week 1 HC.10 introductie geneesmiddelonderwijs

Question 1

formules HMV, Flow orgaan en BP

Answer 1

HMV = HF x SV

BP = Cardiacoutput x R(totaal)

flow orgaan = BP x R(orgaan)

Question 2

welke twee reacties zijn er als bloeddruk daalt

Answer 2

baroreceptoren in aortaboog en a. carois vuren minder hard –> sympathicus wordt ingeschakeld (snel) Kunnen wennen

RAAS –> reninge angiotensine aldosteron systeem –> meer vasthouden vocht

Question 3

primaire en secundaire oorzaken pompvalen

Answer 3

primair
myocarditis
myocardinfarct

secundair
- drukbelasting door hoge BP
- volumebelasting door mitralis stenose bv

Question 3

primaire en secundaire oorzaken pompvalen

Answer 3

primair
myocarditis
myocardinfarct

secundair
- drukbelasting door hoge BP
- volumebelasting door mitralis stenose bv

Question 4

wat gebeurt er bij een aortaklepstenose

Answer 4

druk in LV stijgt –> Druk in aortaboog daalt –> de afterload neemt toe –> het slagvolume zal dalen waardoor de preload ook toeneemt en daarmee weer de afterload

Question 5

welke remodelering ondergaat het hart bij heftige aortastenose

Answer 5

eerst hartspierwand verdikken en als de druk dan toeneemt dilatatie

Question 6

wat gebeurt er bij een hartinfarct

Answer 6

na afsterving –> afname contractiliteit –> afname slagvolume, cardiac output en BP –> de baroreceptoren laten deze weer stijgen door activatie sympaticus

Question 7

welke vomen van decompensatie (falen) zijn er

Answer 7

neurohumorle activatie –> niet voor lang
- B-receptoren wennen –> betalklokkers voorkomen dit
- Raas activatie –> ACE-remmers remmen dit
inflammatie
remodeling