Thema 1: H3 Flashcards
Welke twee fasen zijn er in het selectieproces voor werknemers?
- Sorteerfase-> op basis van noodzakelijke criteria.
- Positieve selectie-> Toepassing selectiemethodes.
Functieanalyse
De taken en de verantwoordelijkheden van de werknemer en het specifieke gedrag wat daarbij verwacht wordt van de werknemer.
Competentie
Een verzameling specifieke kenmerken en gedragingen die een werknemer in een bepaalde functierol moet vertonen om de relevante functietaken naar behoren te kunnen uitvoeren.
Welke twee dingen worden in de praktijk niet vaak uitgevoerd bij een selectieproces?
- Vaak vindt er geen grondige functieanalyse plaats.
- Er wordt zelden validiteitsonderzoek verricht naar de kwaliteit van het selectieproces.
Competentieanalyse
Methode om persoonsgerichte criteria voor een bepaalde functie op te stellen.
Persoonlijkheidskenmerken, persoonlijke kwaliteiten, waarden, attitudes en sociale vaardigheden.
-> Er worden vaak standaard raamwerken hiervoor gebruikt, maar dit sluit heel vaak niet goed aan.
Welke 4 bronnen zijn er voor een functieanalyse?
- Schriftelijk materiaal en bestaande documenten.
- Interviews (bv critical incidents techniques).
- Gegevens van collega’s of andere betrokkenen.
- Directe observatie.
Wat zijn twee bepalende factoren voor de kosteneffectiviteit?
- De selectieratio: het aantal functies gedeeld door het aantal kandidaten.
- De financiële voordelen van betere werkprestaties.