VERBINTENISSEN DEEL 2 Flashcards

1
Q

begrip vertegenwoordiging

A
  • Een persoon kan zich laten vertegenwoordigen; een vertegenwoordiger stelt een rechtshandeling in naam en voor rekening van zijn opdrachtgever;
  • Vertegenwoordigingsbevoegdheid kan voortvloeien uit de wet, uit een rechterlijke beslissingen of uit een overeenkomst
  • Conventionele vertegenwoordiging wordt doorgaans lastgeving genoemd
  • Lastgeving is een overeenkomst waarbij een persoon, de lastgever, aan een ander, de lasthebber, die aanvaardt, de macht geeft om een rechtshandeling in zijn naam en voor zijn rekening te verrichten
  • Een lastgevingsovereenkomst moet steeds een rechtshandeling als voorwerp hebben
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

consensueel vertegenwoordiging

A

Er hoeven geen vormvereisten te worden nageleefd; lastgeving kan blijken uit een geschrift, kan mondeling zijn overeengekomen of stilzwijgend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

omvang vertegenwoordiging

A

De opdracht en dus de lastgeving is algemeen indien deze alle zaken van de vertegenwoordigde omvat; opdracht is bijzonder als de lasthebber slechts één of meer bepaalde welomschreven rechtshandelingen mag verrichten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

einde vertegenwoordiging

A
  • Door gemeenrechtelijke beëindigingsgronden (nietigheden wegens wilsgebrek, wanprestatie, overmacht, …)
  • Ook bijzondere beëindigingsgronden: lasthebber kan eenzijdig opzeggen, lastgever kan ook opzeggen op voorwaarde dat de lastgeving niet onherroepelijk is
  • Ook bij overlijden, onbekwaamverklaring of kennelijk onvermogen van een van de partijen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

begrip veinzing of simulatie

A
  • Van veinzing of simulatie is er sprake indien de contractpartijen naar de buitenwereld bewust de schijn wekken dat ze een bepaalde overeenkomst of rechtshandeling hebben gesloten, terwijl ze in het geheim en onder elkaar aan de hand van een ‘tegenbrief’ iets anders zijn overeengekomen
  • Een derde kan kiezen welke houding hij aanneemt ten aanzien van de geveinsde rechtshandeling
    • ofwel beroept hij zicht op de geveinsde rechtshandeling; de partijen kunnen de veinzing dan niet meer aan de derde tegenwerpen
      * ofwel beroept de derde zich op de tegenbrief nadat hij tot de rechter heeft gewend met een vordering tot geveinsverklaring
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

gevolgen tussen de partijen (bij verbintenissen uit overeenkomst)

A
  • Uitgegroeid tot een complex geheel
  • Gevolg van niet enkel de diversiteit in de werkelijkheid, maar ook de bezorgdheid om een goed evenwicht te vinden tussen de belangen van de schuldeisers en de rechten van de schuldenaars
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

uitvoeringsplicht

A
  • In de regel moet de schuldenaar zijn overeengekomen verbintenis uitvoeren; verbintenis heeft kracht van de wet
  • Schuldenaar moet zijn verbintenis in haar geheel uitvoeren volgens de overeengekomen modaliteiten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

vaststelling van niet-uitvoering

A
  • schuldenaar voert zijn verbintenis niet uit indien hij ze niet conform de inhoud van de overeenkomst nakomt
  • Sprake van niet-uitvoering of tekortkoming indien de schuldenaar zijn verbintenis niet tijdig of niet op de correcte plaats uitvoert, slechts deels uitvoert
  • Contractuele aansprakelijkheid (wanprestatie): het resultaat is niet bereikt
    • Bij resultaatsverbintenis volstaat het bewijs dat de schuldenaar het beloofde resultaat niet heeft bereikt
    • Bij middelenverbintenis kan schuldenaar slechts aansprakelijk worden gesteld indien het bewijs voorligt dat hij niet alle mogelijke middelen die een normaal zorgvuldig persoon in dezelfde concrete omstandigheden wel zou hebben ingezet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

ingebrekestelling (aanmaning)

A
  • Er moet een contractuele tekortkoming feitelijk worden vastgesteld
  • Schuldeiser kan a.d.h.v. een ingebrekestelling de feitelijke vaststelling van de contractuele tekortkoming formaliseren; bij ingebrekestelling wijst de schuldeiser de schuldenaar erop dat hij tekortschiet in de uitvoering van zijn verbintenis (= aanmaning)
  • Niet gebonden aan vormvereisten
  • Kan worden gedaan a.d.h.v. gerechtsdeurwaarderexploot, aangetekende brief of gewone brief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

gevolgen bij ingebrekestelling

A

1) Kan in de regel slechts op via gerechtelijk weg sanctioneren nadat de schuldeiser de schuldenaar in gebreken heeft gesteld
2) Moratoire schadevergoeding is verschuldigd omwille van de vertraging in de uitvoering van een verbintenis; schadevergoeding in geld (=moratoire interest) (art 1146 BW)
3) Risico op verlies van de specifieke zaak die het voorwerp van de verbintenis vormt
4) Beperkte verjaringsfunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wettelijk stelsel van de sanctionering (algemeen)

A

schuldenaar staat omwille van zijn tekortkomingen bloot aan sancties waarop zijn schuldeisers zich kan beroepen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

verweer voor de schuldenaar: overmacht

A
  • Daartoe moet hij bewijzen dat hij zijn verbintenis onmogelijk kon uitvoeren omdat een onvoorzienbare, onvermijdbare en aan hem ontoereikende wijziging in omstandigheden de uitvoering van de verbintenis in de weg stond
  • Overmacht bevrijdt de schuldenaar niet alleen van zijn prestatieplicht, maar ook van zijn aansprakelijkheid
  • Bij een tijdelijke overmachtssituatie is de uitvoering van de verbintenis in principe geschorst tot het ogenblik waarop de verbintenis opnieuw kan worden uitgevoerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

mogelijkheden van de schuldeiser (indien de schuldenaar zijn taak niet correct uitvoert)

A
  • Schuldeiser die te maken krijgt met een schuldenaar die op een aan hem toerekenbare wijze zijn contractuele verbintenis niet correct uitvoert, kan zijn belangen benaarstigen op het vermogen en niet op de persoon van de schuldenaar
  • In een modern rechtstelsel is het uit den boze om geweld te gebruiken tegen de persoon van de schuldenaar opdat die zijn schuld zou nakomen
  • De exceptie van niet-nakoming is een tijdelijk verweermiddel waarop de schuldeiser zich kan beroepen; bij een wederkerige overeenkomst kan de schuldeiser als verweermiddel tegen een vordering tot uitvoering vanwege de schuldenaar opwerpen dat hij zijn eigen prestatie opschort tot het ogenblik waarop de schuldenaar zijn prestatie uitvoert
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

rechterlijke sancties bij het niet-uitvoeren

A

Vorderen van gedwongen uitvoering ofwel ontbinding + schadevergoedin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

gedwongen uitvoering (algemeen)

A
  • Gedwongen uitvoering heeft in de regel plaats in natura door de beloofde prestatie daadwerkelijk te leveren
  • Kan ook bij equivalent gebeuren door een geldsom te betalen ter vervanging van de overeengekomen prestatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

gedwongen uitvoering in natura

A
  • schuldenaar kan zelf niet de uitvoering bij equivalent verkiezen boven de uitvoering in natura
  • schuldeiser mag de schadevergoeding niet verkiezen indien de verbintenis nog in natura kan worden uitgevoerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

gedwongen uitvoering bij equivalent

A

De schuldenaar wordt veroordeeld om een geldsom te betalen aan de schuldeiser; schuldeiser kan aanspraak maken op een vergoeding van de kosten die noodzakelijk zijn om hem in de toestand te plaatsen waarin hij zich zou hebben bevonden indien de overeenkomst correct was uitgevoerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

ontbinding van een wederkerige overeenkomst

A
  • Indien een wederkerige verbintenis niet (correct) wordt uitgevoerd, kan de schuldeiser de ontbinding van de overeenkomst vorderen in de plaats van de gedwongen uitvoering + een eventuele schadevergoeding
  • Ontbinding maakt in de regel op retroactieve wijze een einde aan de hele overeenkomst; nooit geacht te hebben bestaan
  • Partijen moeten geleverde prestaties teruggeven
  • Gedeeltelijke ontbinding: mogelijkheid om niet de hele overeenkomst te onbinden maar daarentegen als het ware slechts een afsplitsbaar geheel van wederkerige verbintenissen uit de overeenkomst weg te snijden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

schadevergoeding (bij niet-uitvoering)

