vocabulario 1: En la universidad Flashcards
in, op
en
de universiteit
la universidad
wat is de universiteit?
¿Qué es la universidad?
is
es (ser)
de vriend, vriendin
el amigo/ la amiga
het leslokaal
el aula
de cultuur
la cultura
het lesrooster
el horario
de sport
el deporte
het feest
la fiesta
de vereniging
la asociación
de toets, het examen
el examen
de bibliotheek
la biblioteca
de excursie, uitstapje
la excursión
het onderzoek
la investigación
voor mij
para mí
welkom
bienvenido/-a
de vakgroep
el departamento
de dienst, dienstverlening
el servicio
het mededelingenbord
el tablón de anuncios
de aankondiging
el anuncio
de studie, opleiding
los estudios
de opening vh academiejaar
la inauguración del curso académico
van
de
het aanbod
la oferta
de sportactiviteiten
las actividades de deporte
nieuw
nuevo/-a
duizenden studenten
miles de estudiantes
de introductiedag voor 1ejaarsstudenten
la feria de bienvenida
aanvragen
solicitar
het programma
el programa
de master
el máster universitario
de doctorstitel
el doctorado
dienstverlening aan studenten
los servicios al estudiante
het vrijwilligerswerk
el voluntariado
het laboratorium
el laboratorio
een paar titels
unos títulos
het oog
el ojo
let op!
¡Ojo!
het cijfer, het getal
la cifra
hebben
tener
bijna
casi
in totaal
en total
wij hebben
tenemos
de faculteit
la facultad
de onderwijsinstelling verbonden aan de universiteitt
la escuala universitaria
ongeveer, bij benadering
aproximadamente
ze hebben
tienen
de mogelijkheid
la posibilidad
kiezen
elegir
tussen
entre
de nationaliteit
la nationalidad
verschillend
diferente
ik
yo
hij/zij
él/ella
u (ev)
usted
wij, we
nosotros
jullie
vosotros
zij, ze (mv)
ellos/ellas
u (mv)
ustedes
de taaluitwisseling, de samenwerking v 2 mensen,
el tándem
het telefoonnummer
el número de teléfono
de nul
el cero
de klas
la clase
nee, geen , niet
no
het account, de rekening
la cuenta
mijn (ev)
mi
de geschiedenis
le antigüedad
de eerste dag
el primer dia
eerste
primero/-a
bent u de heer Rios?
¿Es usted el señor Rios?
zijn
ser
de heer/ de mevrouw
el señor/ la señora
ja
sí
dat ben ik
soy yo
de uitwisselingsstudent
el/la estudiante de intercambio
natuurlijk
claro
hoe gaat het met je?
¿Qué tal estás?