Wet en regelgeving Flashcards

1
Q

Een standaard recept bevat de volgens elementen:

A
  1. Pt gegevens: naam, geslacht + geboortedatum + adres
  2. Arts gegevens: naam, liefste nog + adres en tel.
  3. Recipe (R/) - naam en sterkte geneesmiddel
  4. Hoeveelheid mee te geven e.g. dtd no XX
  5. Scribere (S/) - gebruik van het geneesmiddel
  6. Vermelding afwijkende nierfunctie (indien eGFR < 50)
  7. Indicatie medicatie indien geneesmiddel op wettelijke lijst van 23 middelen staat, voor FTE = carbamazepine, fluconazole, methotrexaat en rifampicine
  8. Paraaf + datum
    dtd = da tales doses = geef zodanige dosis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Standaard opbouw recept

A
  1. Eerste regel = Recipe (R/) en bevat: stofnaam + sterkte
    e. g. R/ paracetamol 500 mg
  2. Tweede regel geeft aan welke toedieningsvorm (e.g. tablet, capsules) afgeleverd moet worden en in welk aantal, noteer dit als ‘dtd’ = da tales doses = geef zodanige hoeveelheden
    e. g. dtd tabl. no 15
  3. Derde regel = Signa (S/) en bevat: datgene wat op het etiket genoteerd dient te worden, zoals aanwijzingen omtrent inname, tijdstip van inname, kuur afmaken, geen motorvoertuigen besturen, bij niet orale middelen adviezen over toedieningsweg.
    e. g. S/ 4dd1, opgelost innemen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ieder recept van een opiaat dient aan de Opiumwet te voldoen, en dient dus aan de volgende eisen te voldoen

A
  1. Volledige adres arts, incl. telefoonnummer
  2. Datum
  3. Sterkte van het preparaat en hoeveelheid voluit in letters geschreven
  4. Maximaal één geneesmiddel per recept
  5. Herhalingen volledig uitgeschreven
  6. Maximale dagdosis hoeft niet volledig te worden uitgeschreven
  7. Volledige handtekening van de arts
  8. Alle gegevens pt: naam + volledig adres
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Een aantal geneesmiddelen beïnvloeden de rijvaardigheid en zijn daarom opgenomen in de lijst van rijgevaarlijke geneesmiddelen. Deze worden ingedeeld in drie categorieën, te weten:

A

Cat 0 - veilig voor deelname aan het verkeer

Cat 1 - weinig invloed op rijvaardigheid, vergelijkbaar met promillage van < 0,5
e.g. temazepam 20 mg, oxazepam 50 mg

Cat 2 - licht tot matig negatieve invloed, vergelijkbaar met een promillage van 0,5 tot 0,8. Pt mag bij start van het geneesmiddel niet rijden.

Cat 3 - ernstig, potentieel gevaarlijke invloed, vergelijkbaar met een promillage van > 0,8
e.g. sommige benzo’s, opiaten (incl. tramadol), sommige anti-epileptica, sommige antihistaminica (clementine), TCA’s en sommige antipsychotica.
Pt mag pas autorijden na staken van het geneesmiddel of als de bijwerkingen enige tijd minder zijn geworden (afh.v. het middel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Risicomedicatie

A
  1. Benzodiazepinen: temazepam, oxazepam
  2. opiaten: morfine, tramadol
  3. TCA’s
  4. Anti-epileptica
  5. Antipsychotica
  6. Antihistaminica - clemastine
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Plichten voor een arts in het kader WGBO m.b.t. verkeersdeelname

A

De hulpverlener (arts) dient de pt op een duidelijke wijze in te lichten over de voorgestelde behandeling incl. de te verwachten gevolgen en risico’s en eventuele alternatieven. Hieronder valt dus ook invloed op reactievermogen.

Voor de pt: volgens de wegenverkeerswet is een bestuurder strafbaar als deze rijdt onder invloed van een middel waarvan hij weet of redelijkerwijs had moeten weten dat zijn rijvaardigheid erdoor verminderd kan worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly