RECHTSHANDHAVING Flashcards
2 soorten recht
- materieel recht
2. handhavingsrecht
materieel recht
Materieel recht: Het gewone recht, wie maakt aanspraak waarop,…
handhavingsrecht
Draagt bij tot handhaving van materieel recht (conflicten regelen,…)
o Formeel recht (= procesrecht) is de kern hiervan
- Burgerlijk procesrecht (m.b.t materieel privaatrecht)
- Andere takken (m.b.t strafprocesrecht, fiscaal procesrecht, administratief procesrecht,…)
de materiele EN formele rechten (elk materieel recht heeft eigen formeel recht:
o Privaatrecht
o Strafrecht
o Publiekrecht
o Tuchtrecht
privaatrechtelijk procesrecht
=formeel privaatrecht: regelt conflicten over de toepassing van materieel recht.
o Verbod op “eigenrichting” (=Persoon mag zelf niet optreden, enkel overheid kan dit)
o Bv. een partij meent recht te hebben op betaling van een andere partij (materieel recht), het procesrecht regelt hoe de eiser de schuldenaar kan verplichten dit te betalen. (formeel recht)
strafrecht
o Materieel strafrecht: misdrijven beschrijven strafmaat aanduiden.
o Formeel strafrecht: regelt de wijze waarop misdrijven worden opgespoord, vervolgd en berecht (voorziet ook de nodige instellingen en uitrusting)
publiekrechtelijk procesrecht
(= formeel publieksrecht) = ‘geschillen van bestuur’, de overheid is partij m.b.t tot haar optreden als overheid
toegang tot de rechter
- Elke burger heeft het recht zich tot de rechter te wenden voor: (Art. 6 ERVM)
o Burgerlijke geschillen
o Beoordeling van een strafvervolging tegen hem - Verbod op rechtsweigering: rechter moet recht uitspreken (Art. 5 Ger.W)
de rechter
- Rechterlijke functie door de wetgever opgericht (Art. 146 GW)
- Rechter is onafhankelijk: (Art. 151 GW)
o Rechterlijke macht gescheiden van uitvoerende macht
o Verhouding rechter en buitenwereld (Bv. geen druk van pers)
o Interne structuur waarin de rechter werkt (rechter mag geen instructies krijgen)
- Spaghetti-arrest: Lekenrechters (= schijnrechters) zijn geen schending van de onafhankelijkheid.
o => Institutionele onafhankelijkheid (rechter niet aansprakelijk voor fouten bij rechtspreken) - Onpartijdigheid: Rechter mag niet bevooroordeeld zijn
fair trial (de procedure)
Iedereen heeft recht op eerlijk proces (Art. 6 EVRM)
redelijke termijn (de procedure)
binnen een redelijke termijn de uitspraak
openbaarheid (de prcedure)
rechtspraak in openbaarheid (perscontrole)
o Openbaarheid van behandeling openbaarheid van uitspraak (Art 148 Gw.)
dubbele aanleg (de procedure)
= iedereen mag zijn zaak 2 keer laten behandelen (eerste en hoger beroep) (Art. 616 & 617 Ger.W)
Strafrechtspleging: fundamenteel recht, geen hoger beroep bij:
- Uitspraak hof van assisen
- Voorrang van rechtsmacht
Burgerlijk recht: beperking op dubbele aanleg, geen hoger beroep bij: (art 617 Ger.w)
- Bedrag< 2000 euro vonnis politierecht en vrederechter
- Bedrag< 2500 euro rechtbanken eerste aanleg en ondernemingsrechtbanken
cassastietoezicht (de procedure)
Een vonnis of arrest dat niet meer vatbaar is voor hoger beroep, kan wel aan controle hof van cassatie worden onderworpen
o Is geen derde aanleg: onderzoekt niet ten gronde, controleert of rechter:
1) Het recht correct heeft toegepast.
2) De vormen heeft nageleefd.
o Wie kan cassatieberoep aantekenen?:
- Voor strafzaken en fiscale zaken: elke partij en advocaat.
- Andere zaken: beroep doen op advocaat bij HvC om aan te tekenen
vonnis
(= Rechterlijke uitspraak) = De rechtshandeling van een rechter waarbij de rechten van beide partijen worden vastgesteld
rechterlijke waarheid
Wat de rechter heeft vastgesteld, is de rechterlijke waarheid. Eens dat rechter de uitspraak heeft gedaan kan hij hier niet meer op terugkomen. (= uitputting rechtsmacht)
vonnis-arrest
- Beslissing van rechtbank: Vonnis
- Beslissing van hoven: Arresten
- Beschikkingen van voorzitters: Bevelschriften of beschikkingen
basisregels (vonnis)
- Verbod op rechtsweigering
- Individuele beslissing: Hij moet zelf beslissen (art 6 Ger W.)
- Geen precedent: Rechter mag niet bindend teruggrijpen op vorige vonnissen of arresten
- Gemotiveerd: Uitspraak met redenen omkleed (art. 149 Gw.)
gezag van gewijsde (vonnis)
- staat een partij toe zich ertegen te verzetten dat opnieuw een uitspraak wordt gedaan over een geschilpunt dat reeds tussen dezelfde partijen maar in een andere zaak werd beslecht.
- Gevolg:
o Een partij kan niet eenzelfde vordering opnieuw instellen (kan dus niet terugkomen op een eerdere uitspraak)
o De uitspraak vormt de juridische waarheid en moet aanvaard worden (is niet perse gelijk aan de ‘echte’ waarheid)
kracht van gewijsde (vonnis)
rechterlijke beslissing is niet meer vatbaar voor verzet of hoger beroep (art 28 Ger W.)
3 grondwettelijke machten
- wetgevende
- uitvoerende
- rechterlijke
rechterlijke macht
- Gevormd door hoven en rechtbanken:
o Magistraten: rechters, raadsheren
o Openbaar ministerie (OM) - Uitgeoefend in naam van de natie (niet van de koning: uitvoerend en wetgevend)
- Taak:
o Geschillen beslechten m.b.t burgerlijke en politieke rechten
o Straffen uitspreken
scheiding van machten (hoofddoel)
bescherming burgers tegen overheid, rechterlijke macht beschermt hun.
onafhankelijkheid van scheiding der machten
bescherming tegen uitvoerende macht.
o Rechters zijn voor het leven benoemd, ze zijn onafzetbaar (Art. 152 GW)
o Wedden worden bepaald bij wet en niet door regering (Art. 154 GW)
o Rechter mag geen ambt aanvaarden, tenzij kosteloos (Art. 155 GW)
vergeten lacht bij scheiding van machten
nieuwe instelling van de rechterlijke macht:
o Hoge raad voor de justitie: (Art. 151 GW)
- Is onafhankelijke instelling:
• Maakt geen deel uit van staatsmachten (geen wetg. uitv. recht. macht)
• Geen controle door staatsmachten
- Bevoegdheid:
• Aanwerven en bevorderen magistraten
• Controle op de werking van het gerecht en geven van adviezen
geen eenheid van rechtsmacht (hoezo?)
12 arrondissementen, per arrondissement een arrondissementsrechtbank; opgesplitst in drie autonome rechtscolleges (alle zaken in eerste aanleg worden hier behandeld):
- Rechtbank van eerste aanleg
- Arbeidsrechtbank
- Ondernemingsrechtbank / rechtbank van koophandel
- Politierechtbank (in Brussel 4)
Ze kunnen wel stukken aan elkaar overmaken (art 186 Ger.W)