Week 7 - Het strafrechtelijk bewijsrecht Flashcards

1
Q

Welke vragen dienen beantwoord te worden om tot een bewezenverklaring te komen?

A
  1. Is er bewijsmateriaal voor het tenalstegelegde?
  2. Is het bewijsmateriaal betrouwbaar?
  3. Zijn er voldoende bewijsmiddelen om tot een bewezenverklaring te komen? Elk onderdeel uit de tenlastelegging dient door ten minste 1 bewijsmiddel te worden gedekt. De bewezenverklaring als geheel dient aan de bewijsminimumregels te voldoen.
  4. Is de rechter op basis van het wettige bewijsmateriaal overtuigd dat de verdachte het tenlaste gelegde feit heeft begaan?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke vormen van bewijs kennen we?

A

Art. 340-344 Sv
1. Eigen waarneming van de rechter.
2. Verklaring van de verdachte.
3. Verklaring van de getuige.
4. Verklaring van een deskundige.
5. Schriftelijk bescheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Aan de bewezenverklaring als geheel dient meer dan één bewijsmiddel ten grondslag te liggen. Wat is de ratio van deze en andere wettelijke bewijsminimumregels?

A
  1. Het bevorderen van de materiële waarheidsvinding.
  2. Eerlijk proces. Wanneer voor een veroordeling meer nodig is dan een verklaring van een verdachte of een getuige, voorkomt dit pressie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Feiten van algemene bekendheid behoeven geen bewijs (art. 339 lid 2 Sv). Wat zijn feiten van algemene bekendheid?

A

Feiten van algemene bekendheid zijn gegevens die ieder van de rechtstreeks bij het geding betrokkenen geacht moet worden te kennen of die noemenswaardige moeite uit algemeen toegankelijke bronnen kan achterhalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe zeker dient de rechter te zijn voor een bewezenverklaring?

A

Het beginsel van In dubio pro reo geldt. Op grond hiervan dient de rechter de verdachte in geval van twijfel vrij te spreken. De rechter dient namelijk overtuigd te zijn (art. 338 Sv).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe wordt de kwaliteit van een bewijsmiddel bepaald?

A

De wetgever zwijgt op dit punt en laat dit volledig over aan de rechter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Zijn de auditiu verklaringen wettig bewijs?

A

Ja, in 1926 heeft de Hoge Raad dat de auditu verklaringen (verklaringen van horen zeggen) toelaatbaar zijn als bewijs.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat houdt de unus testis nullus testis regel in?

A

Art. 342 lid 2 Sv
Eén getuige is geen getuige. Dit geldt voor zowel verklaringen ter terechtzitting (art. 342 lid 1 Sv) als voor schriftelijke getuigenverklaringen (art. 344 lid 1 Sv).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer voldoet een verklaring aan het bewijsminimum?

A

Indien deze voldoende steun vindt in andere bewijsmiddelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer vindt een bewijsmateriaal voldoende steun in andere bewijsmaterialen?

A

Dit dient per concreet geval beoordeeld te worden. De andere bewijsmaterialen dienen de verklaring voldoende te ondersteunen en afkomstig zijn van een onafhankelijke derde. Voldoende steun kan niet uitsluitend gevonden worden in onderbouwing van de betrouwbaarheid van de verklaring (HR Unus testis, nullus testis).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

In bepaalde omstandigheden kan het zijn dat een getuige gehoord moet worden. Dit kan bij de politie of bij de RC. Wat is het verschil?

A
  1. Bij de RC gelden bepaalde rechten en plichten welke bij de politie niet gelden (art. 201-226s Sv)
  2. Bij de RC kan de verklaring onder ede afgelegd worden.
  3. Bij de RC kunnen de verdachte en diens raadsman aanwezig zijn. Bij de politie is dit zelden.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het ondervragingsrecht?

A

Art. 6 lid 3 sub d EVRM
Op grond van het EVRM dienen getuigen à charge ter zitting ondervraagd te worden. In Nederland is dit vaker uitzondering dan regel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar is het ondervragingsrecht voor van belang?

A

Het ondervragingsrecht biedt de mogelijkheid om:
- door eigen vragen de juistheid c.q. volledigheid van de eerdere vastlegging te toetsen
- het stellen van aanvullende vragen aan oorspronkelijke getuigen
- getuige te confronteren met bewijs
- eigen indruk van de getuige te vormen
- getuige te laten beëdigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe verhoudt het Nederlandse strafproces zich met art. 6 lid 3 sub d EVRM?

A

De ondervraging van getuigen op zitting is volgens het EVRM de hoofdregel. In het Nederlandse strafproces is dit vaker een uitzondering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de essentie van het arrest EHRM Al-Khawaja and Tahery?

