Honden Flashcards

1
Q

Gedomesticeerd

A

10.000 voor Christus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Aantal evoluties aan de hand van wat de mens ervan verwachten

A
  • Aasvreter
    - Waarschuwer - bescherming
    - Gezelschapsdier
    - Jacht - verschillende soorten en rassen
    - Kuddes bijeenhouden, bewaken en verdedigen - schapene en runderen
    - Vechten
    - Trekdier
    - Showhonden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Activiteiten

A
  • Politiehonden
    - Reddingshonden
    - Blindegeleidehonden
    - Hulphonden
    - Circushonden
    - Renhonden - windhonden - zeer snel loop vermogen
    - Transporthonden
    - Truffenhonden
    - Target nodig - renwedstijden
    - Werkproefen - agility of behendigheid
    - Jachthonden
    - Gefokt naar fokstandaard - vooral uiterlijk
    - Gefokt naar wat ze kunnen
  • Veel diversificatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Voortplanting

A
  • Seizoensgebonden voortplanting kwijtgeraakt
  • Bronstperiode - loopsheidperiode - 3 weken - gepaard met bloedingen - 2e week vruchtbaar
  • drachtduur - 2 maanden - rasverschillen in dagen
  • Pups - behaard - ogen toe
  • Lactatieperiode - minimaal 4 weken
  • Grote rassen - gemiddeld grotere pups - minder lange levensverwachting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Zintuigen

A
  • Goed zicht - diepte
  • Goede smaakzin
  • Uitmuntend gehoor - tonen buiten ons hoorbereik
  • Ongeevenaarde reukzin - veel reukepitheel
  • Warmteregulatie - hijgen - alleen zweetklieren onder de voeten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Uitwendige beoordeling

A
  • Rasstandaarden per ras - kunnen verschillen per land
  • Gedrag voorspelbaar per ras
  • FCI - internationale kinologische organisatie
  • Kinologie - wereld van de honden
  • Onderafdelingen per land en rasverenigingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Signalement

A
  • GOKRAHD
  • Silhouet schetsen - lichaamsmaten - bij volgroeide hond
  • Nemen van fotos - lichaamsmaten
  • Tatoeeren - in de oren - binnenkant dij - liesstreek
  • Chippen - opgeslagen in nationaal bestand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Leeftijdsschatting

A
  • Grauwe staar (oog staar) - vertroebeling van de ooglens - bij het verouderen - afhankelijk van ras
  • Vergrijzing hoofd - is ook een gen voor bij een specifieke rassen
  • Tanden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Tandformules

A
  • Melkgebit - 28 tanden - boven, 3Id, 1Cd, 3Pd - onder, 3Id, 1Cd, 3Pd
    - Volwassen gebit - 42 tanden - boven, 3I, 1C, 4P, 2M - onder, 3I, 1C, 4P, 3M
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Tanden

A
  • Tandformules
    - Melkgebit - 28 tanden - boven, 3Id, 1Cd, 3Pd - onder, 3Id, 1Cd, 3Pd
    - Volwassen gebit - 42 tanden - boven, 3I, 1C, 4P, 2M - onder, 3I, 1C, 4P, 3M
    - Isodont gebit - melk gebit
    - Anisodont gebit - volwassen gebit - molaren
    - Meer volwassen premolaren dan melk - 1 premolaar heeft gen voorloper
    - Kan rastypisch afwijken
    - Tanggebit - snijvlakken op elkaar
    - Schaargebit - tanden overlappen met eindpunten
    - Onderkaak iets korter dan bovenkaak
    - Zonder het contact te verliezen van boven en onder snijtanden - zowel - varkensgebit
    - Knipkiezen - scheurkiezen - boven en onderkaak - grootste
    - Lobben - hoofd- en bij-lob
    - Leeftijdschatten
    - Uitbotten - weken
    - Periode van dubbele haaktanden - melk en volwassen
    - Wisselen - tot 6-7 maanden - definitief gebit
    - Slijtage - cijfers met korreltje zout - niet kennen - conclusie - vergelijken - afslijten hoofdlop eerder onderaan dan bovenaan - boven groter dan onder - van binnen naar buiten duurt het slijten langer - hangt samen met grote van de tanden - ovaal - rond - verkeerd ovaal, naar de richting loodrecht op de oorspronkelijke
    - Beinvloed door tandverzorging - type voedsel - hoeveelheid kauwen
    - Grote honden hebben zachtere tanden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Gebitsafwijkingen

A
  • Snoeksmuil
    - Varkensmuil
    - Afwijkende slijtage patronen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Gestalte verschillen

A
  • Schofthoogte

- Van zeer grote tot kleine honden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kleuren

A
  • 1-kleurig
    - 2-kleurig - black and tan of chocolate and tan
    - Black and tan - de roestkleurige aftekeningen komen scherp afgelijnt voor boven elk oog, aan de snuit, de keel, de wangen, de voorborst, op alle benen overwegend aan de binnenzijde, op de voeten en onder de staart rondom de anus
    - 3-kleurig
    - Bont omt ook voor
    - Verdunningsvormen
    - Blauw
    - Geel
    - Chocolade
    - Peper en zout - vergrijzing - schnautzer
    - Merle - lappendeken - mengpatroon - analoge spikkeling op de kop - irissen kunnen ontkleurd of blauw zijn - 2x dit gen, sukkelaars, volledig wit, zicht- en hoorstoornissen, steriel
    - Grijsheid bij langharige Collie - tekort aan witte bloedcellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Aftekeningen

A
  • Zadel - wordt gevormd door 2 donkere min of meer V-vormige zones van donkere haren op een blekere basisvacht, beiderzijds op de romp gelegen en op de rug samenkomend
    - Masker - de snuit is zwart behaard - eventueel ook het voorhoofd en de oren
    - Mantel - een zadel dat zich verder uitstrekt naar voor en naar achter
    - Tijgerstrepen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bont - gradaties

A
  • Ierse aftekeningen - zeer weinig wit - alleen witte vlekken op muil, voorborst, voeten en staarttop
    - Veel wit - zoals platenbont
    - Bijna helemaal wit - pointer ogen en oren - russel terrier
    - Harlekijnpatroon - alleen bij duitse dog - zwart-wit patroon - zeer sterk uitgerafeld
    - Gevlekt - dalmatier
    - Gespikkeld - combinatie met platen - jachthonden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Beharingsvormen

A
  • Bovenvacht en ondervacht
    - Zeer kort
    - Kortharig
    - Gladharig - kort - horizontaal
    - Stokharig - kort - verticaal
    - Lang stokharig - langer - verticaal - iets platter
    - Ruwharig - ruig - ruw - dik haar - staat alle kanten op - warrig - overvloedige ondervacht
    - Draadharig - ruwharig, maar langer - kronkelen - kronkelige garnituur, snor en baard
    - Stekelharen - haar staat als stekels overeind
    - Tussenvormen komen ook voor
    - Middellang
    - Lang
    - Touw en koord - dreadlocks
    - Topografisch - ter plaatsen - halskraag - beenbevedering - vlag
    - Pronk - langsheen de ruggengraat, van achter de schouders tot aan de heupen treft men een dubbele haarstrook aan waarvan de haren in een andere richting ingeplant staan als de omgevende vacht - deze stroken zien er hierdoor donkerder uit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Hoofd, nek en hals

A
  • Profiellijn - onderbroken door stop - overgang neusrug en voorhoofd
  • Ramshoofd - vaak als fout gezien - uitzonderingen - rastypisch - geen stop
  • Couperen oren en staart - vroeger - nu verboden
  • Sint-Hubertus knobbel - bepaalde jachthonden - overgang achterhoof en schedeldak - knobbel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Oren - rastypisch

A
  • Veel variatie - grootte - vorm - inplanting - richting - belangrijk bij herkenning
  • Rozenoor - staat nogal hoog op het hoofd - is zijdelings en naar achter gericht - is redelijk klein en heeft een zichtbare binnenooropening die ook naar achter gevouwen is
  • Beharing - niet noodzakelijk hetzelfde als lichaam
  • Binnen en buitenzijde
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Staart - variatie

A
  • Weefselverval - ergens tussen gezeten - necrose

- Van nature uit korter - bobtale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Ledematen

A
  • Tenen - aan elke voet 4 tenen met teenkussen - centraal teen kussen - totaal 5 kussens
    - Sint-Hubertus klauw - op de achterbenen - 1 of 2 - hogerop en niet in steun - rudimentair - heterogeen voorkomen, kan volledig zijn of alleen nageltje - wolfsklauwen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Afwijkingen aan de ledematen

A
  • Wijde ellebogen - los in elkaar - tonvormige borstkas
    - Ellebogen naar binnen - smalle borst
    - Zie paard
    - Hazenvoeten - lange tenen - platte voeten - kan ook rastypisch zijn
    - Kattenvoeten - kleine tenen - steile voet - kan ook rastypisch zijn
    - Heupdysplasie - heupgewricht degenereert en de kop van het dijbeen laat progressief los uit de kom van het heupgewricht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Hond in beweging

A
  • Meer aanleg lengtesprongen
  • Stappen - benengebruik - zie paard
  • Diagonale draf - varianten - hoe gestrekt of gebogen
    - Gewone hondendraf - gestrekte benen
    - Geworpen draf - heffing en buigen lijkt op paarden - eleganter
    - Rendraf - overgetreden
    - Typisch voor honden - sprong galop - beurtelings op voor en achterpoten met verzamelde zweeffase - soepele rug
    - Telgang - bepaalde rassen - laterale draf
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Groep 1 - bouviers en herdershonden

A
  • Voor hoeden van runderen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Vlaamse koehond - Bouvies des Flandres

A
  • Nooit bont - verschillende kleuren mogelijk
  • Lange en ruige vacht
  • Veel beharing op het hooft - wenkbrauwen en snor - baard
  • Sprongen die laag tegen de grond zitten
  • Goed behaarde staart
  • Oren - krullerig behaard
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Herdershond

A

fijn besneden hoofd - 4 grote, 1 kleine - lengte, kleur en kwaliteit van beharing - staart naar beneden en vrij recht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Groenendaal

A
  • Langharig - behalve voorhoofd en neusrug
  • Altijd helemaal zwart
  • Relatief hoog
  • Niet al te breed van bouw
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Terveuren

A
  • Basiskleur is geel - licht geel
  • Langharig - behalve voorhoofd en neusrug
  • Staart die behoorlijk fijn en volimineus bevederd is
  • Tussen gele haren komen zwarte haren voor of haren die geel zijn aan de basis en donker aan de uiteinden - gelokaliseerd aan voorzijde
  • Meeste hebben een masker - zwart gezicht - vaak gepaard met donkere oren
  • Relatief fijne beharing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Mechelaar - Mechelse herder

A
  • Lichter van bouw - lager gewicht dan Duitse herder
  • Altijd kortharig - superkortharig op hoofd, oren en voorzijde voorbenen
  • Masker mogelijk
  • Staart heeft de vorm van een korenaar - dunne basis met uitwaaiing naar onder toe
  • Basiskleur geel - ook variant met donkerdere uiteindes, vrij homogeen verspreid, veel of weinig - chardonnay
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Lakense Herder

A
  • Relatief hoogbenig
  • Zelfde vorm hoofd - minder tot uiting
  • Krullerig haar - hoofd en hele lichaam
  • Basiskleur geel - bruine toesten, soms wat donkerder
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Schipperke

A
  • Kleine
  • Meestal volledig zwart - zeldzaam donker bruin
  • Herdershond - hoofd wijkt af - keeshonden invloed
  • Halskraagje - duidelijker bij de mannelijke dieren
  • Staart die sterk behaard is en opkrult - keeshond
  • Vos achtig hoofd - keeshond
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Duitse herder

A
  • Bekende hond
  • Smalle staart - weinig beharing - hangt af van haren
  • Haarkwaliteit - stokharig, kort of lang - langharig
  • Zadel - weerszijde van romp tot schoft gekleurd
  • Mantel - zadel dat uitgebreidt is naar achter en naar voor
  • Kort stockharige kunnen beste tegen kou - insluiten van droge lucht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Beauceron - Berger de beauce

A
  • Altijd black and tan - zwart met lichter bruin rond neus, mondhoeken, 2 spots boven ooghoeken, binnenzijde benen en voorborst
  • Korte, maar relatief dikke vacht
  • Geen rechtopstaande oren - hoog aangezet op hoofd
  • Staart - naar beneden met flauwe bocht
  • Altijd dubbele Sint-Hubertus klauwen - voorpoten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Briard - Berger de brie

A
  • Langharig - uitbundig - benen lijken volumineus
  • Oren hangen naar beneden en zijn ook lang behaard
  • Haar hangt voor de ogen
  • Staart naar beneden gedragen en goed behaard
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Bobtail - old english sheepdog

A
  • Herdershond voor schapen
  • ‘Samson’
  • Wit in combinatie met zwart
  • Korte bob tail staart
  • Snor
  • Wilderige en fijne kuif
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Collie - Schotse herder

A
  • ‘Lassie’
  • Langharig
  • Komt ook kortharig voor - vrij zeldzaam
  • Kleuren - wit-geel - wit-zwart - wit-zwart-bruin/black and tan bont - bleu merl, verdunning - grijs
  • Tippende oren
  • Lang en smal hoofd
  • Relatief rechthoekig voorkomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Border collie

A
  • Schapenhond - begeleiden van kuddes
  • Tippende oren - zijdelings of naar achter
  • Kleur in combinatie met wit - zwart-wit - ook zwart-bruin-wit - red of yellow merle - bruin-rood-wit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Shetland sheepdog - Sheltie

A
  • Langharig
  • Wit-geel - wit-zwart
  • Kleiner dan colie
  • Relatief vierkant voorkomen
  • Breder hoofd - minder lange en diepe snuit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Welsh corgi

A
  • Langgerekt en kortbenig
  • Kleine schapen
  • Vosachtig hoofd - brede basis oren - hoek van 45 graden
  • Zelfde kleuren als collie
  • 2 soorten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Welsh corgi Cardigan

A

met staart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Welsh corgi Pembroke

A

staartstompje of geen staart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Kuvasz

A
  • Altijd volledig wit
  • Vrij hoogbenig - niet al te breed - imposante gestalte
  • Staart zeer sterk bevederd - volumineus - vooral onderaan
  • Relatief langharig - gedrongen aaneengesloten krullerige pakketjes tegen de huid
  • Oren zijn vrij kort behaard - snuit en deel voorhoofd ook
  • Zwarte neustop, lippen en omranding oogleden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

Puli

A
  • Koord- of touwvacht - dreadlocks - hele lichaam
  • Lange ondervacht met fijne/wollige beharing - spontane vervilting - raken verstrengeld
  • 2 kleuren
    - Gebroken wit
    - Donkergrijs tot zwart
  • Relatief kleine gestalte
  • Staartbasis omhoog gericht
  • Snuit relatief kort
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Komondor

A
  • Koord- of touwvacht
  • Groter van gestalte
  • Alleen gebroken wit
  • Staartbasis naar beneden
  • Koorden zijn veel zwaarder
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
44
Q

Schnauzers

A
  • Verschillende maten - 3
  • 2 kleuren - zwart - peper-en-zout grijs
  • Wangen niet echt goed ontwikkeld - smal - benig uitzicht zijkant
  • Staart - matig lang en relatief rijn
  • Oren - tippen zijdelings
    Riesenschnauzer - niet
  • Groot
  • Semi lange beharing
  • Typisch hoofd - kortbehaarde oren en naar beneden hangend - ontwikkelde wenkbrauwen, snor en baard die recht behaard zijn

Standaard Schnauzer - niet
- Niet onderscheiden van dwerg

Dwergschnauzwer - niet
- Niet onderscheiden van standaard

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
45
Q

Dobermann Pinscher

A
  • Overwegend black and tan - chocolate and tan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
46
Q

Dwergpinscher

A
  • Apart ras
  • Vierkant gebouwd
  • Kefferig ding
  • Strak in huid - geen losse keelhuid
  • Verschillende kleuren - ree-achtige gele kleur - black and tan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
47
Q

Molossers

A
  • Doggen en dogachtigen
  • Doggenhoofd - relatief platte schedel - veel huidplooien - korte snuit - zware lippen, voornamelijk bovenlippen, die niet aansluiten op onderlippen - duidelijke verticale streep aan neusstop - veel keelhuid - zware en korte neus - ademhalingsproblemen
  • Milde doggenmuil - veel minder
  • Ectropion - onderste ooglid zakt door - slijmvlies te zien
  • Rozenoren - oren die niet te groot zijn - met stugge en kraakbenige basis - relatief slappe niet al te grote oorschelp die schuin naar achteren wijst naar de nek - binnen in oor te kijken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
48
Q

Engelse bulldog

A
  • Doggenhoofd
  • Ook Franse - freler en kleiner
  • Robuuste bouw - breed - hangt tussen voorbenen - compact
  • Huidplooien op lichaam - hals en rugstreek
  • Rozenoren
  • Varkensstaartje - niet te lang en opgekrult
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
49
Q

Mastiff - Engels

A
  • Imposante, grote dog - groot hoofd
  • Gele basiskleur - variaties - abrikoos
  • Uitgebreid donker hoofd - masker - bleker lichaam - op staart kunnen donkerdere haren voorkomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
50
Q

Bordeuxdog - Frankrijk

A
  • Intens geel - goudgeel tot mahoniekleur, donker goud-geel
  • Doggenmuil
  • Platte, brede schedel
  • Hangende bovenlippen
  • Variatie op kleur snuit en neustop - meest rode snuit (op examen) - ook wel zwarte snuit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
51
Q

Pyreneese berghond - Frankrijk

A
  • Verwant aan koevasz
  • Meestal volledig wit
  • Andere vacht - haar staat meer van het lichaam af - luchtiger
  • Zwarte neustop en lippen
  • Hoofd is wat ronder van schedel en snuit is iets minder langgerekt - compacter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
52
Q

Newfoundlander - Canada

A
  • Imposante hond - semigroot - relatief breed en lang
  • Volumineus uitzicht - sterk behaard over hele lichaam
  • Oren hangen - behaard - naadloos over in omgeving
  • Duidelijke stop - praktisch verticaal
  • Afgeronde scheden
  • Korte beharing aan voorkant benen
  • Goed behaarde staart
  • Zwart - bruin
  • Reddingshond - drenkelingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
53
Q

Duitste dog - Duitsland (Deense dog)

A
  • Hoog - imposant - elegant
  • Windhondeninvloed - lange schenkelbeenderen - opgeschorde buik - diepe flanken - smal, benen dichtbij elkaar - knokig hoofd, schraal bespierde wangen - verticaal hangende lippen
  • Haarkleed - kortharig - 1 kleurig, zwart, geel - donkere tijgerstrepen, gestroomd op bleke achtergrond (andersom ook mogelijk bij ander ras) - bont blue merle
  • Harlekijn - alleen bij Duitse dog - zwart-wit - uiteenlopende grillig afgelijnde vlekken
  • Milde doggenmuil
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
54
Q

Boxer - Duitsland

A
  • Milde doggenmuil
  • Basiskleur - geel - kortharig - op gladharige af - ook tijgerstrepen, getroomd
  • Ierse aftekening - kleine witte aftekeningen - neus, voorborst, tenen en topje staart
  • Goede gespierdheid - komt tot uiting door huid door kortharige vacht
  • Vaak achterstandig - afhelende ruglijn
  • Achterhand minder ontwikkeld op volume
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
55
Q

Rottweilier - Duitsland

A
  • Altijd black and tan
  • Stockharige vacht
  • Robuust gebouwd - zwaar
  • Brede staartwortel die versmalt en puntig eindigt - otterstaart
  • Oren hangen naar beneden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
56
Q

Leonberger - Duitsland

A
  • Langhariger - zeker in wintervacht - lichaamscontouren blijven wel te zien
  • Opgaande borst-buiklijn
  • Beenbevedering - lange haren aan de achterkant van achterste benen
  • Milde doggenmuil - hoog aangezette oren die sterk behaard zijn
  • Matige wangontwikkeling
  • Met of zonder masker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
57
Q

Sint-Bernard - Zwitserland

A
  • Middellangharig - langharig
  • Hulphond - reddingshond
  • Altijd bont met oranje-rood - donker pigment aan hoofd, soort masker - witte bles tot aan lippen
  • Dwarse groeve over schedel
  • Benige oogkassen
  • Ingevallen wangen
  • Uitbundig gevederde staart
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
58
Q

Mastino napoletano - Italie

A
  • Plomp - hoogbenig
  • Meestal in donkere kleuren - kunnen tijgerstrepen hebben - bleke op donkere ondergrond
  • Hoofd - sterke huidplooien - zeer zware bovenlippen - veel overtollige keel- en wanghuid
  • Kleine oortjes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
59
Q

Shar-Pei - Hongkong

A
  • Pas recent populair geworden
  • Pup - veel te veel huid - veel huidplooien - groeit uit plooien - maar blijven op de kop
  • Kleine driehoekige oortjes
  • Neus - gezwollen, plompe indruk - neuskussen
  • Varkensstaartje
  • Variabele kleuren - nooit bont
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
60
Q

Berner sennenhond

A
  • Stoer - zwaar gebouwd - groot
  • Langharig
  • Goed bevederde staart
  • Afgeronde schedel - goed ontwikkelde snuit
  • Wit - voorborst - neus, bles - kan ook op tenen en puntje van staart
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
61
Q

Appenzeller Sennenhond

A
  • Kortharig
  • Matige gestalte
  • Wit spreid uit rond de hals
  • Staart - lang behaard - krult op naar boven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
62
Q

Grote zwitserse sennenhond

A
  • Groot
  • Helemaal kortharig
  • Groot hoofd
  • Wit - tenen - voorborst - topje vande staart - neus, bles
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
63
Q

Airedale terrier - Groot-Brittanie

A

Airedale terrier - Groot-Brittanie

  • Donkere mantel op gele basis kleur
  • Oren - kortharig - contrasteren met andere beharing
  • Draadharige vacht - kronkelig garnituur
  • Staart - rechtop - omhoog staand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
64
Q

Groep 3 - terriers

A
  • Honden die iets hebben met grond/bodem - aarthonden
  • Kortbenige - gebruikt voor jacht onder de grond - marters, wezels
  • Bijterig - sterk karakter - graversinstinct - blafferig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
65
Q

Welsh terrier - Groot-Brittanie

A
  • Identiek aan airedale, maar kleiner

- Op examen beide zeggen en dat deze 20cm kleiner is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
66
Q

Lakeland terrier

A
  • Lijkt op airedale en welsh - klein

- Blekere kleur - basiskleur geel en met of zonder mantel - verschil op intensiteit - op examen met mantel

67
Q

Bedlington terrier

A
  • Ramshoofd - geen stop
  • Opgebolde rug
  • Diepe borstkas met opgeschorte buik
  • Blauw-wit achtige kleur
  • Fijn staartje
  • Bewolde kuif - in contrast met rest van de beharing
  • Klein bosje haren aan top oren
68
Q

Manchester terrier

A
  • Ontypsich
  • Altijd black and tan
  • Smalle schedel - puntig eindigende snuit
  • Lange oren die naar voor tippen - omvouw ver van bovenrand schedel
69
Q

Fox terrier

A
  • Draadharig - krul en kronkel - garnituur prominent aanwezig en niet sluik
  • ‘Kuifje’
  • Altijd bont - veel meer wit dan kleur - geel, zwart of beide - geen black and tan
  • Beharing op de benen langer dan op het lichaam
  • Oren - kort behaard - tippen naar voor
  • Hoofd - vrij lang, smal, puntig en knokig
  • Komt ook gladharig voor
70
Q

Parson Russel terrier

A
  • Gladharig - ook ruwharige variant, geen uitbundig garnituur
  • Langbenig/hoogbenig
  • Oren - tippen meer naar de zijkant
  • Hoofd - afgeronder - kortere snuit
  • Meer wit dan kleur - vaak alleen kleur in oor met oog en staartbasis
71
Q

Jack Russel terrier

A
  • Kortbenig en langgerekt
  • Glad en ruwharige variant
  • Meer wit dan kleur
  • Afgeronder hoofd - kortere snuit
72
Q

Border terrier

A
  • Ruig uitzicht - harde haren
  • Tarwe kleur doorspekt met grijze haren
  • Otterstaart
  • Otterhoofd - afgerond - ruige snuit
  • Oren - tippen naar voor, maar meer zijdelings aan de schedel - andere beharing
73
Q

Sealyham terrier

A
  • Meestal volledig wit - lichte pigmenten aan hoofd
  • Langharig aan de onderkant - snor en baard
  • Relatief groot hoofd
  • Typische lichaamsvorm
74
Q

Cairn terrier

A
  • Puntige rechtopstaande oren
  • Kleurvariaties
  • Semi lange beharing
75
Q

West highland white terrier

A
  • ‘Cesar’
  • Compact
  • Hoofd - diepliggende ogen
  • Breed
  • Oren - puntig en rechtop
  • Stevige beharing - vooral onderkant
  • Witte variant Cairn terrier
76
Q

Schotse terrier

A
  • Relatief groot hoofd - puntige snuit
  • Lange puntige oren
  • Wenkbrouwen, snor en baard - sluike lange haren
  • Lange beharing - vooral onderkant
  • Meestal zwart - eventueel blauw, verdunning zwart
77
Q

Skye terrier

A
  • Lang
  • Lang sluik haar
  • Grote oren - met lang haar van randen en achterzijde
  • Kortbenig
  • Variabele kleuren
78
Q

Norfolk terrier

A
  • Stekelharig - warrig - hard - stevig - zonder krul, recht - langer aan voorkant
  • Kleinste
  • Kleur - meestal goud/gele kleur
  • Oren - naar beneden
  • Geen snor of baard
  • Opstaande kleine staart
79
Q

Norwich terrier

A
  • Oren - rechtopstaand - lijkt verder op norfolk terrier
80
Q

Dandie dinmont terrier

A
  • Rechtopstaande kuif
  • Groot hoofd - diepliggende ogen
  • Oren - eindigen op pluim
  • Lichaamsvorm - opbuigende lendenlijn - borstdiepte dieper dan flankdiepte
  • Sterke beharing aan voorzijde
81
Q

Bull terrier

A
  • Gedrongen - breed - laagbenig - fors - gespierd - strak in de huid
  • Sterk karakter
  • Hoofd - typisch - eivormig - puntiger eindigent - dichtbij elkaar staande ogen die hoog in de schedel staan
  • Variatie in kleur
  • Geen stop - ramshoofd
82
Q

Staffordshire bull terrier

A
  • Niet alleen stafforshire terrier op examen - 2 variaties
  • Gedrongen - breed - strak in huid
  • Mild doggenhoofd - weinig op geen rimpels - afgeronde kaken
  • Ogen meer zijdelings
83
Q

Yorkshire terrier

A
  • Langharige terrier

- van big bang theorie

84
Q

Ierse terrier

A
  • Lijkt op Airdale - vacht is anders - oranje bruin
85
Q

Kerry blue terrier

A
  • Blauw grijze haren
  • Langgerekt maar kort van lichaam
  • Kan vergrijzen
86
Q

Irish softcoated wheaten terrier

A
  • Altijd tarwekleurig

- Luchtige lange vacht

87
Q

Australische terrier

A
  • Kort
  • 2-kleurig - ruige beharing
  • Oren - lang en puntig
  • Ruige haren langer bij hoofd bovenaan en wangen - soort kuif
88
Q

Silky terrier

A
  • Kruising skye
  • Op examen niet te kunnen onderscheiden van yorkshire terrier
  • Grote puntige oren
  • 2 kleurig
  • Groter en krachtiger
89
Q

American staffordshire terrier

A
  • Niet alleen stafforshire terrier op examen - 2 variaties
  • Hoogbeniger en iets groter
  • Strakke huid - sterke bouw
  • Hoofd - niet zulke ronde oogopeningen - duidelijke rimpels op voorhoofd - doggenhoofd - wangen minder ontwikkeld - ingevallen onder jukbeenderen en ogen, deze steken meer uit
90
Q

Teckel

A
  • Lange dieren met korte poten - rugafwijkingen
  • Driehoekige oren - lang hoofd
  • 3 maten - op basis van borstomtrek
    - Kaninchen teckel - kleinste
    - Dwergteckel - middel
    - Standaard teckel - grootste
  • Haarkleed
    - Kortharig - ook rood of geel merle
    - Langharig - oren, voorborst
    - Ruwteckel - wildkleurig
91
Q

Keeshonden

A
  • Breed hoofd met een matig lange snuit - sterke kaken - dicht gesloten strakke lippen
  • Oren - spits - puntig - opstaand gedragen - uiterst beweeglijk
  • Hoog aangezette overvloedig behaarde staart die opkruld over de achterhand
  • Overvloedige vacht - kraag
  • Nerveus - blafferig - wreedaardig - niet in alle rassen
92
Q

Siberian husky

A
  • Veel kleurverscheidenheid
  • Niet super uitbundend behaard
  • Geen halskraag
  • Geen gekrulde staart
  • Lichter - elegant uitzicht
  • Fijn besneden hoofd - lang
  • Oren staan kaarsrecht
  • Tegenovergesteld masker - lichtere neus
  • Odd eyed - komt veel voor - twee verschillende kleuren ogen - niet pathalogisch
93
Q

Alaskan malamute

A
  • Veel kleurverscheidenheid
  • Grover gebouwd - zwaarder
  • Afgeronder, breder en plomper hoofd
  • Oren - in een hoek met schedel - niet kaarsrecht - met de toppen naar voor
  • Halskraag - bij wintervacht heel goed te zien
  • Bevederde staart - niet naar beneden gedragen - zit lichte knik
94
Q

Samojeed

A
  • Meestal wit
  • Veel beharing - dense ondervacht - thermobeschutting
  • Staart - goed behaard - opgekrult naar boven over de lensensteek
  • Beharing vrij kort op hoofd - korter op de benen
  • Hoofd - lippen niet volumineus - strakke lippen - scherpere neus
95
Q

Spitzehonden

A
  • Verschillende soorten op schofthoogte

- Pomeriaan - dwerg spitz

96
Q

Wolfsspitz

A
  • Veel beharing
  • Korte dieren - rug
  • Grijs
97
Q

Chow chow

A
  • Leeuwachtig voorkomen
  • Ook kortharige
  • Langharig
  • Snuit is wat wilde doggenmuil
  • Mondslijmvliezen en tong zijn paarsblauw
  • Spronghoek is van achter zeer recht
98
Q

Basenji - oerhondtype - primitief type

A
  • Opgekrulde staart
  • Altijd kortharig
  • Typische bontaftekening - altijd rond muil, voorborst, poten en staartpuntje - uit de hand gelopen ierse aftekening
  • Driehoekig hoofd met brede oren die schuin staan
  • Vrij strak in de huid - altijd bezorgde blik
99
Q

Groep 6: Lopende honden - brakken, drijvende honden - zweethonden

A
  • Zweethonden behoren tot de lopende honden
  • Uitmuntend reukvermogen - in staat sporen op te merken
  • Lopende honden - jachthonden - jacht met drijfhonden - groepsinspanning
  • Drijfhonden - brakken - bij achter het wild aan zitten blaffen ze luid - brakeren - drijven het wild op
  • Enorme fysiek - konden grote afstanden afleggen
  • Interactie ruiter en hond is minimaal wanneer jacht bezig is
  • Grotendeels verdwenen
100
Q

Foxhound

A
  • Rechte benen
  • Krachtig gespierd
  • Omvangrijke borstkas - hoge sportieve inspanning - grote longen en hart
  • Groepshuisvesting, roedelinstinct - niet geschikt als huishond - brakeren - huilend geblaf
  • Veel kleurverschil
  • Staart omhoog gehouden
101
Q

Beagle

A
  • Wel als gezelschapsdier
  • 2 kleurig - wit met geel
  • 3 kleurig - zadel of mantel die zwart is
  • Lange zware oren
  • Staart omhoog gehouden
102
Q

Bassethound

A
  • Kortbenig
  • Plomp - zwaar - langgerekt
  • Huidplooien - vooral in schoft- en keelstreek
  • Hoofd - grof - zwaar - hangende onderste oogleden - Sint-Hubertusknobbel
  • Oren - zeer lang - plooivorming
  • 2- of 3-kleurig - veel variatie
  • Grof skelet
  • Veel standafwijkingen
103
Q

Sint-Hubertushond - bloedhond

A
  • Basiskleur geel - kan ook donkerder zijn - mantel
  • Hoofd - plat schedeldak - zware diepe lippen
  • Zeer lange oren - plooivorming
  • Huidplooien in de hals
104
Q

Basset Artesien Normand

A
  • Kortbenig - langgerekt - elegant gebouw
  • Licht skelet - geen standafwijkingen
  • Strak in de huid - geen huidplooien
  • Lange oren - niet geplooid
105
Q

Blue de Gascogne

A
  • 3 soorten
  • Grand - petit - verschillende schoft hoogte
  • Modificatie black and tan - met niet homogeen zwarte zones - platen of spikkeling of beide
  • Basset - korte benen - dominant overerfbaar kenmerk
106
Q

Pronkrug - rhodesian ridgeback

A
  • Zimbabwe
  • Altijd goudachtig geel - licht of donkerder
  • Driehoekige oren die naar beneden hangen
  • Pronk op de rug - haren die iets langer zijn en een andere positie hebben dan de andere haren - boog - ziet er donkerder uit - haarwervel bovenaan
107
Q

Dalmatier

A
  • Gevlekt - wit met meestal zwarte vlekken die groter zijn op de romp als op de benen - niet in elkaar overvloeien - kunnen ook bruin zijn of beide kleuren hebben
108
Q

Groep 7: Staande honden

A
  • Staan in contact met baas en moeten bevelen op kunnen volgen
  • Groot-Brittannie - gespecialiseerder in een jacht richting van nature - benaming
  • Europa - kunnen meer verschillende richtingen van nature
109
Q

Braque (brak is een lopende hond)

A
  • Kortharig
  • Hangende driehoekige oren
  • Gemoedelijke blik
  • Lichter gebouwd
  • Nooit effen - altijd spikkels en platen en kleurvariatie op de hond - kan ook in combinatie voorkomen
110
Q

Epagneul breton

A
  • Half langharig
  • Kleur - donkerbruin of helder rood bruin - combinatie van platen met spikkels
  • Altijd langharige oren - oren kleur van lichaam
  • Pigment van lichaam altijd te zien aan hoofd - sluiten de ogen in
  • Haar niet overal even lang - beenbevedering
111
Q

Griffon d’Arret a poil dur - korthals

A
  • Ruwharig

- Hoofd - lange wenkbrauwen - snor en baard - garnituur - lang en sluik

112
Q

Pointer

A
  • Platen in combinatie met spikkels - ook wel overwegend wit met alleen kleur op oren en ingesloten ogen
  • Hoogbenig
  • Elegant uitzicht - licht skelet - slank
  • Opgeschorte buik
  • Kattenvoeten - kort afrol moment - vlot
  • Hoofd - knokig - benig - superkort haar - neiging tot wipneus
113
Q

Engelse setter

A
  • Uitbundig golvend behaard - onderzijde - beenbevedering - staartvlag
  • Hoofd - knokig - plat schedeldak
  • Oren - lang behaard - golvend en krullerig
  • Altijd gespikkeld - kleur kan verschillend - black and tan variatie
  • Jacht in het open veld
114
Q

Gordon setter

A
  • Uitbundig golvend behaard - onderzijde - beenbevedering - staartvlag
  • Hoofd - korter en dieper
  • Oren - lang behaard - golvend en krullerig
  • Zwaarste
  • Altijd black and tan
  • Jacht in het open veld
115
Q

Ierse setter

A
  • Uitbundig golvend behaard - onderzijde - beenbevedering - staartvlag
  • Hoofd - langgerekt
  • Oren - lang behaard - golvend en krullerig
  • Fel rood oranje bruin - af en toe witte borstvlek
  • Zeldzaam ook wit-rood - is oorspronkelijke gedaante
  • Jacht in het open veld
116
Q

Deutscher vorstehhund - duitse staande hond

A
  • 4 varianten op vacht
    - Kortharig
    - Draagharig - meer kronkels in de haren - garnituur opvallend aanwezig - ruw, warrig aspect
  • Eerder vierkant bij zijaanzicht
  • Relatief hoogbenig
  • Kortere rug
  • Combinatie van platen met spikkels
117
Q

Weimaraner

A
  • Altijd effen lilac - verdund chocolade bruin
  • Hoogbenig - langgerekt - slank
  • Hoofd - niet al te sterk ontwikkelde wangen
  • Oren - wijzen van het hoofd af
  • Staan erg gestrekt met achterhand - rug sterk hellend
  • Glad/kortharig - ook wel langharig, zeldzaam
118
Q

Bracco italiano - Italiaanse staande hond

A
  • Duidelijke sint-Huberstus knobbel
  • Lange oren met lichte oorplooien
  • Paar plooien in schoftstreek
  • Combinatie spikkel en platen - fel geelachtig bruin - ook wel variaties - platen uitgerafeld
  • Hoofd - zware lippen - milde doggenmuil - wenkbrauwbogen puilen uit
119
Q

Magyar Vizsla - Hongaarse staande hond

A
  • Donker tot goudkleurig
  • Ondiepe flanken - smal - ingevallen - weinig volumineus
  • Ook draadharige versie
120
Q

Groep 8: Apporteer-, water en opstoothonden

A
  • Functioneel ook staande honden

- Jacht op het water

121
Q

Golden retriever

A
  • Goed gekent
  • Breed gewelf hoofd - kortharig
  • Verder goede beharing
  • Basiskleur - goud - kan ook verdund zijn
122
Q

Labrador retriever

A
  • Korter behaard
  • Dense beharing
  • Plomp - zware voorhand - korte en brede hals
  • Borstdiepte groter dan langte van de benen
  • Otterstaart
123
Q

Flatcoater retriever

A
  • Vlak aanliggende vacht - langere beharing
  • Langgerekter - smallere hals - hoogbenig
  • Overwegend zwart - ook chocolade bruin
  • Staartvlag en beenbevedering
124
Q

Curlycoated retriever

A
  • Gekrulde haren - behalve op hoofd - oren wel - zwakker op uiteinden van benen
  • Voornamelijk zwart - ook wel chocoladebruin
125
Q

Engelse cocker spaniel

A
  • Nerveus - zenuwachtig
  • Langharig - veel krullerige haren
  • Lange oren met krullerig haar
  • Matig-groot
  • Vierkante bouw - iets hoger dan lang
  • Veel kleurvariatie - alles komt voor
  • Hoofd - langgerekt - schedel is hoekig - snuit is langgerekt en smal
  • Oren - laag aangezet - onder ooglijn
126
Q

Engelse springer spaniel

A
  • Opstoothonden
  • Grootste
  • Lange gegolfde beharing
  • Laag aangezette oren met krullerige beharing
  • Beenbevedering - staartvlag
  • 2 basiskleuren - zwart en chocolade kleuren - grote plaat hiervan met wit en ook wel spikkels
  • Langer dan hoog
  • Hoofd - afgeronder - langer
127
Q

Welsh springer spaniel

A
  • Lange gegolfde beharing
  • Oren - relatief kort behaard - geen golving - kort en breed - hogere inplanting
  • Alleen oranje-bruine platen met wit - ook wel wat spikkels
128
Q

Sussex spaniel

A
  • Kortbenig
  • Matig-groot
  • Plomp - zwaar
  • Doggeninvloed - hoofd - zware snuit en lippen - milde doggenmuil
  • Oren - lang - lange beharing - niet gekrult
  • Lange golvende haren
  • Hangende oogleden - ectropion
  • Basiskleur - goudkleurig bruin
129
Q

Clumber spaniel

A
  • Zwaar - middel-groot
  • Vierkanter van bouw
  • Basiskleur is wit met beperkte pigmenten van bruin aan oren, lippen en neusrug
  • Doggeninvloed - milde doggenmuil
  • Lange beharing - niet meer krullerig
  • Brede schedel - afgerond van boven
130
Q

American cocker spaniel

A
  • Showdier - nooit gebruikt voor de jacht
  • Grote langharigheid - erg uitbundig - vooraan - sterke beenbevedering
  • Hoofd - minder langgerekt - hogere stop - dieper
  • Oren - lang en behaard
  • Wipneus
  • Grote kleurvariatie
131
Q

Groep 9: Gezelschaps- en dameshondjes

A
  • Vanaf het begin alleen als gezelschapsdier gebruikt
132
Q

Poedel

A
  • Uitzondering - ook gebruikt voor jacht - functioneel staande honden
  • Bekent
  • Pluizige vacht - kroesvacht - wollige krulletjes
  • Korte beharing op neusrug
  • Duidelijke stop
  • Lippen - ondiep - strak
  • Koningspoedel - grootste - meestal wit - ook bruin
  • Sttandaardpoedel
  • Dwergpoedel
  • Toypoedel - kleinste
  • Komen ook voor met koordvacht - in verschillende maten
133
Q

Vlinderhondje

A
  • Dwerg spaniel
  • Met verbeelding silouet van vlinder in oren
  • Opverend haar
  • Staart - naar boven gericht
  • Snuitje - licht uitpuilende ogen die nogal laag zitten met scherp snuitje
  • Veel kleurvariatie
  • Oren omhoog - ook aan binnenzijde lang behaard
134
Q

Nachtvlinderhondje

A
  • Zelfde als vlinderhondje alleen met oren omlaag
135
Q

Franse bulldog

A
  • Kleiner - lichter
  • Neiging tot macho uitzicht - breed vooraan
  • Strak in huid
  • Doggenmuil
  • Tijgerstrepen met combinatie van zwart haarkleed - ook andere kleuren
  • Rechtopstaande oren - groot - brede basis met afgeronde punt - vleermuisoren
136
Q

Bichon a poil frise

A
  • Kroesvacht
  • Altijd wit
  • Langharig
  • Staart - naar boven - uitbundig haar
  • Uitbindige kuif - naadloos ove rin oren, baard en snor - matige snor
  • Voorbenen korter dan achterbenen
  • Borstdiepte veel dieper dan flankdiepte
137
Q

Griffon belge

A
  • Black and tan - ook geel

- Ruwhariger - duidelijker garnituur

138
Q

Griffon bruxellois

A
  • Ruwharig

- Alleen rossig rood

139
Q

Petit brabancon

A
  • Hoofd - korte snuit - neustop tegen ogen - opgebogen onderkaak
  • Staart - breed en omhoogstaand
  • Kortharig - altijd
  • Alle kleuren komen voor - black and tan - geel - rossig rood
140
Q

Maltezer

A
  • Altijd wit
  • Show - lange fijne beharing - veel garnituur
  • Staart - lang behaard - naar boven gericht
  • Hoofd - grote zwarte neustop - donkere grote ogen - zwarte lippen
  • Getrimd
  • Smal - voorborst is wel breder
141
Q

Tibetaanse terrier

A
  • Staart - omhoog
  • Verschillende kleuren
  • Hoofd - lange beharing vanaf schedeldak - ogen niet te zien - matige snor - baard
  • Volumineuze beharing van rechte benen
  • Uitbundige sluike beharing
142
Q

