Winsttoevoegingen Flashcards
Wat zijn de winsttoevoegingen?
- Recent is een lijst ontstaan van winsttoevoegingen die louter fiscaal zijn en niet terug te vinden zijn in de boekhouding:
- Transferprijzenaanpassing
- Overdracht van activa naar een branch
- Niet-definitieve branch verliezen
- Hybride mismatchbepalingen
- CFC = controlled foreign company
- Groepsbijdragen
Wat zijn transferprijzencorrecties?
- Artikel 185, §2: groepsvennootschappen moeten met elkaar handelen at arm’s length.
- Artikel zegt: we gaan het boekhoudkundig resultaat verhogen met de abnormale of goedgunstige voordelen die zij hebben toegekend aan groepsvennootschappen: eenmalige correctie = verworpen uitgave
- Mogelijkheid om een opwaartse winstaanpassing te doen op basis van artikel 9 OECD MC.
Wat was de co-relatieve correctie naar beneden?
- Artikel 185, §2 vroeger kleine b dat als de winst in Spanje zou worden toegevoegd dan moest België een neerwaartse aanpassing doen als een soort co-relatieve correctie naar beneden toe als er in het ander land een opwaartse correctie geschiedt.
- Logische bepaling maar aanleiding tot een rulingpraktijk: excess profit rulings: grote ondernemingen gingen naar rulingdiensten om aan te tonen dat ze synergetische effecten had door het feit dat ze in groep handelden en daardoor winsten had die ze anders nooit zou kunnen hebben gehad.
- Bv. centraliserende functionaliteit leidt tot meer-winsten die afzonderlijk nooit zou werken (voorbeeld leer-aankopen in groep).
- In de ideale wereld zou dit voordeel van het groepseffect uiteindelijk verrekend worden, gealloceerd aan alle leden van de groep in de mate dat zij hebben bijgedragen aan het creëren van de synergie maar in de praktijk:
- Ik zou deze winst niet alleen hebben kunnen verwezenlijken en dus wij gaan een regeling treffen hoe dit belast moet worden want zou in feit eigenlijk in het buitenland belast moeten worden en België zou moeten vrijstellen.
- Maar: dat was een vrijstelling ex ante: zonder dat die Belgische vennootschap moest aantonen dat deze winst effectief in winsten van buitenlandse entiteiten was opgenomen:
Daar zijn redenen voor, om dat te verdedigen op grond van het openbare orde karakter kan de Belg de eigen vrijstelling nooit laten afhangen van gedragingen van de buitenlandse fiscus. En ze zijn dat allemaal aan het bepleiten nu voor het Europese hof van justitie in het kader van staatssteun regeling, want België kende dus eenzijdig een vrijstelling toe zonder dat men moest bewijzen dat wat in België was vrijgesteld inderdaad een opwaartse correctie in Spanje, Italië, Duitsland, Nederland of waar dan ook met zich meebracht.
Dat was dus een correlatieve neerwaartse correctie maar dat correlatieve was puur ex ante, zonder dat u moest bewijzen dat het tegendeel zich bevond en dit is aangevochten voor de Europese commissie op basis van de staatssteun regeling.
* Eerst heeft België gewonnen maar nu Europese Commissie vindt nog steeds dat dit staatssteun is = nu is de neerwaartse correctie geschrapt.
Wat is overdracht naar branches?
- Tweede winsttoevoeging: exit tax: artikel 185/1: als u activa heeft in België voor uw beroepswerkzaamheid en u gaat een aantal van die activa overdragn aan uw vestiging in Parijs = permanent establishment:
- Frankrijk gaat dit belasten en dus deze activa hebben de Belgische werkingssfeer verlaten (45 wafelkramen), maar die staan nog steeds op de Belgische balans.
- Belgische fiscus: de overdracht wordt fiscaal behandeld als een deemed realisation = hypothetische, fictieve realisatie en men gaat fiscaal doen alsof die verkocht werden aan branche terwijl ik in de juridische wereld helemaal niets kan verkopen aan mijn branche want het is 1 vennootschap.
- Toebedelen van activa aan een buitenlandse vaste inrichting = fiscale realisatie en als er een meerwaarde wordt vastgesteld (verschil marktwaarde en wat er in de boeken staat): belastbaar via art. 185/1
Wat is de fiscale motivering om een dochtervennootschap op te richten of simpelweg een Franse branch?
- Verschil is uiterst beperkt:
- Bij opstarten van activiteit:
- Branch: activa overdragen: art. 185/1 = fictieve realisatie en ik moet afrekenen.
- Dochtervennootschap: werkelijke realisatie en ik moet afrekenen op de latente meerwaarde
- Activa terugbreng:
- Branche: fictieve overdracht naar het hoofdhuis
- Dochtervennootschap: realisatie bij de dochter waar meerwaarde belast wordt en hetzelfde
- Going concern: de winsten jaar na jaar:
- Branch: Franse winst is in België belastbaar en dan zijn de inkomsten vrijgesteld op het niveau van hoofdhuis in België
- Dochtervennootschap: winst van de dochtervennootschap en dan wordt dat als een dividend uitgekeerd naar België en dus vrijstelling
Wat is de fiscale motivering om een dochtervennootschap op te richten of simpelweg een Franse branch? 2 nuances?
