week 2 vo's

Question 1

ovarium schors

Answer 1

primordiale follikels: aantal neemt af naarmate ouder
primaire follikels
secundaire
Graafse (tertiaire)
atretische follikels:

Question 2

ovarium grootte

Answer 2

4 cm

Question 3

met welke cellen is het ovarium bekleed

Answer 3

1 cellaag dik mesotheel van het peritoneum
hieronder bevindt zich een dunne laag bindweefsel, de tunica albuginea. deze laag heeft relatief veel vezels en parallel aan het ovarium gerangschikte cellen (fibroblasten).

Question 4

leg de rijpingsstadia van oöcyten en follikels uit

Answer 4

1. primordiale follikel: 1 platte laag follikelcellen omgeeft de primaire oöcyt, hij wordt ronder en follikelcellen differentiëren tot granulosacellen.
2. primaire follikel (unilamellair stadium): primaire oöcyt is omgeven door 1 laag kubische granulosacellen, zona pellucida ontstaat tussen eicel en granulosacellen. (=gespecialiseerd glycoproteïne laagje dat zorgt voor voedseltransport naar het ei).
3. primaire follikel (multilamellair stadium): er ontstaan steeds meer lagen granulosacellen door proliferatie
4. secundaire follikel: ontstaan vochtcollecties tussen granulosacellen, vocht versmelt en wordt 1 grote holte, het antrum. er zijn 2 lagen van stroma (bindweefsel): theca interna en theca externa cellen aan de buitenzijde van de follikel.
5. Graafse follikel (rijpe/tertiaire): eicel omgeven door granulosacellen ligt op een heuveltje (cumulus oophorus) in het antrum, uitgerijpt tot Graafse follikel.
6. atretische follikel: de follikels die niet uitrijpen tot Graafse follikel worden atretische follikels. er is maar 1 graafse follikel elke ovulatie.

Question 5

wat doen thecacellen en granulosacellen

Answer 5

thecacellen maken androsteendion oiv. LH

granulosacellen zetten androsteendion om in oestradiol oiv. FSH, door aromatase te maken.

Question 6

wat is de eisprong

Answer 6

de Graafse follikel drukt tegen de wand van het ovarium en barst er op een gegeven moment doorheen. Na ovulatie, waarbij eicel met enkele granulosacellen (corona radiata) door het oppervlak van het ovarium uit de follikel wordt gestoten, blijft de follikel over als corpus luteum.

Question 7

wat is atresie en wat gebeurt hier

Answer 7

atresie is de degeneratie van de atretische follikels (niet uitgerijpt).

proces:
1. granulosacellen komen los van theca interna
2. pyknotische kernen ontstaat in granulosacellen
3. deze pyknotische kernen verplaatsen zich naar het antrum
4. tussen granulosacellen komen fibroblasten te liggen
5. ontstaat bindweefselvorming.

Question 8

van welke hormonen is het proces van uitrijping afhankelijk

Answer 8

primordiale follikels onafhankelijk
secundaire follikels afhankelijk van LH en FSH

Question 9

corpus luteum en welke cellen

Answer 9

bestaat voornamelijk uit cholesterol.

tijdens zwangerschap: corpus luteum graviditatis. wand van Graafse follikel dan naar binnen gevouwen, waardoor corpus luteum sterk geplooid.

cellen:
- geluteïniseerde granulosacellen: groter, produceren progesteron en inhibine A
- geluteïniseerde thecacellen: ronder, produceren ook progesteron
- oorspronkelijk follikelcentrum is gevuld met vocht en bloed en bevindt zich tussen de plooiingen.

Question 10

wat is luteïnisatie

Answer 10

proces van verandering dat plaatsvindt oiv. LH.

Question 11

wat is corpus albicans

Answer 11

als geen bevruchting plaatsvind veranderd corpus luteum na 10 dagen in corpus albicans. dit is de verbindweefselde vorm (witte lichaam).

Question 12

waarvoor is AMH een marker

Answer 12

anti-mullerian hormoon is een marker voor ovariumfunctie voor de menopauze.

geproduceerd door primaire follikels en kleine secundaire follikels.
oiv. FSH stoppen follikels met productie van AMH.
naarmate ouder dus minder serum AMH.