Tibetaanse spaniel

A
  • Duidelijke krul in staart - keeshond
  • Lichte doggenmuil
  • Zeer uitbundige ondervacht - dens - aan oppervlakte - donzig, zacht uitzicht
  • Sluik haar
  • Breed voorhoofd
  • Oren - hoog aangezet
  • Hoofd dichtbij schouders - zware hals
143
Q

Shih tzu

A
  • Show - extreem lange beharing
  • Oren, snor, baard gaan in elkaar over
  • Staart - rechtopstaand
  • Witte bles en witte staarttop
  • Hoofd - ogen relatief groot - neiding tot uitpuilen - korte neusrug - neus in de lucht - arrogant
144
Q

Lhasa apso

A
  • Tibetaans leeuwhondje
  • Langere snuit
  • Meer golf in haren - grover
145
Q

King charles spaniel

A
  • Langharig - golf
  • Hoofd - doggensnuit - neustop op ooghoogde - bovenkaak opgebogen
  • Oren - boven ogen - niet bovenaan schedel
  • Matig gewelfde schedel bovenaan
146
Q

Cavalier king charles spaniel

A
  • Langharig - golf
  • Iets groter en zwaarder
  • Hoofd - langere snuit - lange neusrug die afheld naar beneden - plat en breed voorhoofd
  • Oren - hechten aan bovenaan schedel
147
Q

Boston terrier

A
  • Vierkante bouw - hoger - langbeniger
  • Strak in de huid - hoofd ook
  • Hoofd - geen rimpels -
  • Oren - meer naar de zijkant ingeplant, schuin - puntig
  • Minstens een witte bles
148
Q

Japanse spaniel

A
  • Meestal geel-oranje met wit of zwart met wit
  • Langharig - golvend
  • Lange gekrulde staart - langer behaard dan lichaam
  • Hoofd - gewelfd voorhoofd - uitpuilende ogen - kort snuitje
  • Bovenlippen - kort en afgerond
  • Kijken scheel naar buiten
149
Q

Pekinees

A
  • Bekent
  • Leeuwachtig voorkomen
  • Doggenmuil - ogen puilen niet uit
  • Rimpels op neusrug
  • Staart - recht omhoog
  • Benen - onderzijde vooral kort behaard - verder lange beharing
150
Q

Mopshond - pug

A
  • Plomp - korte benen - zware halsaanzet
  • Hoofd - zwaar
  • Opgekrulde staart - liefst 2 krullen
151
Q

Chinese naakthond - als type

A
  • Grote rechtopstaande oren - spitse muil
  • Naakt lichaam - uiteinde benen, staart, hals en bovenkant van het hoofd wel behaard
  • Mutatie - oorspronkelijk volledig behaard
152
Q

Chihuahua

A
  • Klein
  • Hoofd - appelvormig - rechtopstaande driehoekige oortjes die naar buiten staan
  • Benige oogkassen die uitpuilen
  • Kortharig of langharig
153
Q

Coton de tulear

A
  • Meestal wit - ook in beperkte mate kleur
  • Kleiner
  • Staart naar beneden - bij maltezer naar boven
  • Neus duidelijk langer - ogen meer verborgen
  • Lichaamsvorm - opgebogen rug - benen dichterbij elkaar
154
Q

Groep 10: Windhonden

A
  • Gladharig
  • Geen stop
  • Opgeschorte buik
155
Q

Greyhound

A
  • Geen stop
  • Rozenoren - slappe naar achteren gerichte oorschelp
  • Groot borstkaasvolume
  • Lange schenkelbenen
  • Een van de grootste
  • Gladharig
  • Kattenvoeten
  • Rug relatief recht - helt wel af
  • Staart naar beneden - tussen de benen
  • Bont of effen - tijgerstrepen
156
Q

Whippet

A
  • Lijkt op greyhound - lagere schofthoogte - met dezelfde verschillende kleuren
  • Rug - opgebogen na de schoft - karperrug
  • Geen stop
157
Q

Afgaanse windhond

A
  • Haar zeer lang en sluim - benen lijken breder dan ze zijn
  • Oren - zeer lang behaard - hangen verticaal naast wangen - geen rozenoren
  • Staart - weinig behaard - milde boog - dun
  • Masker - wel of niet aanwezig
  • Hals vrij verticaal gehouden
158
Q

Deerhound

A
  • Meestal grijzige kleur - ook wel donker en bleker
  • Lichter gebouwd - slanker
  • Hoofd - versmalt van schedel naar snuit toe - ondiepe snuit
  • Oren - semi-rozenoren
  • Opgebogen ruglijn
  • Opgeschorte buik
159
Q

Ierse wolfshond

A
  • Plomper
  • Opgeschorte buik - wel minder
  • Breder en zwaarder
  • Hoofd - snuit is dieper in verhouding tot de langte - compacter - plomper en zwaarder
  • Gladharig
  • Rechtere rug
160
Q

Sloughi

A
  • Gestoomlijnd
  • Basiskleur - zandkleurig - al en niet in combinatie met masker
  • Hoog in vergelijking met lengte
  • Oren - geen rozenoren - brede driehoekige oren die naar beneden hangen langs de wangen
  • Stop matig
  • Staart - tussen de benen
  • Gladharig
161
Q

Saluki

A
  • Zeer kortharig - behalve oren die lang zijn en naar beneden hangen - kleine been bevedering
  • Staart - op uiteinde grotere haarmassa
  • Grote kleurvariatie
162
Q

Barzoi

A
  • Gebruikt in berenjacht
  • Iets minder betrouwbaar
  • Smalle kop - spits eindigent
  • Ogen - starre kijkers - dichtbij elkaar en kijken recht naar voren
  • Langharig - langer aan voorzijde - beenbevedering en ook behaarde staart
  • Opgebogen rug - ook wel bochel
  • Grote kleurvariatie
  • Hoofd - korte beharing
  • Oren - slappe rozenoren
163
Q

Italiaans windhondje

A
  • Gezelschapshondje - vrij klein
  • Kleur - meestal bruin gelig met wittige voorborst
  • Benen zeer lang in vergelijking met lichaam
  • Spitse neus - geen stop
  • Oren - puntige oren die naar achter en naar opzij staan
  • Hals - vrij verticaal gehouden
  • Welving in hals naar achter toe - curve