Varkens Flashcards

1
Q

Geschiedenis

A

Domesticatie haarden

  • Vanuit westelijk en Klein-Azie vanaf 8000 jaar voor Christus naar Noord-Afrika en Zuid-Europa
  • Eigenlijke domesticatie begon 7000 jaar voor Christus in China
  • 5000 jaar voor Christus in zuidoosten van China naar zuidoos Azie
  • Familie - Suidae
  • Everzwijn - Sus scrofa ferus
  • Gedomestificeerde varkens - Sus scrofa domesticus
  • Omnivoren - plantaardige als dierlijke voedselbronnen verteren - alleseters
  • Engeland weer belangrijke pionier in ontwikkeling van rassen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Gebruik

A
  • Vlees en vet productie - eetgewoonten en culturele achtergronden - verschil in uitbatingsomstandigheden
    • Magere slagersvarkens - Europa
    • Magere spekvarkens - VS - half vette varkens
    • Goedkoper geproduceerd dan rundvlees
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Everzwijn

A

sus scrofa ferus

  • Grote kop - nek - voorhand
  • Kort
  • Sterk behaard - dikke huid
  • Achterhand relatief rudimentair ontwikkeleld
    - In gedomesticeerde varken is dit allemaal verandert
  • Jongen, frislingen - haarkleed, livrei, vervaagd na verloop van tijd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vrouwelijk

A

zeug

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Mannelijk

A

beer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gecastreerde beer

A

bargen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Tweeslachtige zeug

A

kween

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Biologische evoluties onder invloed van de domesticatie en selectie

A
  • In China enorm gewerkt aan vruchtbaarheid - vroegrijpheid en vruchtbaarheid zijn beter geworden
  • Rijke melksamenstelling
  • Niet seizoensgebonden voortplanting
  • Meer dan 2 worpen per jaar per zeug - worpindex
  • Productiegetal - aantal gespeende biggen per zeug per jaar
  • Vleesproductie per dag - groeisnelheid toegenomen
  • Voederconversie - afgenomen
  • Sanitel systeem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Drachtduur

A

3,3,3 - 3 maanden, 3 weken en 3 dagen - 115 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Melkgebit

A

28 tanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Volwassen gebit

A

44 tanden - bovenkaak- en onderkaakshelft , 3I, 1C, 3P en 3M

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Uitbotten van de melksnijtanden

A

Id3 en Cd aanwezig vanaf de geboorte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Tandwisseling

A

na 18 maanden alles uitgebot - meeste vleesvarkens worden geslacht met het grootste deel van hun melkgebit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Kop en hals

A
  • Lippen en oorschelpen niet beweegbaar - oorstand rasgebonden
  • Kopomvang - rasgebonden - moet droog zijn en soepel overgaan naar keel en hals
  • Neus - recht
  • Hals - voldoende breed en droog gespierd
  • Afwijkingen
  • Gebitsafwijkingen - overbijten en onderbijten
  • Spekwangen - te sterk beladen wangen
  • Kromme neus en scheef rostrum - specifieke ontsteking - atrofisch rhinitis
  • Spekhals - korte en sterk met vet beladen hals
  • Te smalle hals - vaak hele varken te smal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Romp

A
  • Fokbeer - gespierder
  • Fokzeug - uier - 2 rijen met aparte paketten
    - Om opgenomen te worden in een stamboek - fokdieren met 14 spenen
    - Bij beren ook gekeken naar spenen - erfelijk naar dochters
  • Fokvarkens - plomper - ouder
  • Vleesvarkens - eleganter, tonvormige buik
  • Afwijkingen
  • Caree ziekte - (stuk op de rug, cotalette) - rugspier atrofie - rugstrekspieren zwellen aan 1 zijde
  • Asymmetrie hammen - kop femur komt los - hondenzit, op achterse - kan ook caree ziekte zijn die zich naar de hammen heeft uitgebreidt
  • Hangbuik, spekbuik - te weinig gespierdheid
  • Breuken - zwakere plaatsen in de lichaamswand - navelbreuk - liesbreuk - scrotumbreuk
  • Staartbijten - sommige varkens - extreem afbijten - frustratie
  • Zeug
    • Tweeslachtigheid - vergroting clitoris - kween
    • Slechte uierklieren - knobbels
    • Dopspenen/berentepels - ingetrokken in eigen uierweefsel - biggen kunnen er niet bij - deels erfelijk
    • Valse tepels - tepels die niet in verbinding staan met een melkklier
  • Beer
    • Gecastreerde beer - barg
    • Monorchidie en cryptorchidie
    • Hyporchidie - te kleine testis
    • Preputiumzwelling - zuigen door andere dieren
    • Onvoldoende libido - te geringe erectie van de penis - te kleine penis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Ledematen

A
  • Droog - goede standen
  • Klauwen - 4 tenig - 2 grote steuntenen met daarachter 2 kleinere die niet in steun komen
  • Afwijkingen
  • Leg weakness - osteochondrose - zwellingen aan benen - overbelasting
  • Te steil in de sprongen
  • Sabelbenigheid
  • Uitgespreide klauwen
  • Asymmetrie van de 2 steunklauwen - binnenste kleiner
17
Q

Karkassen

A

huid blijft eraan - naadloos vast op spierlaag

  • Seurop - met apparatuur - niet menselijk gedaan
  • Bepaling van het %vlees - magervleesaandeel - in een gekoeld karkas
  • Bepaling van het type - conformatie - van een karkas
18
Q

Landrassen

A
  • Intrinsieke waarde en morfologie - verschillen op basis van land en fokdoelen
  • Gemeenschappelijk
    - Wit - door vervuiling licht-bruin
    - Hangende oren - niet verticaal ten opzichte van de neklijn
19
Q

Deens landras - Deens landvarken

A
  • Denen zijn de 1e die selectie bij varkens hebben aangepakt
    - Groei - lage voederbehoefte - karkasontwikkeling
    - Genetische aanleg van oudere dieren
    - Onderbrengen van biggen in selectie mesterijen - 2 zeugjes en 2 bargen
    - Opgroeien in dezelfde omgeving - verschillen te wijten aan genetica
    - Export naar engeland - lange ruggen - volume kotaletten langer
    - Negatieve korrelatie lengte van varken en dikte van vlees - steeds langer
  • Lange varkens en hoogbenig
  • Lange snuit en rug
  • Behoorlijke bespierdheid van de rug en minder van de ham
  • Relatief vroeg rijp - groeisnelheid goed
  • Behoorlijk mager
20
Q

Europees landras

A
  • Nederlands - Duits - Frans
  • Behoorlijke bespierdheid
  • Niet strak in de huid
  • Behoorlijk mager
21
Q

Belgisch landras - Belgisch landvarken

A
  • Hele goede bespierdheid
  • Gedrongener - breed van romp, rug, lenden en kruis - korte hals
  • Ruggengraad lager dan spieren - spieren puilen uit - fijn skelet
  • Geringe buikontwikkeling
  • Droger bespierd
  • Goede groeisnelheid
  • Goede karkaskwaliteit
  • Gebruikt om in te kruisen - Duitsland
  • Nadelen
    - Vleeskwaliteit gemiddeld niet goed - mager vlees - bleek - verliesd veel vocht - taai
    - Omgekeerd gekorreleerd an karkaskwaliteit
    - Vruchtbaarheid matig
    - Stress gevoeligheid - groter sterfte percentage - fragieler - accute harsdood
    Belgisch negatief
  • Subpopulatie - niet stress gevoelig
    - Groeien sneller - vetter
    - Minder bespierd
    - Als zeugenlijnen gebruikt met Belgisch landvarken of Pietrain
22
Q

Pietrain

A
  • Vaderras in de praktijk veel gebruikt om in te kruisen
  • Beste slagersvarken ter wereld
  • Zwart-bont varken
  • Staande oren
  • Goede bespierdheid
  • Beer - droge sterke bespierdheid
  • Weinig onderhuidsvet
  • Opgeschorte buiken
  • Geen spekhals
  • ‘Body-builders-type’
  • Spieren puilen uit op de rug
  • Beste karkaskwaliteit
  • Matige vruchtbaarheid
  • Kleinere groeisnelheid
  • Stress gevoelig - fragiele dieren
23
Q

Hybriden

A
  • Pietrain met Belgisch landras
    - Witte dieren
    - Opstaande oren
24
Q

Large white - Yorkshire - Edelschwein

A
  • Wit
  • Opstaande oren
  • Niet al te lang - plomp - kwabbig uitzicht
  • Spekwangen
  • Niet droog - vrij vet
  • Minder vlees typische bouw
  • Minder goede karkaskwaliteit
  • Goede vruchtbaarheid - grote worpgrootte - melkrijkheid - biggen groeien dus snel
  • Stress ongevoelig - kan tegen een stootje - landen met mindere levensstandaard - grotere temperatuurschommelingen
  • Goede vleeskwaliteit
  • Gebruikt als moederlijn bij inkruisingen
25
Q

Gottinger Miniaturschwein

A
  • Duits
  • Als model - kruising miniatuur- en hangbuik varkens
  • Geen consumptie
  • Hangbuik - spekdikte - vet
  • Klein van formaat
  • Gelijkenissen in organen met de mens - proefdier - model voor de mens
26
Q

Mangalitza

A
  • Hongarijen - Balkan landen
  • Wol varken - lange ‘wol’ - lange krullerige haren
  • Uitmunten door gehardheid - zomer en winter buiten
  • Vette vleesvarkens - geen goede karkaskwaliteit
  • Matige vruchtbaarheid
  • Inkruisen andere rassen voor de gehardheid
27
Q

Duroc

A
  • Amerikaans
  • Ingekruisd
  • Rood-bruin varken - bleker of donkerder - zwarte stippeltjes
  • Hangende oren
  • Vruchtbaarheid relatief matig - kleine worpen
  • Moedereigenschappen goed
  • Vette varkens - gehoorlijke bespierdheid
  • Depot vet - rug en buik
  • Hoger gehalte aan intramusculair vet - betere vleeskwaliteit
28
Q

Hampshire

A
  • Behoorlijk gespierde rug en ham
  • Altijd zwart met een witte strook en witte voorbenen - singel
  • Kleine kop
  • Goede vruchtbaarheid in verhouding met bevleesdheid
  • Ingekruisd
29
Q

Hangbuikvarken

A
  • China - gefokt naar vet en vruchtbaarheid
  • Hangbuik - opstapeling vet - 100tal verschillende rassen
  • Kleine spitse oortjes
  • Zadelneus - ingedeukte neuslijn
  • Vet - vooral in buikholte
  • Wandelende vetbollen
30
Q

Meishan - maskervarken

A
  • Veel huidplooien
  • Ogen die nauwelijks open gaan
  • Kleur - grijs roze
  • Vruchtbaarheid - geslachtsrijp bij 2,5 maand - zeer grote worpen waarvan vrij veel overleven
  • Zeer weinig embryonale sterfte - bij andere rassen relatief veel, 25%+
  • Karkaskwaliteit slecht
  • Vet en weinig bespierd