Unit 3: Chapter 12: Part 1: De vroege aarde en de oorsprong en diversificatie van het leven. Flashcards

1
Q

Wat is evolutie

A

Charles Darwin, het onderliggende thema dat onder alle biologie onderwerpen ligt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar is de leeftijd van de aarde op gebaseerd?

A

Het langzaam delen van radioactieve isotopen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe oud is de aarde?

A

4.5 Miljard jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waardoor is de aarde ontstaan.

A

Supernova van een oude ster.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar kan het eerste bewijs van leven worden gevonden, en hoe oud is dit?

A

In gesteente, 3,86 miljard jaar geleden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is er gevonden in gesteente van de barberton Greenstone Belt, in Zuid-Afrika

A

Een rod-shaped bacterie van 3.45 miljarde jaar oud. ongeveer 0,7uM in diameter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom was de oppervlakte van de aarde waarschijnlijk eerst niet geschikt voor het leven?

A

Het aardoppervlak was zonder zuurstof en was veel heter dan tegenwoordig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe werden de eerste Organische Samenstellingen gemaakt?

A

Door abiotische systemen dit was de oorsprong van het leven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom is het doen van onderzoek moeilijk naar de gebeurtenissen uit deze periode.

A

Weinig gesteente heeft de tijd overleeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Leg de Subsurface origin Hypothesis uit.

A

Leven is ontstaan bij hydrothemale bronnen op de bodem van de oceaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Noem 2 punten die spreken voor de Subsurface Origin Hypothesis

A
  1. De condities op de bodem van de zee zijn stabieler.

2. De juiste moleculen waren aanwezig, Hydrogen H2+ en Hydrogen Sulfide H2S

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Leg de S.O.H. in drie stappen uit.

A
  1. Minerale porien vormen biologische compartimenten.
  2. De Compartimenten zorgen voor het verbinden van energie reacties zodat moleculaire replicatie ontstaat.
  3. Uiteindelijk vormen er lipide bilayers en konden de cellen zich verspreiden naar andere omgevingen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke 4 dingen zijn er nodig voor de S.O.H>

A
  1. Mound bestaat uit Klei en metalsulfide en carbonaten.
  2. Oceaanwater op 20C. met metalen, CO2 en PO4 2-
  3. Voedingsstoffen H2, H2S, NH4+ CO,
  4. Stroming.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar heeft de chemistry van de prebiotische systemen bij de vroege aarde voor gezorgd?

A

Zodat de zelf- repilcierendesystemen konden ontstaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat was de basis voor de zelfreplicerende systemen?

A

RNA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke 2 voordelen heeft RNA?

A
  1. Kan kleine moleculen binden (ATP en andere nucleotide)

2. Het heeft een catalyserend effect.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Welke verschillende soorten RNA zijn er? Wat is het verschil met vroeger?

A

rRna, tRNA, mRna. Eerst was er 1 RNA voor al deze taken, langzaam zijn de taken vervangen door protaine en andere vormen van RNA

18
Q

Wat is het voordeel van DNA tegenover RNA

A

Deze is stabieler en daarom is het beter voor het coderen van genen en het overdragen van eigenschappen.

19
Q

Noem de 6 stappen die de hyptothese van het begin van cellulair leven weergeven.

A
  1. Biologische bouw stenen.
  2. RNA Wereld
  3. Protaine synthese
  4. DNA
  5. Lipide bilayers
  6. Divergentie tussen Bacteria en Archrea.
20
Q

Welke stap van het begin van Cellulair leven hoort bij prebiotische Chemistry

A

Biologische bouwstenen.

21
Q

Welke stappen van het begin van Cellulair leven hoort bij precellulair leven?