- De vrijstelling in geval van een Franse branch, die is er selchts indien de branche gevestigd is in een verdragsland = niet in bv. Congo.
- Ook is in België vrijgestelde bedrag = bedrag van de Franse winst herberekend volgens de regels van Belgische inkomstenbelastingen:
- Het is dus perfect mogelijk dat bepaalde elementen in Frankrijk aftrekbaar zijn die in België niet aftrekbaar zijn, zodat door deze hogere aftrek in Frankrijk, de Franse winst die daar belast wordt kleiner is dan de Belgische winst die toegerekend naar Frankrijk, die groter is want minder aftrekken en ik heb dus een vrijstelling in België die groter is dan het bedrag waar ik in Frankrijk belasting op heb betaald.
- Omgekeerd kan ook: het kan zijn dat Frankrijk bepaalde aftrekposten verwerpt die België wel aanvaard en dan is het bedrag aan Franse winst dat de Franse gaan belasten, groter dan het bedrag aan Franse winst dat in België wordt vrijgesteld. Dus bij branche exemptions hebben we altijd zo dat dat verschil in berekeningsregels. Ook bij de vrijgestelde winst van een buitenlandse dochter een kleine kanttekening cfc, in extreme omstandigheden kijkt men door de dochter heen maar dat is voor later en zeer uitzonderlijk.
Wat is de vergelijking tussen branche en dochtervennootschap als die verliezen maakt?
- Via de nieuwe regel: branchverlies is niet aftrekbaar jaar na jaar, het branch verlies is enkel aftrekbaar in België op het moment dat het definitief is en niet meer op het niveau van het buitenland kan gebruikt worden, meestal bij het sluiten, bij de beëindiging van de branch.
- Dat is dus verrassend gelijkaardig met de situatie van een dochtervennootschap. De verliezen van de dochtervennootschap dat zijn niet mijn verliezen, dat zijn niet de verliezen van de moedervennootschap. Dat zijn de verliezen van de dochtervennootschap. Dus deze verliezen van de dochtervennootschap die zijn enkel aftrekbaar bij de dochtervennootschappen en daar overdraagbaar naar de volgende tijdperken.
- Tenzij, ik overga tot de liquidatie van deze dochtervennootschap, ontbinding en vereffening dan wordt dit verlies van de dochter indirect wel aftrekbaar in België als een liquidatieverlies op de aandelen die verdwijnen. Maar we hebben dat gezien, die aftrekbaarheid is beperkt tot de mate waarin ik minder krijg dan het kapitaal dat in de vennootschap is gestort. Dus als het kapitaal van die dochter 100 was en die krijgt 80 binnen dan is 20 aftrekbaar. Wat ook de boekwaarde was, die hoger zou kunnen zijn van die aandelen in mijn eigen boeken.
Wat met winst repatriëring tussen een branche en een dochteronderneming?
- In beide gevallen is dit vrijgesteld:
- Winst repatriëring vanuit een branche is een non-event. Dat is van mijn rekening in Parijs naar mijn rekening in België maar dat blijft gewoon op een bankrekening in de balans, dat heeft geen enkel effect.
- Een winstuitkering vanuit de dochtervennootschap is een dividend en dit is 100% vrijgesteld
Welke keuze wordt er in de praktijk gemaakt tussen een branche en een dochtervenootschap?
- Die keuze tussen branche en dochtervennootschap is eigenlijk nauwelijks fiscaal geïnspireerd: in de praktijk quasi iedereen via dochters in het buitenland.
- Om die mismatch tussen in het buitenland belastbare bedrag van de branch profits en het in België vrijgestelde bedrag te vermijden.
- Uitzondering: Banken en verzekeraars:
- Werken altijd via een branch omdat die hun eigen vermogen hun werkinstrument is en ze kunnen het zich niet permitteren om dit op te splitsen. Ze willen dit dus maximaliseren door in alle landen al het eigen vermogen op 1 balans samen te houden.
Wat is een mismatch?
- Situatie die in een land zus wordt bekeken en land B anders, waardoor er een andere fiscale behandeling ontstaat in land A tegenover land B en men heeft dus een aftrek in land A en vrijstelling in land B, aarbij dus eenzelfde betaling 2x wordt afgetrokken
- Of waarbij land A zegt: jij hebt een vaste inrichting bij land B waardoor er in geen enkele jurisdictie belasting wordt geheven.
- Al dat soort planningsschema’s wil men onderuit halen door regelgeving ATADII dat in België verplichtend is overgenomen:
- Men gaat dus een hele reeks bepalingen hebben die trachten te vermijden dat een verrichting leidt ofwel dus tot een fiscale aftrek in 2 landen ofwel tot aftrek in het ene land en toch een vrijstelling van de inkomstenstroom in het andere land.