Thema 1. Kinderopvang Flashcards
Formele kinderopvang?
Dan zorgt een professionele medewerker voor het kind.
- kinderdagverblijf
- peuterspeelzaal
- voorschoolse opvang
- tussenschoolse opvang
- buitenschoolse opvang
- gastouder
- ouderparticipatie
- ouderparticipatie crèche
Informele opvang?
Verzorgt een niet gekwalificeerd persoon de kinderen. Bijvoorbeeld grootouders die op hun kleinkinderen passen.
Horizontale groep?
Liggen de leeftijden van de kinderen dicht bij elkaar.
Bijvoorbeeld een babygroep met kinderen tot 1 jaar.
Verticale groep?
Bestaat uit een groep met kinderen van verschillende leeftijden.
Peuterspeelzaal?
Biedt kinderen van twee tot vier jaar de mogelijkheid zich te ontwikkelen door spel en sociale contacten met leeftijdsgenoten.
De vier pedagogische basisdoelen?
1.bieden veiligheidsgevoel
2. bevorderen persoonlijke competenties
3. Bevorderen sociale competentie
4. Socialisatie
Kerndoelen?
Zijn doelen die een kind binnen het onderwijs dient te halen. Twee soorten kerndoelen:
- leergebied specifieke doelen ( rekenen en taal )
- leergebied overstijgende doelen richten zich op algemene vaardigheden, zoals sociaal gedrag en leerhouding.
Sbo en svo?
Sbo: tot de veertiende bezoekt een kind het speciaal basisonderwijs
Vso: van veertien tot twintig gaat het naar het speciaal voortgezet onderwijs.
Cluster 1- onderwijs
Richt zich op leerlingen die slechtziend of helemaal blind zijn.
Cluster 2-onderwijs?
Kinderen met een auditieve of communicatie beberking. Het gaat dan om kinderen die doof, stom of slechthorend zijn of andere taalmoeijkheden.
Cluster 3- onderwijs
Richt zich op kinderen met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking en op langdurig zieke kinderen.
Cluster 4- onderwijs?
Kinderen met gedragsproblemen of psychische stoornissen kunnen hier terecht.