WC04 - Neutrale Regelkringen Flashcards

1
Q

Wat is een setpoint?

A

Een vooraf ingestelde waarde die moet worden gehandhaafd, bijv de bloeddruk waarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe werken de meeste regelkringen met een setpoint?

A

Met negatieve feedback.
ls er een afwijking van het setpoint wordt gedetecteerd, door specifieke sensoren, dan zorgt de reflex dat het verschil tussen streefwaarde en de gemeten waarde weer afneemt tot nul, ofwel het elimineert de prikkel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het verschil in neuronen tussen een autonome reflex en een somatische reflex?

A

Een autonome reflex maakt gebruik van visceromotorische neuronen (sympathisch dan wel parasympathisch) om klieren en niet-skeletspieren aan te sturen.
Een somatische reflex maakt gebruik van somatomotorische neuronen om skeletspieren aan te sturen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het nut van een stretch reflex?

A

Het is bedoeld om weer terug te gaan naar homeostase, naar het setpoint

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Het spierspoeltje, een propriosensor, neemt rek van de spier waar en gebruikt daarvoor de zogeheten mechanically-gated ion channels.
Wat is de wetenschappelijke naam van dit ionkanaal en waar kun je dit ionkanaal aantreffen? In de intrafusale spiervezels van het spierspoeltje of in het axon van de afferente zenuwcel dat om de intrafusale spiervezels is gewikkeld? Welke ionen stromen door dit ionkanaal?

A

Piezo 1 en 2, die reageren op iets mechanisch zoals de verandering van beweging (bijv. rek). Het laat calcium en natrium door.
Deze ionkanalen liggen in afferente zenuwen en zijn bedoeld om actiepotentialen in de synaps door te geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar is het cellichaam van het afferente neuron gelegen en waar komt dit sensorische neuron het C.Z.S. binnen? Wat voor soort neurotransmitter wordt door het afferente neuron gebruikt? Exciterend of inhiberend? Leg uit.

A

Afferente neuronen komen via de dorsale wortel binnen in het ruggenmerg. Het cellichaam van de afferente neuron ligt in de dorsale hoorn (SS) van het ruggenmerg (grijze stof).
De neurotransmitter is acetylcholine en die is exciterend. Op het moment dat er schakelneuronen tussen zitten kan het ook inhiberend zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waar in het C.Z.S. ligt het cellichaam van het zogeheten lower motorneuron (l.mn.) en waar verlaat het l.mn. het C.Z.S. Wat is de neurotransmitter van het l.mn., ofwel alpha-motorneuron?

A

De lower motorneuron ligt in de ventrale hoorn (SM) in het ruggenmerg.
De neurotransmitter is acetylcholine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wanneer tijdens het uitvoeren van een beweging een spier expres wordt verkort, dan verliest het spierspoeltje in deze spier zijn gevoeligheid voor rek.
Waardoor verliest het spierspoeltje zijn gevoeligheid en wat is het nadeel hiervan?

A

Als de spier korter wordt (bij aanspanning), dan verdwijnt de spanning op het spoeltje en zou het slap gaan hangen. Het nadeel hiervan is dat als het slap is, het dus niet gevoelig is voor trekkracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe zorgt alpha-gamma co-activatie ervoor dat een spierspoeltje zijn gevoeligheid voor rek niet verliest bij het bewust uitvoeren van bewegingen? Wat is de neurotransmitter van het gamma-motorneuron (is een l.mn.)?

A

Gamma reageert op alfa, dus hierdoor worden de uiteinde van de spierspoeltjes aangespannen en wordt het spoeltje ook korter. Zo blijft er dus spanning op het spoeltje.
De neurotransmitter is acetylcholine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Is er dan sprake van één en hetzelfde setpoint voorafgaand aan en volgend op deze beweging, of is er sprake van 2 verschillende setpoints? Leg uit

A

Er is dan sprake van 2 setpoints; je hebt per stand (per hoek van het gewricht) een setpoint. Het setpoint is dan de gewenste lengte die je op dat moment wilt hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Behalve het stabiliseren van de gevoeligheid van spierspoeltjes (middels aanpassen setpoint), kunnen gamma motorneuronen ook de gevoeligheid van de spierspoeltjes bij een bepaald setpoint verhogen/verlagen, zodat de spierspoeltjes sneller/langzamer en feller/zwakker reageren op een onverwachte verandering in de gewenste lengte van de spier.
Denk je dat de gevoeligheid van je spierspoeltjes is verhoogd of verlaagd in een wilde busrit naar de Uithof waarbij je moet staan met een rugzak op je rug?

