week 10 Hoorcollege 1 t/m 4 Flashcards
Welke vormen van artritis zijn er?
- reumatoïde artritis
- bacteriële artritis
- jicht, pseudojicht
- (post)virale artritis/reactieve artritis
- systeemziekten zoals SLE of syndroom van Sjörgen
- tuberculose
- spondylartropathieën, axiaal of perifeer
–> in werkelijkheid nog meer dingen
Wat is de epidemiologie van gewrichtsklachten?
Prevalentie neemt toe terwijl de incidentie ong. gelijk blijft –> te verklaren door de vergrijzing
- artrose is meest voorkomend
- per jaar zo’n 400 patiënten bij de huisarts met klachten van het bewegingsapparaat, 8 hiervan hebben artritis (niet alles is dan reumatoïde artritis) –> overig door trauma, voerbelasting, artrose, fibromyalgie of chronisch pijnsyndroom
Wat is een belangrijk punt in de diagnostiek van aandoeningen aan het bewegingsapparaat?
Onderscheid maken tussen een inflammatoire aandoening en een niet-inflammatoire aandoening (degeneratieve gewrichtspijn)
Welke symptomen zijn passend bij een inflammatoire aandoening van het bewegingsapparaat?
- Ochtendstijfheid (>60 min)
- Pijn wordt minder bij beweging
- Nachtelijke pijn
- ontstekingskenmerken: rubor, calor, dolor en tumor
- Zwelling gewrichtskapsel
- Zowel een actieve als passieve beperkte beweging
Welke symptomen zijn passend bij een niet-inflammatoire aandoening van het bewegingsapparaat?
- Pijn treedt met name op in de avond en bij bewegen
- Alleen een actieve bewegingsbeperking
- Benige verdikking
- Geen roodheid
- Ochtendstijfheid duurt korter dan 45 minuten
Hoe maak je onderscheid tussen een articulaire en een peri-articulaire artritis?
bevindt de afwijking zich binnen of buiten het gewricht?
- isometrische test: pezen, slijmbeurzen, aanhechtingen en spieren worden getest. Patiënt moet de hand strekken tegen weerstand bij testen op tenniselleboog
Wat zijn eigenschappen van een peri-articulaire afwijking?
- Vaak een groter gebied, verloop van de pees, bursa of spier
- Vaak alleen pijn in een bepaalde beweegrichting
- Actief pijnlijk, passief niet pijnlijk
- Bij bursitis meeste pijn in buigstand
- Isometrisch testen
Wat zijn eigenschappen van een articulaire afwijking?
- Zwelling/pijn beperkt tot het gebied van de gwrichtskapsel
- Bewegingen in alle richtingen beperkt
- Actief en passief pijnlijk
- Pijnlijk, vooral in volledige strekstand
Hoe maak je onderscheid tussen een acute en chronische artritis?
- chronisch vanaf 6 weken tot 3 maanden, maar in de praktijk vooral gekeken naar het beloop, het begint niet altijd met een acute artritis
- chronische artritis geeft wel zwelling maar is zelden rood of extreem warm. Diagnose geschiedt op basis van het symptomencomplex, lab, röntgenfoto’s en het beloop
- Diagnose van en acute artritis vindt plaats mbv een gewrichtspunctie
Hoe maak je onderscheid tussen een mono-articulair, oligo-articulair of poly-articulair artritis?
- mono-articulair: 1 gewricht aangedaan, DD is septische artritis (meestal knie), jicht en pseudojicht (25%)
- oligo-articulair: 2-5 gewrichten aangedaan, DD is spondylartropathie, SLE, gonokokken, pseudojicht, sarcoïdose, polymyalgia rheumatica (PMR)
- poly-articulair: >5 gewrichten aangedaan, DD is reumatoïde artritis, viraal en artrose
Wat zijn de kenmerken van Spondylartropathie (SpA)?
asymmetrisch, vaak ik DIP-/PIP-gewrichten, knie, voet en rug, vaak extra-articulaire manifestaties
Wat zijn de kenmerken van SLE?
systemisch, vaak in PIP-gewrichten en de knie, extra-articulaire manifestaties en non-erosief
Wat zijn de kenmerken van Gonokokken artritis?
vaker in enkel en knie
Wat zijn de kenmerken van jicht?
metatarsofalangeaal gewricht 1 (MTP1) (grote teen), enkel en tenen
Wat zijn de kenmerken van Pseudojicht?