A

Bij de vraag of een verklaring van een getuige welke niet gehoord is door de verdediging gebruikt mag worden als bewijs dienen de volgende vragen beantwoord te worden:
1. Was er een goede reden voor het niet aanwezig zijn van de getuige?
2. Was het bewijs het enige of het beslissende bewijs voor de bewezenverklaring?
3. Indien ja op vraag 2, zijn er voldoende compenserende procedures gevolgd? Bijvoorbeeld opname van verhoor ter beschikking stellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de essentie van het arrest HR Unus testis, nullus testis?

A

Bewijsminimum
Een meisje werd seksueel misbruikt. De man wordt veroordeeld op basis van het volgende bewijs: verklaring meisje, de auditu verklaring moeder, verklaring leerkracht die gedragsverandering heeft waargenomen en verklaring verdachte dat hij ruim vier jaar in hetzelfde huis heeft gewoond. Volgens het Hof is de verklaring van het meisje betrouwbaar. Zij gaat niet in op het feit of de verklaring voldoende steun vindt in de andere bewijsmiddelen.

De Hoge Raad oordeelt dat de feitenrechter naast de betrouwbaarheid ook in moet gaan op het feit of een verklaring voldoende steun vindt in ander bewijs.

17
Q

Wat is de essentie van het arrest HR Voldoende steunbewijs?

A

Bewijsminimum
Het Hof veroordeelt de verdachte voor aanranding op basis van het volgende bewijs: verklaring aangeefster, verklaring verdachte, verklaring vriendin aangeefster en verklaring moeder aangeefster.

Volgens de Hoge Raad kon de verklaring van de aangeefster voldoende steun vinden in het overige bewijsmateriaal.

18
Q

Wat is de essentie van het arrest HR Post-Keskin?

A

Bewijs getuigen
In EHRM Keskin vs Nederland heeft het Hof geoordeeld dat art. 6 EVRM betrekking heeft op getuigen à charge en getuige à decharge. Zij oordeelt dat de verdediging bij het verzoeken tot het horen van een getuige à decharge aangegeven dient te worden waarom deze belangrijk kan zijn. In het geval van een verzoek tot het horen van een getuige à charge hoeft wordt het belang van de verdediging verondersteld.

In dit arrest heeft de Hoge Raad uitleg gegeven hoe de Keskin uitspraak van het EHRM toegepast dient te worden in de Nederlandse praktijk. Er dient een onderscheid gemaakt te worden tussen twee aspecten:
1. Hoe moeten we omgaan met de vraag van de verdediging om een getuige te horen? Er kan niet langer afgewezen worden op grond van dat het verzoek niet voldoende is onderbouwd. Bij verklaringen van getuigen à charge wordt het belang van de verdediging verondersteld, maar dit betekent niet dat elk verzoek automatisch toegewezen moet worden. Indien het horen van de getuige evident overbodig en irrelevant kan zijn, kan het verzoek worden afgewezen.

  1. Kunnen we het bewijs van een getuige die niet door de verdediging is gehoord gebruiken voor het bewijs? Hier zal getoetst moeten worden aan de eisen uit EHRM Al-Khawaja and Tahery.
19
Q

Wat is de essentie van het arrest HR Unus Testis III?

A

Bewijsminimum
Deze zaak ging over de vraag of aan het bewijsminimum was voldaan voor verkrachting. De aangeefster zou zijn bedreigd en daarna zijn verkracht. De bedreiging is slechts gebaseerd op de verklaring van de aangeefster. Het bewijs van verkrachting steunt grotendeels op de verklaring, maar steunt ook op andere bewijsmiddelen. De Hoge Raad oordeelt dat er daarom geen schending is van het unus-verbod. In principe geldt dat één getuige, geen getuige is. Daarmee wordt bedoeld dat een getuigenverklaring op zichzelf niet voldoende is om tot een bewijsminimum te komen. Als de getuigenverklaring echter steun vindt in andere bewijsmiddelen, kan de verklaring wel gebruikt worden voor het bewijs.

20
Q

Wat is de essentie van het arrest HR Steunbewijs en bewijsminimum?

A

Bewijsminimum
Geoordeeld wordt dat, om aan de bewijsminimumregel van art. 342 lid 2 Sv te voldoen, sprake moet zijn van steunbewijs dat het overige bewijs in voldoende mate steunt. De beoordeling vergt een case-by-case benadering, nu dit zich niet in algemene zin laat beantwoorden. De HR formuleert in dit arrest dus geen zelfstandige rechtsregel, maar biedt slechts iets meer duidelijkheid en houvast door te oordelen dat men in concrete gevallen moet besluiten of aan de bewijsminimumregel wordt voldaan.