A
  • RNA Wereld (catalyserend RNA en Zelfreproducerend RNA)
  • Protaine synthese (RNA-template- reproductie)
  • DNA (replicatie & Transcriptie)
  • Lipide Bilayers (cellulaire compartimenten, Veel Horizontal gene transfer)
22
Q

Welke stap in het begin van het cellulaire leven hoort bij de evolutie en diversificatie

A

Het ontstaan van Bacteria en Archrea en het afscheiden van deze. )Componten van DNA Replicatie, transcriptie en translatie al op de juiste plek.

23
Q

Wat is het 3 delen systeem?

A

DNA, RNA en Protaine, het universele systeem onder cellen.

24
Q

Hoe zag het eerste cellulaire leven er uit?

A

Anearoob en chemotroof omdat de aarde nog geen zuurstof bevatte.

25
Q

Waar haalde organisme hun koolstoffen vandaan>

A

Koolstofdioxide (CO2)

26
Q

Waar haalden organisme hun energie vandaan?

A

van H2, gegenereerd uit een reactie van H2S met met UV licht.

27
Q

Wat was het gevolg van deze chemolithotrofische metabolisme?

A

Er ontstonden steeds meer organische stoffen, dit leidde tot snelle evolutie onder organisme die hier gebruik van maakten.

28
Q

Wat zijn stromalieten

A

Gefossileerde microde matten met filament prokaryoten die vast zitten in het sendiment.

29
Q

Hoe oud kunnen Stromalieten zijn?

A

3.5 miljard jaar en jonger.

30
Q

Wat is het verschil tussen moderne en vroege stromalieten?

A

Vroeger werden de stromalieten gevormd door anoxygenc fototroofe bacterien, nu door oxygenic fototrofe cynobacterien.

31
Q

wat gebeurde er 2.7 miljard jaar geleden bij cynobacterien?

A

Ontwikkelde een photosysteem wat H2O gebruikte i.p.v. H2S hierbij ontstond O2

32
Q

Wat gebeurde er 2.4 Miljard jaar gelden toen de O2 concentraties omhoog gingen?

A

De Great Oxidation Event.

33
Q

Wat gebeurde er met de eerste zuurstof die er ontstond?

A

Die reageerde met de IJzer oplossingen in het water.

34
Q

Wat laat een banded Iron Formation zien?

A

Door de reactie van ijzer deeltjes en water ontstonden er ijzer (oranje) strepen in gesteente.

35
Q

Wat zou er met de oceanen zijn gebeurt als de G.O.E er niet zou zijn geweest?

A

Dan zouden deze oranje zijn.

36
Q

Wat was het gevolg van de G.O.E

A

Veel soorten bacteria en Archrea konden niet tegen 21% zuurstof en stierven uit. Dit zorgde weer voor veel evolutie.

37
Q

Wat is het voordeel van metabolisme met zuurstof?

A

Deze leveren meer Energie op.

38
Q

Welke consequenties zijn er voor de hogere hoeveelheid O2?

A
  1. Ozon ontstond door het ontstaan van O3,
  2. Nu kon er ook op het land geleefd worden.
  3. Door het verdwijnen van de radiatie en UV door het ozon filter werd de aarde leefbaarder.
39
Q

Wat is 1 van de belangrijkste kenmerken van Eukaraya die 2 miljard jaar geleden ontstond?

A

Membraan omgeven celkern, en organellen.

40
Q

Hoe zijn de eerste Eukaryotische cellen waarschijnlijk ontstaan?

A

Door endosymbiose met bepaalde soorten Bacteria.

41
Q

Noem 3 bewijzen voor de Endosymbiose Hypothese

A
  1. Beide hebben ribosomal DNA
  2. overeenkomende gensecties in chloroplasten en Mitochrondia die passen bij bacteria
  3. Circulair DNA
42
Q

Wat is het verschil tussen de twee hypothesen over endosymbiose hypothese?

A

Het moment van het ontstaan van de celkern, bij de eerste ontstaat eerst de celkern bij de andere ontstaat deze als de chloroplast en de mitochondria zijn ontstaan.