25% van mono-articulair, vaak in de knie, pols, enkel en vinger
wat zijn de kenmerken van Sarcoïdose?
symmetrisch, vaak in de enkel en knie
Wat zijn de kenmerken van polymyalgia rheumatica (PMR)?
bij 25%, asymmetrisch, in de knie en pols
wat zijn de kenmerken van Reumatoïde artristis (RA)?
symmetrisch, vaak in PIP-gewrichten, metacarpofalangeaal gewricht (MCP), pols en MTP
Wat zijn de kenmerken van virale artritis?
PIP-gewrichten, MCP, knie en enkel
Wat zijn de kenmerken van artrose?
DIP-/PIP-gewrichten, CMC1, knie, heup, MTP en rug
Wat is belangrijk bij de anamnese van artritis?
- beloop en aanwezigheid van andere klachten
- leeftijd, geslacht, ras, familianamnese
- voorafgaande infecties: darminfectie, SOA, tekenbeet en vooral auto-immuunfenomenen (Raynaud (MCTD), sicca (ziekte van Sjögren), UV-overgevoeligheid (Lupus), ulcera in mond of geslachtsdelen (lues, SLE, Paget))
- huidafwijkingen: psoriasis
- oogafwijkingen: uveïtis
Welk aanvullend onderzoek doe je bij artritis?
Laboratoriumonderzoek:
- BSE, CRP
- anemie (door chronische ziekte) en trombocytose
- IgM-RF (reumafactor type IgM, vooral bij RA)
- ANF (anti-nuclear factor, bijv. SLE)
- Anti-CCP (anti-cyclisch gecitrullineerd peptide, tegen lichaamseigen eiwitten)
- Gerichte diagnostiek (bijv. urinezuur bij jicht)
Röntgenonderzoek: vaak gekeken naar contouren van de gewrichten en naar specifieke afwijkingen:
- gewrichtsspleetversmalling: reumatoïde artritis, artrose
- peri-articulaire ontkalking en erosies: reumatoïde artritis
- sclerose en osteofytvorming (botuitsteeksels): artrose
- ossale jichttophi: jicht
Wat is belangrijk bij bot- en gewrichtsinfecties?
Het zijn vrij zeldzame aandoeningen maar snelle herkenning van de diagnose is nodig om ernstige complicaties te voorkomen
–> bij koorts en klachten van bewegingsapparaat moet septische artritis en osteomyelitis in de DD staan!
Welke 5 typen osteomyelitis (botontsteking) zijn er te onderscheiden en wat is een symptoom van een osteomyelitis?
Symptoom is rood en dik ledemaat, etiologisch 5 typen te onderscheiden:
- acute/hematogene osteomyelitis: >90%
- subacute of focale osteomyelitis: meestal na ongelukken (beet/scherp voorwerp), andere verwekkers mogelijk (P. aeruginosa)
- chronische osteomyelitis: berucht bij diabetische voet of onvoldoende behandelde osteomyelitis
- postoperatieve osteomyelitis: vaak bij oppervlakkig gelegen botdelen (sternum) typisch 1-2 weken na operatie, vaak commensalen van de huid (S. epidermis)
- neonatale osteomyelitis: vrij agressief en multifocaal van aard (meerdere plekken), snel hematogene verspreiding, andere verwekkers (naast S. aureus ook gram-negatieven), vaak eerste 4 weken van het leven