A

De gevoeligheid is verhoogd, dus de spierspoeltjes kunnen sneller reageren op veranderingen die onverwachts plaatsvinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe kan een toename van de gevoeligheid van een spierspoeltje ervoor zorgen dat meer motorunits betrokken raken bij de rek-reflex? Ofwel, waarom worden er dan meer alpha-motorneuronen gerekruteerd?

A

Een sensorische neuron schakelt op meerdere motor neuronen.
Hoe meer rek, hoe meer actiepotentiaal in de afferente neuronen.
Er is dan negatieve feedback, want het wil continu weer terug naar het setpoint.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Leg uit hoe de bloeddruk wordt waargenomen. Waarom zal de vuurfrequentie stijgen tijdens de systole en dalen tijdens de diastole van het linkerventrikel?

A

Piezo kanaaltjes gaan openen omdat als het hart samenknijpt, bloed het vat in geduwd wordt. De wanden rekken dan uit en dan gaan de Piezo kanaaltjes open.
Bij systole wordt bloed in het vat gepompt, bij dystole is het bloed weg en valt dus de druk weg. Daarom zal het meer vuren, want dan is er rek door de bloeddruk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welk 2 craniale zenuwen (hersenzenuwen) vervoeren de viscerosensorische informatie afkomstig van de baroreceptoren naar de hersenstam?

A

De nervus glossopharyngeus en nervus vagus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

In welke kern van het C.Z.S. liggen de cellichamen van de preganglionaire parasympathische zenuwvezels? Waar in het C.Z.S. liggen de cellichamen van de preganglionaire sympathische zenuwvezels.

A

Nucleus ambiguus en inter medio laterale kern

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

De connectie tussen de viscerosensorische en de visceromotorische (=autonome) zenuwvezels wordt gelegd door inhiberende (rood) en exciterende (zwart) interneuronen in de hersenstam.
Leg uit wat er verandert aan de activiteit van de autonome zenuwvezels die het hart en de bloedvaten innerveren als de gemiddelde bloedruk stijgt en de wand van de aorta verder uitrekt.

A

Parareceptoren gaan meer vuren, wat zorgt voor een directe reactie per elke slag.
Sympatische kant wordt geïnhibeerd (dus er komt minder calcium vrij, en dus minder hard contraheren en minder vaak). Op die manier gaat de bloeddruk weer omlaag

17
Q

Welk type adrenerge receptor bevindt zich in de bloedvaten die bij de bloeddruk reflex een rol spelen?

A

Alfa 1; die zorgen voor vasoconstrictie

18
Q

Welke receptoren voor ACh en/of NE liggen in de SA-knoop en de wand van de ventrikels?

A

Parasympatisch: muscarine receptoren (acetylcholine)
Sympatisch: beta 1-receptoren (noradrenaline)

19
Q

Hoe kun je aan de grafiek zien dat er sprake is van adaptatie? Wat is in algemene zin de reden dat receptoren adaptatie vertonen?

A

Als de druk toeneemt is er meer uitrekking en dus meer baroreceptor activiteit. Bij een hele kleine verandering bij hoge bloeddruk zijn er al grote veranderingen aan de baroreceptor.
Als de bloeddruk langdurig verhoogd is zal het setpoint veranderen. De grafiek zal naar rechts verschuiven en dus aanpassen naar een hogere bloeddruk. Daar zit je dus in het steile gedeelte van de grafiek, wat dus scherpe reactie van baroreceptoren geeft

20
Q

Is de baroreflex werkzaam tijdens inspanning/stress als door verhoogde sympathische zenuwactiviteit de bloeddruk is gestegen? Met andere woorden, is er sprake van een nieuw setpoint met bijbehorend negatief feedback systeem?

