Tekenen Flashcards

1
Q

Geef de Latijnse benaming van : BORST, BORSTKAS, BUIK, NAVEL, BEKKEN

A

Thorax
Mamma
Abdomen
Umbilicus
Pelvis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Geef de Latijnse benaming van : oog, oor, neus, mond, schedel, hals

A

Oculus
Auris
Nasus
Cranium
Cervix

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geef de Latijnse benaming van : oksel, arm, voorarm, pols, schouder, elleboog

A

Axilla
Brachium
Antebrachium
Carpus
Acromion
Olecranon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Geef de Latijnse benaming van : bovenbeen of dij, knieschijf, enkel, knieholte

A

Femur
Patella
Tarsus
Popliteus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Geef de Latijnse benaming van : rug, lendenen, bil

A

Dorsum
Lumbus
Gluteus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Geef de Latijnse benaming van : handpalm, duim, vingers, tenen, hiel, voetzool, grote teen

A

Palma
Pollux
Digitis / phalanges
Phalanges
Calcaneus
Plants
Hallux

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Auris?

A

Oor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Acromion

A

Schouder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Olecranon

A

Elleboog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Popliteus

A

Knieholte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Calcaneus

A

Hiel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Voorbeelden van bindweefselmembranen?

A

SYNOVIA,

BURSA,

VAGINA TENDINIS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

FASES BIJ WEEFSELSCHADE

A

1.VASODILATATIE
2. UITREDING LEUKOCYTEN
3. FAGOCYTOSE
4. PROLIFERATIE OF WEEFSELHERSTEL
5. REMODELLERING

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Ander woord voor vrije zenuwuiteinden

A

Nociceptoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke stoffen geven basofielen af?

A

Heparine en histamine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

BLOEDVAT BESCHADIGD

A
  1. vasculaire fase
  2. Bloedplaatjesfase
  3. BLoedstollings fase of coagulatie
  4. Retractiefase
  5. Fibrinolyse fase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

TEKEN HET HART en benoem kleppen , kamers en bloedvaten en wanden tussen kamers

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

TEKEN CORONAIRE BLOEDSOMLOOP (AORTA) en benoem alle uitgangen?

A
19
Q

Teken schematische bloedsomlopen

A
20
Q

TEKEN prikkelgeleiding van het hart

A
21
Q

Teken grafiek van de bloeddruk

A
22
Q

Bloeddruk in arteriën =
Bloeddruk in capillaren =
Bloeddruk in venen =

A

120 mmHg - 80 mmHg
35 mmHg - 18 mmHg
18 mmHg - 0

23
Q

Diktes van de bloedvatwanden

A

ARTERIËN : 2.5 - 0.4 cm : TM meer el dan sp
ARTERIOLEN: 30 micm : TM 1/2 lagen spier
CAP 8 micm: TM en TE weg
VENULEN 50 micm TM ontbreekt
VENEN 2-9mm TM = dun en TE = dik

24
Q

Waar voor staat EPO ( nieren) en wat doen ze?

A

ERYTROPOETINE - > aanmaak RBC in rode beenmerg

25
Q

Afbraakreactie van creatinefosfaa( CP)

A

Creatine + P + E door enzyme creatinekinase

26
Q

Wat zijn CHYLOMICRONEN?

A

LIPOPROTEINEN ( transport vetten in het lichaam)

99% vet 1% eiwit
T uit voeding van darmen naar ander delen lichaam via lymfestelsel en bloedbaan

27
Q

Hoe heten de 2 kringspieren bij mictie? En welke spier?

A

SPHINCTER URETHRAE INTERNUS en EXTERNUS en MUSCULUS DETRUSOR

28
Q

ACTH?

A

ADRENOCORTICOTROOP

29
Q

Hormonen afgescheiden door vetweefsel

A

ADIPOKINES ( leptine en resistine)

30
Q

Wat doet de MC van de cortex adrenalis en wat doet de GC van de cortex adrenalis en geef volle naam weer

A

MC = MINERALOCORTICOIDEN en GC= GLUCOCORTICOIDEN

Aldosteron ( opname Na door nieren en K afscheiden

Cortisol ( stofwisseling vetten, eitwitten en koolhydraten , BSS omhoog nabij stress en ontstekingen onderdrukken

31
Q

T3 en T4

A

Trijoodthyronine

Thyroxine

32
Q

Fases van stress

A

ALARMFASE ( vanalles en NA en A )

WEERSTANDSFASE ( hypo -> ACTH RF naar hypoVK -> ACTH -> MC en GC en andro)

UITPUTTINGSFASE ( vetzuurreserves uitgeput

33
Q

Teken mannelijke VPS

A
34
Q

2 zwellichamen bij MVPs ?

A

Corpus spongiosum en corpus cavernosa ( x2)

35
Q

Latijnse naam van Testeskanaaltjes

A

Tubuli seminiferi

36
Q

Teken scrotum en testes en teken accessoires organen

A
37
Q

Teken een spermacel

A
38
Q

OVERIELE CYCLUS VS MESNTRUELE CYCLUS

A

Folliculaire fase
Luteale fase

PROLIFERATIEFASE
Eisprong
SECRETIEFASE
Menstruatie

39
Q

Teken Tuba uterina

A
40
Q

Teken uterus met 3 wanden

A
41
Q

Teken zones van V geslachtsorganen

A
42
Q

Teken clitoris

A
43
Q

Teken bekkenbodem met alle spieren

A
44
Q

2 grote lymfevaten

A

DUCTUS THORACICUS (borstbuis)

DUCTUS LYMPHATICUS DEXTER ( rechterlymfestam)