Week 10 - Bewijs Flashcards

1
Q

Bewijzen

A

➞ art 338 t/m 344a Sv

Bewijzen = het aantonen of vaststellen dat in redelijkheid niet kan worden getwijfeld aan de juistheid van het verwijt dat aan de verachte wordt gemaakt
- hoge eisen worden hieraan gesteld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Rechterlijke waarderingsvrijheid

A

De rechter is vrij in de selectie en waardering van het bewijsmateriaal
- hij hoeft niet ui te leggen hoe veel gewicht hij op een getuige legt en waarom hij de ene gelooft en de ander niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wie heeft de taak om genoeg bewijs aan te dragen?

A

Het OM

Het OM legt het tenlastelegging vast waaraan de rechter gebonden is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Negatief-wettelijk bewijsstelsel

A

➞ art 338 Sv
Gaat om de vraag of de verdachte het feit heeft begaan

eisen:
1. Wettelijk: bewijs mag alleen worden gegeven door middel van de opsomming van art 339 Sv
2. Negatief: rechter moet overtuigd zijn van het bewijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Onmiddelijkheidsbeginsel

A

Rechter mag in bepaalde zin rekening houden met wat aan de orde is gesteld
➞ alleen informatie tijdens de zitting aan de orde is gekomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Opsomming van de bewijsmiddelen

A

➞ art 339 Sv

  1. Eigen waarneming van de rechter (art 340 Sv)
  2. De verklaring van de verdachte (art 341 SV)
  3. De verklaring van de getuige (art 342 Sv)
  4. De verklaring van een deskundige (art 343 Sv)
  5. Schriftelijk bescheiden (art 344 Sv)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Eigen waarneming van de rechter (bewijsmiddel)

A

Art 340 Sv

  • moet tijdens de terechtzitting worden gedaan
  • dit kan gaan om video / foto beelden of het bekijken van een plaats buiten de zitting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

De verklaring van de verdachte (bewijsmiddel)

A

➞ art 341 SV

  • afgelegd ter terechtzitting
  • verklaringen moeten niet gedenatureerd worden: dat de rechter een andere betekenis geeft dan wat de verdachte bedoelde (lid 4)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

De verklaring van getuige (bewijsmiddel)

A

➞ art 342 Sv

  • afgelegd ter terechtzitting
  • eigen waarneming van getuige + van horen-zeggen
  • een getuige is niet genoeg voor bewijs, tenzij het een opsporingsambtenaar is (art 342 lid 2 en 344 lid 2 Sv)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

De verklaring van een deskundige (bewijsmiddel)

A

➞ art 343 Sv

  • afgelegd ter terechtzitting
  • schriftelijk verslag doen aan de rechter over het wetenschappelijk oordeel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Schriftelijk bescheiden (bewijsmiddel)

A

➞ art 344 Sv

  • niet afgelegd ter terechtzitting
  • voorafgaand door de politie verzameld en in het dossier geplaatst
  • getuige hier hoeven niet te worden beëdigd ➞ auditu verklaringen (getuige bij de politie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bewijsmiddel (hoofdregel + uitzondering)

A

hoofdregel = een bewezenverklaring vereist minimaal twee bewijsmiddelen uit een andere bron

uitzondering op hoofdregel = als de polite zelf iets heeft waargemaakt
- hij moet vaststellen wat hij op heterdaad heeft waargenomen op het proces-verbaal van bevindingen
- art 344 lid 2 Sv

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Voldoende steun (verklaring)

A

Er moet voldoende steun zin voor de belastende verklaringen
- je kijkt naar de relatie tussen de getuigenverklaring en het overige bewijsmateriaal_ ➞ het moet niet te ver van elkaar verwijderd zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Schop in de buik-arrest

A

➞ was er voldoende bewijsmateriaal?

Art 342 lid 2 Sv kan niet aan voldaan zijn want het is niet voldoende om te kijken naar de hoeveelheid bewijsmiddelen, maar gaat erom of de verklaring van de buurman voldoende steun heeft op de verklaring van de aangeefster

Hoge Raad is van oordeel dat er sprake is van voldoende steunbewijs want het slachtoffer stond niet alleen huilend, maar ook verkrampt met handen over de buik bij de buurman ➞ de buurman doet ook een eigen waarneming

Het zat er hier tussenin, want er was:
A. De waarneming van letsel (voldoende bewijsmateriaal)
B. De waarnemingen van emoties (onvoldoende bewijsmateriaal)

verklaring van getuige over psychische overmacht en fysieke gesteldheid van slachtoffer vlak na het feit kan voldoende steun opleveren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Gevallen met onvoldoende steunbewijs

A
  • bewijs uit dezelfde bron
  • verklaringen over emotie sof gedragsveranderingen
  • enkele aanwezigheid van verdachte op plaatst van het delict (in beginsel)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Gevallen met voldoende steunbewijs

A
  • het waarnemen van letsel
  • steunbewijs dat iets zegt over de betrouwbaarheid van de verklaring
17
Q

Functies (redenen) van de dagvaarding - gericht op de verdachte

A

1. Beschuldiging: je moet weten waarvan je beschuldigd word ➞ dan kan je pas goed verdedigd worden
2. Oproeping: je moet weten wanneer, hoe laat en voor welke rechter je moet zijn (je hebt het recht om aanwezig te zijn en de gelegenheid hebben om daarbij te zijn)
3. Persoonsaanduiding: pin pointen wie de verdachte is (er bestaat geen verwarming meer over)
4. Informatie functie: bevat ook de rechten de je hebt als verdachte