anion: oxiden, sulfiden, carbonaten, silicaten.
  3. Bindingen: Meest ion-bindingen en covalente bindingen. Van der Waals bindingen.
  4. Structuur: Rooster- of kristaalstructuur.
  5. Silikate basale bouwsteen: SiO4 tetraeder.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Verwering 1. Algemeen. 2. Mechanisch. 3. Chemisch. 3a Volledig, 3b veranderen. 4. Oxidatie.

A
  1. Gesteentee bloogsteld aan het weer.
  2. Mechanisch - vers oppervlak voor chemisch verwering. Leidt tot sedimenten en bodem.
  3. Chemische verwering - niet kwarts maar veldspa.
    a. Volledig oploss H2O+ CO2 -> H2CO3,
    H2CO3 -> H+ + HCO3 - Bicarbonaat.
    b. Veranderen in ander mineralen - hydrolyse.
  4. Oxidatie van ijzer - opgelost. Bijzonder oxidatie in mijnen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De producten van verwering en erosie - de aard - bodemvorming.

A

Losse materiaal. De aard hangt af van type gesteente, de aard van verwering, erosie, transportproces, klimaat. Veel kwarts - bestandig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bodem - bodem in warm klimaat

A

Organisch materiaal in een toplaag, belang voor duurzaam plantgroei. In waarm klimaat, chemisch verwering rijker aan klei.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bodemprofielen

A

Potsolgrond:
O: organisch materiaal.
A: organisch materiaal en mineralen.
E: uitgeloogde laag.
B: opeenhoping van klei, ijzer, etc.
C: onvolledige verwering van moedermateriaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bodemverlies

A

Water- en wind erotie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly