week 2, HC.2 - DNA schade en reparatie: deel 2 Flashcards
wanneer word de complementaire DNA streng gebruikt als template
als de fout maar intrastreng is. zoals bij
- mismatsch
- intrastreng crosslinks
- enkelstrengs DNA Breuken
wanneer word de zusterchromatide of homologe chromosoon gebruikt als template
dubbelstreng breuk
interstreng DNA crosslink
welke 3 DNA schde reparatiemechanismen bestaan er
Base Excisie reparatie
- herstel van kleine addcuten
nucleotide exisie reparatie
- herstel van grote adducten (UV)
niet-homologe DNA eind verbinding en homologe recombinatie
- herstel van dubbelstrengs DNA breuken
wat zijn twee grote verschillen bij de niet-homologe DNA eindverbinding en de homologe recombinatie
NHDE –> onnauwkeurig
- direct aan elkaar ligeren van twee DNA uiteinden van de breuk
- geen template
HR –> nauwkeurig
- uitwisseling van DNA tussen de strengen tussen DNA moleculen
- gebruikt voornamelijk de zusterchromatide
hoe werkt de niet-homologe DNA eindverbinding
- herkenning van de breuk
- ligeren van de twee uiteinden
waarom bestaat niet-homologe DNA eindverbinding reparatie als dit onnauwkeurig is
nodig voor variatie in antilichamen
een b-cel specifiek eiwit introduceert DNA dubbelstrengs breuken
door niet-homologe DNA eindverbinding word dit gereparaart
omdat dit niet specifiek is er meer variatie in antilichamen
waarom kan de homologe DNA reperatie alleen in de S-fase of G-fase plaatsvinden
hiervoor is een zusterchromatiden nodig. Die is alleen aanwezig in deze fase
Wat is de funtie van RAD51
RAD51 eiwitmoleculen vormen een filament op de enkelstrengs staart op de breuk.
- beter baseparen tussen gebroken en intacte zusterchromatide
- BRCA1/2 zijn belangrijk voor het herstel
wat zijn fouten die op kunnen treden bij NHEJ
interne chromosomale deletie
translocatie (want geen template)