A

Ja, je ziet ook hier verschuiving van de grafiek (naar boven en naar rechts), waardoor je over een grotere range een reactie krijgt. Het systeem wordt dus gevoeliger.

21
Q

Hoe kun je aan de curven in de figuur zien dat de baroreflex beter werkt tijdens inspanning en/of stress dan tijdens rust?

A

De lijn wordt steiler

22
Q

Waar leidt de activatie van nociceptieve C-vezels tot?

A

In de huid zorgt activatie van nociceptieve C-vezels altijd voor pijn, maar activatie in de luchtwegen leidt zelden tot pijn, maar wel tot een sterke drang om te hoesten en parasympathisch gemedieerde bronchoconstrictie en secretie van mucus. Wanneer ontstekingen ontstaan in de luchtwegen, dan kunnen allerlei ontstekingsmediatoren de C-vezels activeren. De C-vezels geven op hun beurt stoffen af die de ontsteking beïnvloeden/versterken. Dit alles kan ervoor zorgen dat de gevoeligheid van de C-vezels langdurig verhoogd is.

23
Q

Hoe werkt de innervatie van de luchtwegen?

A
24
Q

Wat is TRPV1 voor iets, en waarom is deze receptor zeer geschikt om de longen te bewaken?

A

De transiënte receptor potentiële kation kanaal subfamilie V lid 1 (TrpV1), ook bekend als de capsaïcine receptor en de vanilloïde receptor 1, heeft de functie van detectie en regulatie van lichaamstemperatuur. De longen zijn gevoelig, dus in de luchtwegen zijn de reflexen er om te beschermen

25
Q

De axonen van C-vezels hebben een kleine diameter en myelineschedes ontbreken. Hoe beïnvloedt dit het functioneren van de C-vezels?

A

Hierdoor hebben ze een langzamere geleiding

26
Q

Geef de naam van de viscerosensorische kern in de hersenstam en de namen van de 2 visceromotorische kernen in de hersenstam.

A

De viscerosensorische kern in de hersenstam is het NTS, en de de visceromotorische kernen in de hersenstam zijn de nucleus ambiguus en de dorsale motorkern

27
Q

Waar liggen de cellichamen van de postganglionaire parasympathische zenuwvezels? Welke neurotransmitter wordt door deze neuronen gebruikt en aan welke receptor bindt de neurotransmitter?

A

In het ganglion vlak bij de organen, dus in de wand van de trachea en longen.
De neurotransmitter hier is acetylcholine en de receptor is de muscarine receptor

28
Q

Hoe leidt de activatie van de m3Muscarine receptor tot bronchorestrictie?

A

Via het parasympatische systeem wordt acetylcholine vrijgegeven op de muscarine receptor. IP3 wordt aangemaakt door de afbraak van PLC. Dit zet calciumkanaaltjes open. Calcium gaat dan de cel in en bindt met calmoduline en gaat MLCK activeren, waardoor spieren kunnen gaan samentrekken.

29
Q

In het rechterdeel van de bovenste figuur zie je dat viscerosensorische informatie ook op spinaal niveau het C.Z.S. kan binnenkomen. De cellichamen van deze viscerosensorische neuronen liggen in de dorsale ganglia van de dorsale wortels (oranje in de figuur).
Van welk ander type neuron kun je de cellichamen ook in de dorsale ganglia vinden?

A

Van somatisch sensorische neuronen

30
Q

Welke specifieke adrenerge receptor hebben de gladde spiercellen in de longen?

A

Beta 2 receptoren

31
Q

Alhoewel er sympathische zenuwvezels naar de luchtwegen lopen, lijkt deze receptor vooral aanwezig te zijn om adrenaline uit het bloed aan zich te binden. Activatie van de receptor zorgt voor bronchodilatatie.
Let uit hoe activatie van deze adrenerge receptor kan zorgen voor bronchodilatatie.

A

De beta 2 receptor zorgt via G-eiwit dat cAMP gevormd wordt. Dit remt MLCK, waardoor spieren niet samentrekken