Week 4 - Deelneming (en Daderschap) Flashcards
Deelnemingsvormen + voorwaarden
= het uitbreiden van de strafrechtelijke aansprakelijkheid
- Alleen in het geschreven recht ➞ art 1 Sr
- Geldt voor alle delicten ➞ boek 1 Sr
- Duidelijkheid (moet weten wanneer het wordt uitgebreid)
- Vasthouden aan structuur van het strafbare feit ➞ moet ook sprake zijn van ‘uitwendig gedrag en ‘inwendig verwijtbaarheid’
Dader (+ deelneming)
➞ art 47 Sr
- pleger
- doen-pleger (deelnemer)
- medeplegen (deelnemer)
- uitlokker (deelnemer)
Pleger
Het door een individu volledig vervullen van alle bestanddelen van het delict
Uitlokking
De uitlokker weet een ander te bewegen tot het begaan van een strafbare feit, zonder dat diegene op voorhand enige intentie had om een strafbaar feit te begaan (de persoon heeft het alleen gedaan omdat hij hem uitlokt).
➞ beide partijen zijn hier strafbaar
- hoeft niet nauw en bewust betrokken te zijn bij het uitvoeren van het strafbare feit
uitlokkingsmiddelen
- moet sprake zijn van dubbel opzet ➞ opzet hebben op het aanzetten van een ander
- Delictsopzet ➞ een specifiek feit
Doen-plegen
De doen pleger neemt zelf het initiatief tot het plegen van een strafbaar feit en beweegt een ander zonder diens medeweten om dat feit te plegen
Gebruikt een straffeloze tussenpersoon om het doel te bereiken ➞ denk aan het melk en water arrest
➞ er is hier sprake van een middellijke dader, en een onmiddellijke dader die niet strafbaar is
Middellijke- en onmiddellijke dader
Middellijke dader = degene die uitlokt
Onmiddellijke dader = degene die het strafbare feit pleegt
Medeplegen
➞ dit is de meest voorkomende vorm van deelnemen
Er is sprake van medeplegen wanneer twee of meer personen bewust en nauwe samenwerken bij het begaan van een strafbare feit
- bijdrage als medepleger moet substantieel zijn (dit hoeft niet fysiek te zijn zoals we ook zien in het HR Containerdiefstal arrest)
- dubbel opzet
- het moet ook daadwerkelijk worden uitgevoerd
Medeplichtigheid
Art 48 Sr
= opzettelijk een ander behulpzaam zijn ➞ bij (tijdens) of tot (vooraf)
twee vormen van medeplichtigheid
1. Lid 1 ➞ simultane medeplichtigheid (behulpzaam bij)
2. Lid 2 ➞ consecutieve medeplichtigheid (behulpzaam tot)
criteria medeplichtigheid
1. Het grondfeit moet een misdrijf zijn
2. Hert moet gaan om het behulpzaam zijn bij of tot
3. De eis van dubbel opzet (op het medeplichtigheid zelf en op het grondfeit)
*deze vorm is de minder ernstige vorm van daderschap en word ook minder streng gestraft (art 49 Sr) ➞ 1/3e eraf
Verschillen tussen doen plegen en uitlokking
- Bij doen plegen blijft de onmiddellijke dader straffeloos
- Bij het doen plegen zal de feitelijke pleger doorgaans niet weten dat hij een strafbaar feit pleegt, bij uitlokking weet hij dit wel
- Doen plegen kan ‘vormvrij’ plaatsvinden
Verschil tussen uitlokking en medeplichtigheid
De uitlokker verrijdt geen uitvoeringshandeling en is aanstichter van het feit
medeplegen vereisten + strafbare feit
vereisten:
- bewuste en nauwe samenwerking
- dubbel opzet (opzet op het grondfeit)
- accessoriteit (het moet echt gepleegd zijn)
strafbaar feit:
- misdrijven en overtredingen ➞ zelfde straf als dader want er zijn ongeveer gelijkwaardige rollen
medeplichtigheid vereisten + strafbaar feit
vereisten:
- behulpzaam zijn bij (tijdens) of tot (vooraf)
- misdrijven
- dubbel opzet
- accessoriteit ( het moet echt gepleegd zijn)
strafbaar feit:
- misdrijven (zie art 48 en 52 Sr)
- 1/3e minderheid van dader ➞ want een ondergeschikte rol
doen-plegen vereisten + strafbaar feit
vereisten:
- causaliteit
- pleger is straffeloos (straffeloze tussenpersoon ➞ dit kan door een schulduitsluitingsgrond)
- dubbel opzet
- accessoriteit (het moet echt gepleegd zijn)
strafbaar feit
- misdrijven en overtredingen
- dader kan de strafmax krijgen
- de initaitiefnemer = doen-pleger
uitlokking voorwaarden + strafbaar feit
voorwaarden:
- causaliteit
- pleger strafbaar
- uitlokkingsmiddelen (art 47 lid 1 sub 2 Sr)
- dubbel opzet
- accessoriteit (het moet echt zijn gepleegd)
strafbaar feit:
- misdrijven en overtredingen
- dader = strafmax
- uitlokker = initiatiefnemer
Arrest melk en water
➞ doen-plegen en nieuwe schulduitsluitingsgrond
De knecht had verdunde melk verkocht, zonder dat hij hiervan wist. De knecht was daarom een straffeloze tussenpersoon, en de boer de doen-pleger
Schulduitsluitingsgrond = afwezigheid van alle schuld (AVAS)