A

Als de uitvoering in natura van de verbintenis onmogelijk is en de schuldeiser genoegen moet nemen met een geldelijke tegenwaarde van de verbintenis

20
Q

termijn van respijt

A

Geeft de rechter een grote macht om aan de schuldenaar termijnen van respijt of uitstel van betaling toe te kennen, rekening houdend met de toestand van de partijen en ondanks elk strijdig beding

21
Q

einde van een overeenkomst of verbintenis

A
  • Het is niet omdat een verbintenis uitdooft dat daarom de overeenkomst waarvan die verbintenis deel uitmaakt ook een einde neemt
  • Als alle verbintenissen uit een overeenkomst uitdoven, sorteert de overeenkomst zelf ook geen effect meer
22
Q

nietigheid van overeenkomst

A
  • Indien ze niet op geldige wijze tot stand is gekomen
  • Enkel de rechter kan overeenkomst vernietigen
  • Een nietig verklaarde overeenkomst is geacht nooit te bestaan (retroactief, ex tunc
23
Q

verbreking van overeenkomst

A
  • Overeenkomst kan slechts ‘verbroken’ worden met wederzijdse toestemming of uitzonderlijk door een eenzijdige wilsverklaring
  • In onderling akkoord kunnen de partijen a.d.h.v. een nieuwe overeenkomst beslissen om een einde te maken aan hun eerdere overeenkomst
  • In vier gevallen kan een partij eenzijdig beslissen om een einde te maken aan haar overeenkomst;
    I. De wet laat toe dat een partij eenzijdig beslist om haar overeenkomst te beëindigen
    II. Partij kan haar opzeggen baseren op een uitdrukkelijk contractueel beding
    III. De bijzondere aard van de overeenkomst laat toe dat een partij eenzijdig haar overeenkomst beëindigt (bv. vertrouwensrelatie)
    IV. Een algemeen beginsel laat de eenzijdige opzegging toe dat een persoon zich niet voor onbepaalde tijd kan verbinden
  • eenzijdige opzegging heeft enkel gevolgen voor de toekomst, er ontstaan geen teruggaveverplichtingen
24
Q

overlijden bij een overeenkomst

A

De rechten en plichten van de overledene gaan over op de erfgenamen en de rechtverkrijgenden (als het intuiti personae is)

25
Q

ontbinding van een overeenkomst

A
  • Ontbinding door twee gevallen: wanprestatie of overmacht
  • Uitzonderlijk kan een partij buitengerechtelijk beslissen om haar overeenkomst omwille van een wanprestatie niet verder uit te voeren; ook op basis van een uitdrukkelijk ontbindend beding kan een voorafgaande rechterlijke tussenkomst vermeden worden
  • In geval van een definitieve situatie van overmacht is er veelal sprake van een ontbinding van een wederkerige overeenkomst; einde door middel van ontbinding
26
Q

verval van een overeenkomst

A

Een rechtshandeling zou vervallen, van rechtswege en zonder terugwerkende kracht, indien één van de geldigheidsvereisten ervan (voorwerp of oorzaak op een later moment) na het ogenblik van de contractsluiting verdwijnt

27
Q

aansprakelijkheid bij een contract

A
  • Dat hij gehouden is om de schade die een ander lijdt, te herstellen
  • Contractuele aansprakelijkheid: verplichting tot vergoeding van de schade wegens niet-naleving van de door de contractpartijen bepaalde prestaties (verbintenissen)
  • Buitencontractuele aansprakelijkheid: verplichting tot vergoeding van andermans schade wegens overtreding van een aan eenieder opgelegde zorgvuldigheidsnorm (art. 1382 BW)
    • Indien er ergens schade wordt aangericht, draagt het slachtoffer zelf de schade
    • Enkel indien de schade aangericht werd door een fout kan het slachtoffer de schade recupereren van de dader
    • De lichtste fout volstaat om de aansprakelijkheid teweeg te brengen
28
Q

foutaansprakelijkheid

A

het slachtoffer kan slechts aanspraak maken op een vergoeding van de geleden schade, indien de dader de schade veroorzaakte door foutief gedrag: de fout moet door het slachtoffer worden bewezen

29
Q

risicoaansprakelijkheid

A

de dader heeft een risico in het leven geroepen en hij staat daardoor in voor de vergoeding van de schade

30
Q

objectieve aansprakelijkheid

A

indien de plicht tot vergoeding vaststaat nadat de fout vaststaat; wanneer geen schuld vereist is (geen rechtssubject; bv. Schade aangericht door krankzinnigen)

31
Q

subjectieve aansprakelijkheid

A
  • Fout moet aanwezig zijn in objectieve zin: handeling die een normaal voorzichtige mens niet zou hebben gesteld
  • Daad moet toegerekend worden aan een subject: rechtssubject moet voldoende bewust zijn van de onrechtmatigheid
32
Q

volledig/ beperkte aansprakelijkheid

A

Wetgever stelde voorop dat de aansprakelijke een plicht heeft tot vergoeding van de volledige aangerichte schade ongeacht de ernst van de fout

33
Q

samenloopverbod

A
  • regelt in welke mate verschillende aansprakelijkheidsregimes kunnen gelden voor dezelfde feiten. Toegelaten samenloop betekent dat het slachtoffer kan kiezen op welk regime het zich beroept, niet dat het vergoedingen uit verschillende stelsels mag cumuleren. Verboden samenloop betekent dat één vorm van aansprakelijkheid voorrang krijgt en dat de andere moet wijken.
  • Sinds het stuwadoorsarrest is er een verbod op deze mogelijkheid
34
Q

co-existentieleer

A
  • Contractuele fout kan ook schade veroorzaken aan derden
  • Tussen partijen geldt de contractuele aansprakelijkheid, terwijl de derde-schadelijder zich kan beroepen op de aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad
35
Q

immuniteit

A

Civielrechtelijke immuniteit betekent dat bepaalde personen of instellingen niet aansprakelijk kunnen worden gesteld voor de gevolgen van hun foutief optreden (o.m. Koning, rechter in de uitoefening van zijn functie, …)

36
Q

quasi-immuniteit

A
  • Contractpartij doet beroep op een derde om een deel van het contract uit te voeren
  • Contractant kan zich slechts tot een uitvoeringsagent richten, indien hij dat ook zou kunnen doen tegen de medecontract; indien de fout en schade vreemd zijn aan het contract
  • Uitvoeringsagent zal in vele gevallen vrijuit gaan, dus quasi-immuun zijn
  • Dus quasi-immuniteit geldt: (1) enkel in specifieke verhouding tussen bepaalde partijen en (2) slechts voor zover tussen de oorspronkelijke contracten het samenloopverbod van toepassing is
37
Q

rechtstreekse en onrechtstreekse aansprakelijkheid

A
  • Directe of rechtstreekse aansprakelijkheid: is aansprakelijkheid uit eigen daad
  • Onrechtstreekse, indirecte of kwalitatieve aansprakelijkheid: daden van iemand anders, door dieren of gebouwen
38
Q

basisregeling bij rechtstreekse aansprakelijkheid

A
  • Het basisbeginsel van de rechtstreekse aansprakelijkheid houdt in dat eenieder die door zijn eigen fout schade veroorzaakt, verplicht is de aangerichte schade te vergoeden
  • Slachtoffer moet aantonen dat: (1) hij schade heeft opgelopen, (2) de dader een fout heeft begaan, (3) er een causaal verband bestaat tussen fout en schade
39
Q

objectief element: de daad, bij rechtstreekse aansprakelijkheid (begrip)

A
  • Een foutief gedrag kan worden omschreven als een gedraging of een verzuim die een normaal voorzichtig mens in dezelfde omstandigheden niet zou stellen
  • Om uit te maken of gedrag fout is, wordt er vergeleken met een goede huisvader
40
Q

objectief element: de daad, bij rechtstreekse aansprakelijkheid (zorgvuldigheidsnorm)

A
  • Houdt in dat elke mens niet enkel aandacht moet besteden aan zijn eigen belangen, maar ook een redelijke zorgvuldigheid aan de dag legt voor andermans persoon en goederen
    I. De goede huisvader; is een abstract wezen dat zich voorbeeldig in de maatschappij gedraagt
    II. Voorzienbaarheid; men kan enkel aansprakelijk worden gesteld, indien men kon voorzien dat een bepaalde handeling schade kon veroorzaken
    III. Zelfde omstandigheden; de rechter moet de vraag stellen hoe de goede huisvader in de concrete omstandigheden, waarin de daad werd gesteld, zou hebben gehandeld
41
Q

objectief element: de daad, bij rechtstreekse aansprakelijkheid (inbreuk op wetsbepaling)

A
  • Elke niet-naleving van een wettelijke gedragsnorm maakt steeds een fout uit
  • Elke misdrijf is ook een onrechtmatige daad
42
Q

objectief element: de daad, bij rechtstreekse aansprakelijkheid (bewijs van fout)

A

Het slachtoffer moet zowel de handeling of onthouding bewijzen als het onrechtmatig karakter ervan

43
Q

subjectief element: de dader, bij rechtstreekse aansprakelijkheid

A
  • Aansprakelijkheid vereist ook een subjectief element: de schuld
  • Fout moet aan de schadeverwekker kunnen worden verweten; deze moet zich ook bewust geweest zijn van de draagwijdte van zijn daden
  • Naast het feitelijk gedrag (=de objectieve fout) is dus ook de subjectieve toerekenbaarheid vereist
  • Problemen betreffende bewustzijn;
    1. Natuurlijke personen: ‘bewustzijnsvereiste’
    - Minderjarigen: zijn in beginsel persoonlijk aansprakelijk voor de schade die zij door hun fout veroorzaken; niet wanneer een onmondig kind dat zich niet van zijn daden bewust kan zijn
    - Krankzinnigen: missen het bewustzijn om de draagwijdte van hun handelingen in te schatten
    2. Rechtspersonen
    - Is persoonlijk aansprakelijk telkens het orgaan een fout begaat binnen de uitvoering van zijn opdracht
44
Q

gekwalificeerde fout bij rechtstreekse aansprakelijkheid

A
  1. Lichtste fout is voldoende voor aansprakelijkheid
    - Gedrag als foutief aangeduid zodra er een afwijking is van de veronderstelde gedraging van de goede huisvader
    - Kleinste fout leidt tot aansprakelijkheid
    - Het is niet zo dat elke vergissing, die een persoon begaat, een fout behoeft te zijn (bv. Dokter stelt onjuiste diagnose)
  2. Onderscheid met opzettelijke fout
    - Schadegeval is opzettelijk veroorzaakt wanneer de verzekerde vrijwillig en bewust de schade heeft toegebracht; fout begaan met oog om schade te berokkenen
  3. Exoneratieclausules
    - De regeling van de burgerlijke aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad is niet van openbare orde (partijen kunnen ervan afwijken bij overeenkomsten)
    - Partij verklaart geen aansprakelijkheid te dragen voor de gevolgen van de door haar begane fout (bv. Vrijwilliger op schoolfeest)
    - Voor bedrog en/of zware fout kan men wel exoneratie bedingen, voor zover de handeling verricht werd door een aangestelde
45
Q

rechtvaardigheidsgronden bij rechtstreekse aansprakelijkheid

A
  • Overmacht: aansprakelijke zal geen schadevergoeding moeten betalen, indien hij kan aantonen dat hij ingevolge omstandigheden onafhankelijk van zijn wil in de volstrekte onmogelijkheid verkeerde die daad niet te stellen
46
Q

onrechtmatige daad versus misdrijf bij rechtstreekse aansprakelijkheid

A
  1. Elk misdrijf
    • Elk misdrijf is een onrechtmatige daad
    • Bij vraag naar schadevergoeding beschikt het slachtoffer over twee mogelijkheden om zijn schadevergoeding te bekomen
      a) Burgerlijke procedure; wenden tot de burgerlijke rechter voor het bekomen van een schadevergoeding, onafhankelijk van de houding van de OM t.a.v. strafvordering
      b) Strafrechtelijke procedure; kan tijdens proces tegen de dader een schadevergoeding vorderen en ontvangen: is sneller, goedkoper en efficiënter voor het slachtoffer