TOXICOLOGIE Flashcards

1
Q

wat is een toxicant

A

= stof die toxisch is
= een giftige stof die geproduceerd wordt door of een bijproduct is van door de mens veroorzaakte activiteiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

toxiciteit van een bepaalde stof hangt af van

A
  • chemische structuur
  • manier van toediening
  • tijd van blootstelling
  • frequentie van blootstelling
  • fysieke vorm van toxicant
  • interactie van persoon en stof
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

manieren van toediening?

A

dermaal
inhalatie
oraal
injectie (IV)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

LOAEL

A

lowest observed adverse effect level

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

NOAEL

A

no observed adverse effect level

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

FAVV?

A

federale agentschap voor veiligheid van voedselketen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wanneer werd men bewust van de milieu-contaminatie (en hoe?)

A

vanaf jaren 60
= populatie van vogels daalde met 90%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

POPs?

A

persistente organische poluenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

(bio)accumulatie?

A

= opstapeling van toxicanten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

toxiciteitbepaling?

A

= grijze zone om te bepalen
= meeste stoffen worden getest op muis/rat -> niet persé representatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

verschillende criteria om deze parameters te bepalen?

A
  • persistentie
  • bio-accumulatie
  • potentieel voor lange-afstandsomgevingstransport
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is de partitiecoëfficiënt?

A

Kow = C0/Cw > 10^5
= heel slechte wateroplosbaarheid

als de Kow hoger is dan 10^5 = stof is lipofilisch => POPs hebben hoge Kow

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

dioxinen? PCDD en PCDF?

A

PCDD = polychloordibenzodioxide
PCDF = polychloordibenzofuraan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Belgische crisis: 1999: dioxinen

A

1g dioxine verdeeld over 500 ton dierenvoeding
-> hoge toxiciteit = op ng-niveau al heel toxisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

niet-persisterende organische contaminanten in eten?

A

= bepaalde structuren kunnen iets langer in het milieu blijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

pesticiden

A

= organofosfaatpesticiden
= bijna niet-persistent
= halfwaarde tijd is 2 dagen

16
Q

verschillende klassen van pesticiden?

A

= insecticiden, herbiciden, rodenticiden, fungiciden en acariciden

17
Q

fenoxyesters

A

= tijdens Vietnamoorlog
= 10% dioxinen
= enorm toxisch

18
Q

pyrethroïden

A

= insecticiden
= toegelaten om binnen huis gebruikt te worden vb. kat/hond vlooien bestrijden

19
Q

glyfosfaat

A

= meest gebruikte herbiciden
= enorm wateroplosbaar = grondwatervervuiling

20
Q

natuurlijke insecticiden?

A
  • nicotine = neurotoxine = 500 lagere dosis in rokers
  • terthienyl = verkregen van planten
21
Q

LOAEL voor pesticiden

A

geen acceptable daily intakes berekend op toxologische basis = wel gebruikt voor agricultuur = wat we meten in groenten/fruit is oke omdat de threshold zo hoog is

22
Q

endocriene verstoorders?

A

= veek van de stoffen waaraan we worden blootgesteld = hormoonontregelaars zijn chemische stoffen die bepaalde dosissen het endocriene systeem kunnen verstoren

23
Q

hormonaal systeem

A

thyroïde hormoon, seksuele hotmonen
= meeste onderzoek = estrogene en androgene verstoring, maar ook metabolische verstoringen die leiden tot diabetes

24
Q

mechanismen van endocriene verstoring?

A

contaminant moet in bloedbaan terecht komen en dan getransporteerd worden naar nucleaire receptor
- hormonen worden getransporteerd door proteincarriers
- contaminant gaat in competitie met proteincarriers

25
Q

alkyl-fenol ethoxylaten

A

= synthetische surfactanten
= non-ionic surfactants

= hoe minder gelijkenissen tussen stoffen-hormonen, hoe minder competitie

26
Q

ftalaten?

A

= flexibelmakers
= plastiek felxibel maken
sinds 2009 verboden in speelgoed

27
Q

bisfenol A

A

= zo potent
2023: 0,04 ng/kg
alternatieven binden die BPA free zijn

28
Q

bisfenol A en ftalaten?

A

= niet-persistent
halfwaardetijd = 20 - 30 uur
quasi POPs want dagelijkse blootstelling

29
Q

PAKs?

A

= polycyclische aromatische koolwaterstoffen

30
Q

eigenschappen van PAKs

A
  • pro-carcinogeen
  • teratogeen
  • mutageen
  • vrij stabiell en persistent
31
Q

carcinogeen?

A

= kankerverwekkend

32
Q

teratogeen

A

= toxisch voor foetus

33
Q

mutageen

A

= genetische afwijkingen veroorzaken

34
Q

halfwaardetijd van PAKs

A

in lichaam = snel excreteren = 10 - 12 uur